Les 2 week 19

Planning
Lezen uit Reinaert de Vos + aantekeningen maken
Uitleg H6 Spelling- directe en indirecte rede
Korte uitleg directe en indirecte rede
Aan de slag met opdrachten Spelling H6


1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Planning
Lezen uit Reinaert de Vos + aantekeningen maken
Uitleg H6 Spelling- directe en indirecte rede
Korte uitleg directe en indirecte rede
Aan de slag met opdrachten Spelling H6


Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

H6 Spelling: Directe of indirecte rede

Slide 4 - Tekstslide

Directe en indirecte rede
  •   Waarom leren we dit? 

Slide 5 - Tekstslide

Indirecte rede

Juf zegt dat we weer gaan oefenen met de directe rede en indirecte rede.

Slide 6 - Tekstslide

Directe rede

Juf zegt: 'We gaan weer oefenen met de 
directe rede en indirecte rede.'

Slide 7 - Tekstslide




Directe rede
* Citeer (letterlijk)
* 'Aanhalingstekens'
* Dubbele punt voor 'citaat'

De docent zei: 'Vul je logboek in.'



Indirecte rede
* In je eigen woorden
* GEEN aanhalingstekens

De docent zei dat ik mijn logboek in moest vullen.
Directe of indirecte rede

Slide 8 - Tekstslide

Maak van de indirecte rede een directe rede:
Lisa zegt dat ze moe is.

Slide 9 - Open vraag

Staat de zin in de directe of indirecte rede?
Ik zeg dat ik dat niet leuk vind.
A
Directe rede
B
Indirecte rede

Slide 10 - Quizvraag

Maak van de directe rede een indirecte rede:
'Ik hou van stroopwafels', zei Mirjam.

Slide 11 - Open vraag

Staat de volgende zin in de directe of indirecte rede:

Dave zei: 'Ik ben verliefd!'
A
directe rede
B
indirecte rede

Slide 12 - Quizvraag

Maak de opdrachten uit de planning van 12 mei in het online Nieuw Nederlands boek. 
Aan de slag!
Aan de slag?
Aan de slag.

Slide 13 - Tekstslide