woordenschat H2_ NN 6e editie_ps

woordenschat h2 
basis 4 
7 oktober 2024_ps
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

woordenschat h2 
basis 4 
7 oktober 2024_ps

Slide 1 - Tekstslide

Wat betekent 'de toelichting'?
A
b) Een plan om iets te doen
B
d) Een belangrijke regel
C
c) Iets dat invloed heeft
D
a) Een verdere uitleg

Slide 2 - Quizvraag

Wat betekent het woord 'de consument'?
A
a) Iemand die goederen of diensten verkoopt
B
c) Een bedrijf dat diensten aanbiedt
C
d) Een persoon die producten maakt
D
b) Iemand die goederen of diensten koopt

Slide 3 - Quizvraag

Welke van de onderstaande woorden betekent uitkomst?
A
b) Het initiatief
B
c) Het resultaat
C
d) De maatregel
D
a) De overheid

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de betekenis van 'de overheid'?
A
bestuur van een school
B
de koning
C
geld verspillen voeren
D
Bestuur van een land of gemeente

Slide 5 - Quizvraag

Hoe wordt 'de kwaliteit' omschreven?
A
Iets wat zorgt voor een verandering
B
veel of weinig
C
Hoe goed of slecht iets is
D
hoe groot of klein iets is vraagstuk

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een andere term voor 'de maatregel'?
A
Iets wat hetzelfde is
B
Voorstel om iets in te voeren
C
Uitleg van wat je precies bedoelt
D
Regel die ervoor zorgt dat iets verandert of wordt opgelost

Slide 7 - Quizvraag

Wat betekent 'Ik weet waar de schoen wringt'?
A
Ik weet precies hoe het in elkaar zit.
B
Ik weet er wel een oplossing voor.
C
Ik weet overal wat vanaf.
D
Ik weet wat het probleem is.

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent 'Ik ben er niet van op de hoogte'?
A
Ik weet er wel een mouw aan te passen.
B
Ik weet waar ik aan toe ben.
C
Ik weet wat ik kan verwachten.
D
Ik weet er niks van.

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent 'Ik weet hoe de vork in de steel zit'?
A
Ik weet precies hoe het in elkaar zit.
B
Ik weet wat het probleem is.
C
Ik weet er wel een oplossing voor.
D
Ik weet er niks van.

Slide 10 - Quizvraag