H5.3 Zouthydraten

H5.3 Zouthydraten
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H5.3 Zouthydraten

Slide 1 - Tekstslide

Toetsniveau Oefenen

Slide 2 - Tekstslide

Antwoord Oefenen

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt na afloop van deze les:
  • uitleggen wat er wordt bedoeld met de begrippen zouthydraat en kristalwater;
  • de reactievergelijking opstellen voor het opnemen van kristalwater in een ionrooster en het afstaan van dit kristalwater;
  • enkele toepassingen van zouthydraten noemen.
 

Slide 4 - Tekstslide

Zouthydraten
  • Een zoutrooster is als een muur. De ionen zijn zoals de bakstenen netjes om en om opgestapeld… maar die gaten?
  • Ook in een zoutrooster zitten gaten,bijvoorbeeld omdat de ionen niet precies op elkaar passen.
  • Deze gaten worden bij uitkristalliseren vaak opgevuld met watermoleculen.

Slide 5 - Tekstslide

Zouthydraten
  • Zouthydraten zijn Zouten die in staat zijn om water op te nemen in hun ionrooster, exotherm proces
  • Het water gebonden in het rooster heet kristalwater.

Slide 6 - Tekstslide

Zouthydraten naamgeving
  • Een zouthydraat wordt weergegeven als zout en de hydraten (aantal H20 moleculen) erachter met een punt
  • CaSO4 . 2H2O
  • calciumfosfaatdihydraat
  • Naam van het zout + hoeveel hydraten

Slide 7 - Tekstslide

Zouthydraten naamgeving
Je noteert het aantal watermoleculen in het rooster met een hangende punt (·) tussen de verhoudingsformule en het water:

Na2CO3 · 10H2O                        CuSO4 · 5H2O

De naam van een zouthydraat is de naam van het zout en dan een numeriek voorvoegsel en dan –hydraat:




Natriumcarbonaatdecahydraat
Koper(II)sulfaatpentahydraat

Slide 8 - Tekstslide

Vorming van zouthydraten
Opnemen van kristalwater (exotherm):




Afstaan van kristalwater (door verwarmen) endotherm:




Slide 9 - Tekstslide

Vorming van zouthydraten
CuSO4 (s) + 5 H2O -> CuSO4 . 5 H2O (s)
Wit  kopersulfaat    -> wit kopersulfaat wordt blauw
Wordt gebruikt om water aan te tonen !

Bij het rekenen met een hydraat neem je dus ook de gehele massa van CuSO4 . 5 H2O, dus met de 5 H2O erbij

Slide 10 - Tekstslide

Oplossen van hydraten
Bij het opnemen/afstaan van water bij hydraten blijft het zout een vaste stof. 
We kunnen deze vaste hydraten ook oplossen in water, ze vallen dan uiteen in ionen en water:

CuSO4 . 5 H2O (s) --> Cu2+ (aq) + SO42- (aq) + 5 H2O (l)

Slide 11 - Tekstslide

Rekenopgave toetsniveau
1 mol Koper(II)sulfaat kan 5 mol water opnemen
a) Geef de verhoudingformule en de systematische naam van dit hydraat.
b) Geef de oplosvergelijking van het gehydrateerde koper(II)sulfaat. Noteer ook  de juiste toestandsaanduiding.
c) Bereken hoeveel gram water vrijkomt als 25 g gehydrateerd koper(II)sulfaat  wordt verwarmd tot boven de 32 °C. Ga ervan uit dat al het kristalwater uit het  ionrooster vrijkomt. Geef het antwoord in het juiste aantal significante cijfers.


Slide 12 - Tekstslide

Andere toepassingen 
Droogmiddel:
Doordat sommige zouten water aan zich kunnen binden, kan het worden gebruikt als droogmiddel.

Bouwmaterialen:
Cement en gips worden stevig doordat de ontstane hydraten andere eigenschappen hebben dan de “droge” vorm.

Slide 13 - Tekstslide

Maak opgave 42

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk
Maak de volgende opdrachten:
Leer HS5.3 (blz. 142-144)
Maak de vragen 33 t/m 44 (blz. 145-146)
Kijk de opdrachten goed na, wanneer je ze gemaakt hebt.
Maak een notitie van de vragen die je niet snapte of waarvan je meer uitleg wil hebben.
Stel deze vragen de volgende les.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video