Havo examentraining economie concept Risico en informatie

Jong en oud hoofdstuk 6
Verzekeren
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Jong en oud hoofdstuk 6
Verzekeren

Slide 1 - Tekstslide

Risico aversie
Een hekel hebben aan risico

Hoe meer risico aversie
Hoe meer je bereid bent te betalen voor een verzekering

Slide 2 - Tekstslide

Andere overwegingen
Hoe groter de mogelijke schade (afbranden huis van € 500.000)
hoe eerder geneigd te verzekeren

Hoe lager je spaargeld hoe minder jezelf het risico kunt dragen hoe eerder geneigd te verzekeren

Slide 3 - Tekstslide

Asymmetrische informatie
De ene partij beschikt over meer informatie dan de andere partij

De verzekeringsnemer weet meer over diens gedrag dan de verzekeringsmaatschappij

Slide 4 - Tekstslide

Averechtse selectie
De slechte risico's verzekeren zich en de goede risico's verzekeren zich niet

Gevolg: Er wordt relatief veel schade gedeclareerd
De premieopbrengst is te laag om schade uitkering te dekken
Premie wordt verhoogd
Hoge risico's
Lage risico's

Slide 5 - Tekstslide

Oplossing 1
Verplicht stellen. Iedereen moet zich verzekeren tegen werkloosheid en ziektekosten

Dus alle risico's (slecht en goed) verzekeren zich nu

Slide 6 - Tekstslide

Oplossing 2
Premiedifferentiatie 
Lage risico betaalt een lage premie
Hoge risico betaalt een hoge premie

Nu wil lage risico zich wel verzekeren

Slide 7 - Tekstslide

Oplossing 3
Bonus malus regeling
Bij schade declareren stijgt de premie
Bij geen schade declareren daalt de premie

Goede risico's weten dat ze minder premie gaan betalen omdat ze geen schade gaan maken. Ze gaan zich dus verzekeren

Slide 8 - Tekstslide

Oplossing 4
Eigen risico
Deel van de schade moet je zelf betalen

Bij hoog eigen risico kiezen --> lage premie
Bij laag eigen risico kiezen --> hoge premie
Lage risico's kiezen optie hoog eigen risico --> lage premie. Dan willen ze wel verzekeren

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Moreel wangedrag
Roekeloos (onvoorzichtig) gedrag omdat een ander
betaalt


De verzekeringsmaatschappij

Slide 11 - Tekstslide

Oplossing 1
Eigen risico

Deel van de schade zelf betalen

Verzekeringsnemer zal nu voorzichtiger doen omdat hij niet wil betalen

Slide 12 - Tekstslide

Oplossing 2
Bonus malus regeling
Bij schade declareren stijgt de premie
Bij geen schade declareren daalt de premie

Bij schade declareren ga je meer betalen. Dat is niet leuk. Dus je wordt voorzichtiger 
Of je betaalt de schade zelf

Slide 13 - Tekstslide

Solidariteit
Het individuele belang wordt ondergeschikt gemaakt aan het grote belang. 

Zorgverzekering: gezonde verzekeringsnemers betalen mee aan zorg voor ongezonde verzekeringsnemers
AOW: werkenden betalen de AOW uitkering van de gepensioneerden

Slide 14 - Tekstslide

Premieberekening
Een e-bike wordt verzekerd. Heeft een waarde van € 2.000. De kans dat de fiets gestolen wordt is 10 %. Er wordt 20 % gerekend voor kostenopslag en winstopslag
Assurantiebelasting is 15 %
Verwachte schade = € 2.000 X 0,10 = € 200
€ 200 X 1,20 X 1,15 = € 276 per jaar

Slide 15 - Tekstslide

Rente bij sparen
Klaske overweegt € 1.000 te sparen. Ze hoeft het geld niet gelijk uit te geven.
De rente is 3 %
Dit is een vergoeding voor het uitstellen van consumptie
Er is 2 % inflatie. Als ze consumptie uitstelt dan moet ze 2 % hogere prijzen betalen. Rente is ook compensatie voor de inflatie

Slide 16 - Tekstslide

Nominale en reële rente
Klaske ontvangt 3 % rente. Dit is de nominale rente. De reele rente is:
3 % - 2 % = 1 %

Dus reële rente =
nominale rente - inflatie 

Slide 17 - Tekstslide

Rente bij lenen
Jessie leent € 400.000 voor het kopen van een bedrijfspand.
De bank rekent 5 % rente. Dit is een vergoeding voor:
inflatie-->Wanneer het geld terugbetaald wordt is het minder waard dan nu
Risico --> de bank loopt risico dat het geld niet terugbetaald wordt. Voor dit risico willen ze gecompenseerd worden

Slide 18 - Tekstslide

Onderpand
Het bedrijfspand is onderpand voor de bank:
bij wanbetaling wordt het pand verkocht en is de opbrengst voor de bank
Lager risico door onderpand
Rente is lager dan bij ontbreken onderpand

Slide 19 - Tekstslide