Les 4, medische microbiologie
1 / 18
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
De residente flora laat zich gemakkelijk weg wassen, de transiënte flora niet.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Een m.o. komt via een bepaalde besmettingsweg op de volgende gastheer terecht.
Stofdeeltjes kunnen zich al zwevende over grote afstanden verplaatsen en door hun geringe afmetingen bij inademen diep in de longen terechtkomen. Stofdeeltjes zijn een voorbeeld van een?
Stofdeeltjes kunnen zich al zwevende over grote afstanden verplaatsen en door hun geringe afmetingen bij inademen diep in de longen terechtkomen. Stofdeeltjes zijn een voorbeeld van een?
A
Directe besmettingsweg
B
Indirecte besmettingsweg
Slide 6 - Quizvraag
Toxinen die tijdens de groei van een micro-organisme extra-cellulair vrijkomen, worden exotoxinen genoemd.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Een persoon vertoont geen ziektebeeld en verspreid geen ziektekiemen. We spreken in dit geval van een?
A
Klinische infectie
B
Latente infectie
C
Subklinische infectie
Slide 8 - Quizvraag
Zo nu en dan komen bacteriën in de bloedstroom terecht. Indien ze kortdurend in het bloed voorkomen, noemen we dit sepsis.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quizvraag
Bijna alle slijmvliezen worden gewoonlijk door hun commensalen flora en het IgA tegen het binnendringen van vreemde pathogene bacteriesoorten beschermd.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 10 - Quizvraag
Chocoladeragar is een agar met daarin chocolade. Hierdoor hebben micro-organismen veel suiker om te groeien.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quizvraag
McConkey agar is een medium die speciaal is ontworpen voor antimicrobiële gevoeligheidstesten
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quizvraag
Bij gezonde mensen wordt door het evenwicht tussen de gastheer en de commensale flora voorkomen dat de dagelijkse binnendringende vreemde, soms ziekteverwekkende, aërobe m.o. zich ongestuurd kunnen vestigen. Dit heet koloniseren.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 13 - Quizvraag
In speeksel groeien geen micro-organismen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Vat de uitleg over de luchtwegen kort samen
Slide 16 - Open vraag
Vat de uitleg over het spijsverteringskanaal kort samen
