Ontslag (H4) en Medezeggenschap (H3) P&IO H3 en H4

Personeelsbeleid
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolVoortgezet speciaal onderwijshavo, vwoLeerroute VLeerroute HLeerroute 4Leerjaar 4-6

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Personeelsbeleid

Slide 1 - Tekstslide

Willem is supermarktmanager en werkt met oproepcontracten met voorovereenkomst. Hij belt Yasmine en geeft aan dat hij haar zaterdag van 10 tot 14 uur verwacht in zijn winkel.
A
Yasmine moet komen werken, want ze is opgeroepen
B
Yasmine kan komen werken, maar kan afzeggen

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Welke reden voor ontslag is niet terecht? Je wordt ontslagen:
A
omdat je bij een ander bedrijf solliciteert.
B
omdat je werk door een robot wordt overgenomen.
C
terwijl je nog in je proeftijd zit.
D
vanwege tegenvallende resultaten van het bedrijf.

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Als je onterecht ontslagen wordt kun je:
A
Naar de rechter gaan
B
Naar de vakbond gaan
C
Je kan niks doen
D
geen idee

Slide 7 - Quizvraag

Ontslag op staande voet. Welke zin is juist?

1. Als je zelf ontslag neemt, is dat ontslag op staande voet.
2. Bij ontslag op staande voet heb je recht op een uitkering.
3. Roberto zegt tegen zijn baas dat hij meer wil verdienen. Zijn baas mag hem dan op staande voet
ontslaan.
4. Bij ontslag op staande voet moet een baas zich houden aan de opzegtermijn.
A
1 is juist.
B
2 is juist.
C
3 is juist.
D
Geen enkele zin is juist.

Slide 8 - Quizvraag

Wat houdt de transitievergoeding in?
A
Alle werknemers hebben na een arbeidsovereenkomst , waarna ontslag volgt, recht op transitievergoeding.
B
Transitievergoeding geldt alleen voor medewerkers met contracten voor onbepaalde tijd.
C
De transitievergoeding is een vergoeding na ontslag die zowel voor werknemers als zelfstandig ondernemers geldt.
D
Dat werknemers die scholing willen volgen daar een vergoeding van het bedrijf voor ontvangen

Slide 9 - Quizvraag

Wanneer mag je een werknemer niet ontslaan?

Slide 10 - Tekstslide

Wanneer mag je een werknemer wel ontslaan?

Slide 11 - Tekstslide

Transitievergoeding bij ontslag

Slide 12 - Tekstslide

Opzegtermijn bij ontslag
- < 5 jaar in dienst: 1 maand
- 5 - 10 jaar in dienst: 2 maanden
- 10 en 15 jaar in dienst: 3 maanden
- 15 jaar of langer in dienst: 4 maanden

Slide 13 - Tekstslide

Ontslagrecht WW uitkering 
Na ontslag recht op WW uitkering 
Voorwaarden: 
- Minimaal 26 weken hebben gewerkt in de 36 weken voordat hij/zij werkloos werd
- 5 uur of meer van de arbeidsuren per week verliezen en geen recht hebben op loon over die uren.
- Solliciteren naar passend werk
- Niet door eigen schuld werkloos geworden --> Zoals zelf ontslag nemen of ontslag op staande voet
- Als werkzoekende ingeschreven staan bij het UWV
           - UWV-Werkbedrijf: het UWV helpt je bij het vinden van een nieuwe baan


Slide 14 - Tekstslide

Hoogte van de WW uitkering
- Afhankelijk van het loon dat je verdient hebt in de 12 maanden, voordat je werkloos werd:
- eerste 2 maanden 75% van het loon
- Vervolgens 70% tot een wettelijk maximum (wordt elk jaar opnieuw bepaald)


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Bevoegdheden ondernemingsraad

Slide 17 - Tekstslide

Bevoegheden/taken vakbond

Slide 18 - Tekstslide

Wat is geen bevoegdheid van de ondernemersraad?
A
Initiatiefrecht
B
Informatierecht
C
Instemmingsrecht
D
Vergaderrecht

Slide 19 - Quizvraag

De Medezeggenschap 
Wet Medezeggenschap Onderwijs
Medezeggenschapsraad (MR)

Slide 20 - Tekstslide