In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Ecologie
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag doen?
- Herhaling stof van voor de vakantie (lesson up)
- Opdrachten maken (10 minuten)
- Uitleg 6.4
- Opdrachten maken
Slide 2 - Tekstslide
Met welke letter wordt koolstof altijd aangegeven?
A
C
B
N
C
O
D
H
Slide 3 - Quizvraag
Met welke letter wordt stikstof altijd aangegeven?
A
C
B
N
C
O
D
H
Slide 4 - Quizvraag
Koolstofkringloop
Koolstof in koolstofdioxide (in de lucht)
Koolstof in glucose
(producenten)
Koolstof in plantaardige energierijke stoffen
Koolstof in dierlijke energierijke stoffen
(consumenten)
Koofstof in energierijke stoffen
(reducenten)
Verbranding
Fotosynthese
Verbranding
Verbranding
Slide 5 - Sleepvraag
De stikstofkringloop
Ammonium
Nitraat
Stikstofgas
Ammoniakgas
Slide 6 - Sleepvraag
Piramide van aantallen
Piramide van biomassa
Slide 7 - Sleepvraag
T3
kringloop
voedselketen
voedselweb
Slide 8 - Sleepvraag
Maak een juiste voedselketen
Slide 9 - Sleepvraag
Producenten
Voedselketen
Reducenten
Voedselweb
Consumenten
Slide 10 - Sleepvraag
Sleep de juiste organismen op de juiste plek in het voedselweb
Bladluis
Buizerd (roofvogel)
Konijn
Lieveheersbeestje
Merel
Planten
Slide 11 - Sleepvraag
Sleep de juiste benaming naar de juiste plek in de voedselkringloop.
consumenten
reducenten
producenten
afvaleters
Slide 12 - Sleepvraag
Welke taak heeft elke groep in de voedselkringloop? Sleep de juiste taken naar de juiste groep.
Producenten
Consumenten
Reducenten
Maken voedingsstoffen (glucose) door middel van fotosynthese
Gebruiken voedingsstoffen van de planten, geven voedingsstoffen door.
Zetten voedingsstoffen om in mineralen (zoals nitraat), water en koolstofdioxide.
Slide 13 - Sleepvraag
6.3 opdracht 1, 2, 3
In stilte en serieus! Vragen stellen pas na 5 minuten
Klaar? Maken opdracht 4 en 5
timer
10:00
Slide 14 - Tekstslide
Thema 6 Ecologie
Basisstof 4 Biologisch evenwicht
Leerdoelen:
Je leert het verschil tussen biotisch en abiotisch, verschillende organisatieniveaus van levende wezens, wat biologisch evenwicht is en wat een optimumkromme inhoudt.
Slide 15 - Tekstslide
Waarom is het geen goed idee om buitenlandse soorten in Nederland los te laten?
Slide 16 - Tekstslide
schooltv.nl
Slide 17 - Link
Waarom is het geen goed idee om buitenlandse soorten in Nederland los te laten?
Slide 18 - Tekstslide
De muskusrat maakt de natuur kapot!
Slide 19 - Tekstslide
Milieu: De omgeving waarin iets of iemand leeft.
Slide 20 - Tekstslide
Begrippen:
biotische factoren: alle factoren in een omgeving dat leeft!
Slide 21 - Tekstslide
Begrippen:
abiotische factoren: Factoren in een omgeving die niet leven.
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Video
Organisatie niveau's:
individu
Slide 24 - Tekstslide
Organisatie niveau's:
individu
populatie
Slide 25 - Tekstslide
Organisatie niveau's:
individu
populatie
levensgemeenschap
Slide 26 - Tekstslide
Organisatie niveau's:
levensgemeenschap
ecosysteem
populatiegrootte
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Video
Slide 29 - Tekstslide
biologisch evenwicht: populatiegrootte kan verschillen in een bepaald gebied.
Slide 30 - Tekstslide
Begrippen:
biologisch evenwicht
Slide 31 - Tekstslide
Begrippen:
Optimumkromme = gegevens waaruit duidelijk wordt onder welke omstandigheden dieren het beste kunnen overleven
Tolerantiegebied
Slide 32 - Tekstslide
Begrippen:
Minimum = Heeft het organisme nodig om in leven te blijven, hieronder gaan de organisme dood
Optimum = Bij deze omstandigheid overleven de organismen het beste
Maximum = Bij een waarde hoger dan het maximum gaan de organisme dood
Tolerantiegebied
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
Behoren de egels op Texel tot dezelfde populatie als de egels op Vlieland?