2 havo - chapitre 2 -meilleurs voeux, bron H ontkenningen

1 / 22
volgende
Slide 1: Video
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Bonjour 2 havo!
Meilleurs voeux pour 2021!
Présentations
Herhaling bron D
Herhaling ontkenning

Slide 2 - Tekstslide

Bonjour, comment ça va?

Slide 3 - Open vraag

Qu'est-ce que tu fais pour rester en bonne santé?

Slide 4 - Open vraag

Tu fais du sport?

Slide 5 - Open vraag

Combien d'heures tu dors par nuit?

Slide 6 - Open vraag

Tu es malade?

Slide 7 - Open vraag

bron H
La négation - de ontkenning

Slide 8 - Tekstslide

Welke 2 franse woordjes gebruik je om de ontkenning te maken? Met welke woorden vertaal je: niet/geen?

Slide 9 - Open vraag

Op welke plaats in de zin komen de woordjes 'ne' en 'pas'?
A
voor en na het onderwerp
B
voor en na het lijdend voorwerp
C
voor en na de persoonsvorm

Slide 10 - Quizvraag

Welke ontkenningen zijn er in het Frans?

Slide 11 - Woordweb

Sleep de juiste vertalingen van de ontkenningen naar elkaar toe. Sleep blauw naar rood!
niet/geen
nooit
niet meer
nog niet
niets
ne ... rien
ne ... pas encore
ne ... pas
ne ... jamais
ne ... plus

Slide 12 - Sleepvraag

Wanneer schrijf je 'ne' voluit en wanneer schrijf je 'n'?

Slide 13 - Open vraag

Wat is de persoonsvorm in deze zin:
Le cours commence à 11 heures.
A
le cours
B
à 11 heures
C
commence

Slide 14 - Quizvraag

Maak de zin ontkennend:
Je parle français
A
ne je pas parle français
B
je ne parle pas français
C
je parle ne pas français

Slide 15 - Quizvraag

maak de zin ontkennend:
Le prof est sympa.
A
Le ne prof est pas sympa
B
Le prof ne pas sympa
C
Le prof est pas sympa
D
Le prof n'est pas sympa

Slide 16 - Quizvraag

Maak de zin ontkennend:
Elle travaille bien. (niet)

Slide 17 - Open vraag

Maak de zin ontkennend:
Nous sommes en retard. (nooit)

Slide 18 - Open vraag

Maak de zin ontkennend:
Elle est végétarienne. (niet meer)

Slide 19 - Open vraag

Maak de zin ontkennend:
Tu as mangé? (niets)

Slide 20 - Open vraag

Maak de zin ontkennend:
Je suis à l'école. (nog niet)

Slide 21 - Open vraag

bron I -négation
maken : bron I opdracht 30, 31 op bladzijde 72-74 van je WB
leren: vocabulaire F op bladzijde 85-86 van je WB


Slide 22 - Tekstslide