In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Basisstof 5: Chromosomen
Ga zitten
Mobiel in de tas
Spullen pakken
timer
3:00
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt de stoffen benoemen waaruit chromosomen bestaan Je kunt uitleggen wat een chromosoom is Je kunt vertellen hoeveel chromosomen(paren) een lichaamscel heeft Je kunt uitleggen waarom sommige chromosomen bij elkaar horen
Slide 2 - Tekstslide
Waar?
Chromosomen zitten in de celkernen van ELKE cel In je chromosomen zit je DNA Dit zorgt ervoor dat jij en ieder ander uniek is
Slide 3 - Tekstslide
DNA en chromosomen
Chromosomen bestaan uit DNA en eiwitten In DNA zitten al je erfelijke eigenschappen Chromosomen zijn erg lang, omdat DNA moleculen lang zijn Als een cel zit gaat delen rollen de chromosomen op en worden ze korter en dikker Je kunt ze dan zien
Slide 4 - Tekstslide
Chromosomenportret
Je kunt je chromosomen laten ordenen Iemand onderzoekt dan je DNA en legt de chromosomen op de juiste volgorde Je hebt 46 chromosomen
Slide 5 - Tekstslide
Chromosomenportret
Chromosomen komen altijd voor in paren Je krijgt er namelijk 1 van je moeder en 1 van je vader De chromosomen die bij elkaar horen, staan voor dezelfde ergelijke eigenschap Bijvoorbeeld oogkleur Je hebt dus 23 chromosomenparen
Slide 6 - Tekstslide
Chromosomenportret
Je hebt dus 23 chromosomenparen in ELKE lichaamscel
Je hebt ook nog geslachtscellen, hierin zitten 23 losse chromosomen (de helft)
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Waaruit bestaan chromosomen?
A
DNA en vet
B
DNA en eiwit
C
DNA en erfelijke eigenschappen
D
DNA en zuurstof
Slide 10 - Quizvraag
Maken basisstof 5!
Slide 11 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt de stoffen benoemen waaruit chromosomen bestaan Je kunt uitleggen wat een chromosoom is Je kunt vertellen hoeveel chromosomen(paren) een lichaamscel heeft Je kunt uitleggen waarom sommige chromosomen bij elkaar horen