Les 4: Late middeleeuwen

1 / 23
volgende
Slide 1: Video
GeschiedenisBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Keizer, leenheer en leenman?
  • Karel de Grote heeft land en verdeelt het land in stukken
  • Belangrijke mannen krijgen zo'n stuk land te leen en spelen de baas.
  • De leenman lenen ook weer stukken land uit en worden leenheer. Zij lenen dat land dan weer aan ridders die leenmannen worden genoemd.

Slide 2 - Tekstslide

Koning Clovis
Ik ben koning Clovis, koning van de Franken. Weet je ook weer waar Frankrijk vandaan komt... Ik bezit dit roze koninkrijk. Dit is teveel land om te besturen, dus ik verdeel mijn land in streken. 
Landheren
Wij zijn landheren. We 'lenen' een stuk land van koning Clovis. Wij worden ook leenheren genoemd. Wij zijn van adel, zijn soms een graaf of een hertog en soms een ridder. Wij wonen in kastelen.
Horigen
Ik ben een boer. Ik wordt een horige genoemd. Ik 'leen' een stuk land om te verbouwen maar veel oogst geef ik aan mijn leenheer. In ruil daarvoor mag ik hier wonen en werken en kan ik in het kasteel vluchten als het moet. (Wat vind je hiervan?)

Slide 3 - Tekstslide

 Wat zijn horigen?
Horigen waren in de Middeleeuwen de armste mensen. Ze waren het laagste in de maatschappij.
1
Horigen waren arme boeren en werklui die een stukje land van een rijke adellijke kasteelheer pachten (huurden.) Dat gebied mochten zij bewonen, in ruil voor een deel van hun oogst dat zij aan hun landheer afstonden ieder jaar.
2
Een horige was weinig meer dan een slaaf. Hij moest veel van wat hij bezat afstaan aan zijn heer, en eigenlijk was hij maar eigendom. 
3
Horigen werden vaak slecht behandeld. Als hun kasteelheer in strijd had met een ander moesten zij voor hem vechten. Ook bepaalde de kasteelheer met wie ze trouwden, wat ze geloofden en wat ze deden.
4

Slide 4 - Tekstslide

Leg uit in je eigen woorden wat horigen zijn.

Slide 5 - Open vraag

geestelijken 
(priester, monnik)

(horige) boeren en stedelingen
 

koning/keizer 
 

adel 
(baron, graaf, ridder)

 

Slide 6 - Sleepvraag

Slide 7 - Tekstslide

Ik moet elke dag hard werken op het land.

A
Koning
B
Geestelijke
C
Adel
D
Boer/stedeling

Slide 8 - Quizvraag

Ik word nog ziek van al die vuiligheid op straat!


A
Koning
B
Geestelijke
C
Adel
D
Boer/stedeling

Slide 9 - Quizvraag

Om mijn domein uit te breiden, trek ik graag ten strijde!



A
Koning
B
Geestelijke
C
Adel
D
Boer/stedeling

Slide 10 - Quizvraag

Ik verzorg de zieken en bidt voor hen...




A
Koning
B
Geestelijke
C
Adel
D
Boer/stedeling

Slide 11 - Quizvraag

Omdat we zo veel pacht moeten betalen, hebben we vaak honger als de oogst wat minder is...





A
Koning
B
Geestelijke
C
Adel
D
Boer/stedeling

Slide 12 - Quizvraag


We hebben elk een eigen taak. Ik kopieer belangrijke geschriften.



A
Koning
B
Geestelijke
C
Adel
D
Boer/stedeling

Slide 13 - Quizvraag



Later wil ik ridder worden! Eerst wordt ik page, dan schildknaap en dan kan ik pas ridder worden.

A
Koning
B
Geestelijke
C
Adel
D
Boer/stedeling

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Video



Ik word later lid van de smidsegilde.





A
Koning
B
Geestelijke
C
Adel
D
Boer/stedeling

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Video

Zeg in je eigen woorden wat een gilde is.

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

geestelijken
adel
boeren/stedelingen

Slide 20 - Tekstslide

geestelijken
adel
boeren/stedelingen
bidden
bidden
beschermen
beschermen
voedsel
voedsel

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide