In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 80 min
Onderdelen in deze les
Thema 3
De bloedsomloop
paragraaf 3, het hart
Slide 1 - Tekstslide
Doen vandaag:
paragraaf 3, het hart: instructie
Slide 2 - Tekstslide
Doel van de les
3.3.5 Je kunt in een afbeelding de delen van het hart en de aansluitende bloedvaten benoemen.
3.3.6 Je kunt de kenmerken en functies noemen van het hart en de aansluitende bloedvaten.
Slide 3 - Tekstslide
Even herhalen:
De bloedsomloop
Slide 4 - Tekstslide
De samenstelling van het bloed???
Kun je ze ook allemaal benoemen?
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Het hart
Wat zien we allemaal:
Bovenste holle ader
onderste holle ader
Rechterboezem
Rechterkamer
Linkerboezem
Rechterkamer
Longslagader
Longaders
Aorta
Kransslagaders en kransader
Slide 7 - Tekstslide
Het hart (de buitenkant)
Het hart is een holle spier.
Om het hart heen zitten kleine aders en slagaders: de kransaders en -slagaders.
De kransslagaders voorziet de hartspier van zuurstof en voedingsstoffen.
De kransaders zorgt ervoor dat de afvalstoffen en koolstofdioxide van de hartspier worden afgevoerd.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
.
Het bloed stroomt door je rechterboezem naar je rechterkamer, deze pompt het bloed naar de longslagader. Zuurstofrijk bloed stroomt terug naar het hart via de longaders
De longaders komen uit in de linkerboezem. Van de linkerboezem stroomt het naar de linkerkamer. De linkerkamer pompt het zuurstofrijke bloed in de AORTA. Vanuit hier gaat het bloed naar alle organen in het lichaam.
Slide 10 - Tekstslide
.
Werking van de hartkleppen.
Hartkleppen voorkomen dat het bloed terugstroomt van de kamers naar de boezems.
Halvemaanvormige kleppen
Slide 11 - Tekstslide
Samenvatting paragraaf 1-3
Wat hebben we nu geleerd?
Wat zijn de bloed bestandsdelen
Hoe gaat de kleine bloedsomloop?
Hoe gaat de grote bloedsomloop?
Wat doen kleppen in je hart?
Slide 12 - Tekstslide
Huiswerk
Maken en lezen paragraaf 3 en 4
alle blauwe woorden tot nu toe opschrijven en betekenis erachter schrijven.
Slide 13 - Tekstslide
Even testen!
Wat weten we al?
Slide 14 - Tekstslide
uit welke 4 onderdelen bestaat bloed?
A
bloedplasma, rode-, witte bloedcellen en zuurstof
B
bloedplasma, rode-, witte bloedcellen en koolstofdioxide
C
bloedplasma, rode-, witte bloedcellen en bloedplaatjes
D
bloedplasma, rode-, blauwe bloedcellen en bloedplaatjes
Slide 15 - Quizvraag
Hoort nummer 1 bij de grote of de kleine bloedsomloop?
A
kleine bloedsomloop
B
grote bloedsomloop
Slide 16 - Quizvraag
Hart --> longen --> hart Welke bloedsomloop wordt hier beschreven?
A
De kleine bloedsomloop
B
De grote bloedsomloop
Slide 17 - Quizvraag
Welke bloedsomloop wordt beschreven?
Hart - Slagaders - Alle organen - Aders - Hart
A
Kleine bloedsomloop
B
Grote bloedsomloop
Slide 18 - Quizvraag
Tot welke bloedsomloop hoort de aorta?
A
Grote bloedsomloop
B
Kleine bloedsomloop
Slide 19 - Quizvraag
Tot welke bloedsomloop hoort de longslagader?
A
kleine bloedsomloop
B
grote bloedsomloop
Slide 20 - Quizvraag
Wat scheidt de linker- en rechter harthelft?
A
Hart-tussenvlies
B
Hart-tussenspier
C
Hart-wand
D
Hart-tussenwand
Slide 21 - Quizvraag
Het bloedvatenstelsel bestaat uit...
A
Het hart en de bloedvaten
B
Het hart en de longen
C
Het hart
Slide 22 - Quizvraag
nummer 2
timer
0:20
A
Long
B
Hart
C
Nier
D
Maag
Slide 23 - Quizvraag
Welke uitspraak over je hart klopt niet?
A
Je hart is een spier.
B
Je hart is een groot bloedvat.
C
Je hart pompt het bloed door de bloedsomloop.
D
Je hart is een deel van je lichaam links achter je borst.
Slide 24 - Quizvraag
Is het hart een spier?
A
ja
B
nee
Slide 25 - Quizvraag
Een hart heeft twee boezems.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 26 - Quizvraag
Hoeveel kamers heeft het hart?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 27 - Quizvraag
Waar zitten de hartkleppen?
A
Tussen de linker - en de rechterhelft van het hart