3/11

Unit 2

At the end of this lesson you can use the demonstrative pronouns correctly!
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Unit 2

At the end of this lesson you can use the demonstrative pronouns correctly!

Slide 1 - Tekstslide

Demonstrative pronouns:
>  aanwijzend voornaamwoord
> je wijst het zelfstandig naamwoord aan
> iets is dichtbij of iets is ver af (deze appels of die appels)

Slide 2 - Tekstslide

Demonstrative pronouns:
> this = dichtbij en 1 zelfstandig naamwoord : this apple
> these = dichtbij en meerdere : these apples

> that = ver af en 1 zelfstandig naamwoord : that bag 
> those = ver af en meerdere : those bags 

Slide 3 - Tekstslide

Demonstrative pronouns
> May I use this pencil?
> May I use these pencils?

> Look over there! Do you see that handsome boy?
> Look over there! Do you see those dogs?

Slide 4 - Tekstslide

Dichtbij
Ver af 
This
these
That
Those

Slide 5 - Sleepvraag

Look over there! Who is _____ boy?
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 6 - Quizvraag

I would like ____ tomatoes, please
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 7 - Quizvraag

look at .......... newspaper here
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 8 - Quizvraag

............people over there are my friends
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 9 - Quizvraag

....... is your phone on the shelf over there
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 10 - Quizvraag

1. Wat zijn "demonstrative pronouns"?
2. Welke 4 zijn er?
3. Hoe worden ze gebruikt?

Slide 11 - Open vraag

in your book p.56  Ex 7+8

Klaar??

EX11


Slide 12 - Tekstslide