Serieuze waarschuwing voor Tielenaar: nog een keer in de fout betekent 5.000 euro boete. Een twintiger die eerder dit jaar in Tiel gepakt werd met drugs en een mes op zak, krijgt 5.000 euro boete als hij nog een keer in de fout gaat. Dat besluit burgemeester Frank van der Meijden. Het ging vlak na afgelopen jaarwisseling mis op het Plein, waar de destijds 25-jarige Tielenaar in conflict kwam met andere aanwezigen. De politie moest eraan te pas komen en de man werd aangehouden. Naast een mes bleek hij meerdere telefoons, contant geld en softdrugs bij zich te hebben: het werd allemaal in beslag genomen.
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3
In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Ga rustig zitten.
Pak je spullen: NN, leesboek, schrift, pen.
Telefoon thuis of in de kluis.
Wacht rustig tot de les begint.
Serieuze waarschuwing voor Tielenaar: nog een keer in de fout betekent 5.000 euro boete. Een twintiger die eerder dit jaar in Tiel gepakt werd met drugs en een mes op zak, krijgt 5.000 euro boete als hij nog een keer in de fout gaat. Dat besluit burgemeester Frank van der Meijden. Het ging vlak na afgelopen jaarwisseling mis op het Plein, waar de destijds 25-jarige Tielenaar in conflict kwam met andere aanwezigen. De politie moest eraan te pas komen en de man werd aangehouden. Naast een mes bleek hij meerdere telefoons, contant geld en softdrugs bij zich te hebben: het werd allemaal in beslag genomen.
Slide 1 - Tekstslide
Woorden van de week
Doelen van de les
Uitleg
Oefenen
Zelfstandig werken
Afsluiting
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Lesdoelen komende lessen
Ik kan uitleggen wat ironie betekent.
Ik kan ironie herkennen (in teksten).
Ik kan uitleggen wat overdrijving betekent.
Ik kan overdrijving herkennen (in teksten).
Slide 4 - Tekstslide
Welkom!
Welk woord zoek ik?
Slide 5 - Tekstslide
Leerdoelen
Je leert overdrijving en ironie herkennen en begrijpen.
Slide 6 - Tekstslide
Taaltrucjes
Schrijvers proberen hun teksten aantrekkelijker te maken door taaltrucjes te gebruiken, zoals figuurlijk taalgebruik en overdrijving en ironie
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Hyperbool
de werkelijkheid wordt overdreven;
heeft humoristisch effect;
is vaak een uitdrukking.
Slide 9 - Tekstslide
Overdrijving
Bij een overdrijving wordt iets op een overdreven manier uitgedrukt.
Een overdrijving wordt ook wel een hyperbool genoemd.
Je zegt: 'Hij heeft dat al 10.000 keer gezegd';
Je bedoelt dat hij dat al meerdere malen heeft gezegd.
Slide 10 - Tekstslide
Overdrijving
Slide 11 - Tekstslide
Uitleg overdrijving en ironie
Overdrijving: Deze les duurt echt een eeuwigheid!
Ironie: Goh, wat geweldig, deze les is nog maar net begonnen dus we kunnen nog heel lang van uw stem genieten!
Slide 12 - Tekstslide
Wel een aardig optrekje...
Slide 13 - Tekstslide
Ironie
Ironie is eigenlijk milde spot. Je wilt mensen er niet met opzet mee kwetsen.
Ironie: het tegenovergestelde wordt gezegd van wat men bedoelt.
Je merkt aan de overdreven toon, dat de spreker het niet ernstig, maar ironisch meent.
Slide 14 - Tekstslide
Ironie
Geweldig die 2 voor het proefwerk!
Je vindt het natuurlijk helemaal niet geweldig, je bedoelt het hier ironisch.
Wat wordt hier eigenlijk mee bedoeld?
Ironie is eigenlijk het tegenovergestelde.
Slide 15 - Tekstslide
Voorbeeld van ironie
Slide 16 - Tekstslide
Ik word doodmoe van dat gezeur van jou.
A
ironie
B
overdrijving
Slide 17 - Quizvraag
Wat heb je in je tas gestopt? Hij weegt tonnen!
A
Ironie
B
Overdrijving
Slide 18 - Quizvraag
Vader zou koken maar hij komt met pizza's thuis. Moeder zegt: 'Goed gekookt, schat.'
A
ironie
B
overdrijving
Slide 19 - Quizvraag
Kunnen we snel eten? Ik sterf van de honger.
A
ironie
B
overdrijving
Slide 20 - Quizvraag
De regen komt met bakken uit de hemel vallen
A
ironie
B
overdrijving
Slide 21 - Quizvraag
Welk taalmiddel is in deze zin gebruikt?
'Schiet nou toch eens op! Ik sta al uren te wachten!'
A
Ironie
B
Overdrijving
Slide 22 - Quizvraag
Welk taalmiddel is hier gebruikt? 'Goed gedaan, hoor! Je bent voor de derde keer deze week te laat!'
A
Ironie
B
Overdrijving
Slide 23 - Quizvraag
'Je klets met de oren van het hoofd!' (zeg je tegen iemand die weinig zegt)
A
ironie
B
overdrijving
Slide 24 - Quizvraag
'Overdrijving' is figuurlijk taalgebruik
A
waar
B
niet waar
Slide 25 - Quizvraag
Zelfstandig werken 3Kader
Lees
de aantekeningen nog eens goed door.
Maak
Blz. 92-93, opdr. 1 t/m 5.
Hoe
opdrachten stil maken, zachtjes overleggen mag als je naast iemand zit.