Steamcourse new students

Quick recap
Write down the names of the body parts as shown in the pictures on your copy. Please hand in your copies. 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Quick recap
Write down the names of the body parts as shown in the pictures on your copy. Please hand in your copies. 

Slide 1 - Tekstslide

Nederlandse klankensysteem
16 klinkers (vowels)
5 korte klinkers: a,o,i,e u: 
kat, vos, zit, ben, kus
7 lange klinkers (vowels)
aa, ee or e, ie, i, ij, oo, uu, eu, oe

Slide 2 - Tekstslide

Nederlandse klankensysteem
20 medeklinkers (consonants)
p,b,d, t, v, f, w, z, s, g, h, k, ch, j/y, l, r, m, n, ng

Slide 3 - Tekstslide

Practise on your own: klanken

Slide 4 - Tekstslide

Klanken o/oo

Bos-boos
bom-boom
word-woord
zon-zoon
Klanken a/aa

kas-kaas
man-maan
bal-baal


Slide 5 - Tekstslide

Klanken f/v
Feest vieren-celebrate
Je verjaardag vieren-celebrate your birthday
Gefeliciteerd-congratulations
Hoe oud ben jij?
Ik ben vierenveertig jaar.

Slide 6 - Tekstslide

Watch the following video
and answer the question: which 7 famous Dutch objects/words are spelled in Dutch? Please write them down. 

Slide 7 - Tekstslide

video klanken

Slide 8 - Tekstslide

A sentence in Dutch
Ik loop. 
I walk. 
Ik loop naar huis.
I walk home. 
Ik loop nu naar huis. OR Nu loop ik naar huis.
I walk home now.

Slide 9 - Tekstslide

normale zin in NL=normal sentence in ENG


Hij kijkt voetbal.
He watches football.
How do you find the verb?
1. Turn it into a question. The verb will be the first word.
2. Put it into past tense. The word that changes is the verb. 

Slide 10 - Tekstslide

The right order of subject and verb




pv= verb
ow=onderwerp

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide