Teken de aarde (rondje) en teken de huidige ligging vd ITCZ en deel de foto
timer
1:30
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Tekstslide
Verklaar de enorme hoeveelheid neerslag in Mumbai mbv het begrip 'moesson'
timer
1:00
Slide 7 - Open vraag
HH: Mondiale windsysteem
Principe: warme lucht kan meer waterdamp bevatten dan koude lucht. Het ' te veel' aan waterdamp condenseert (=wordt water) = neerslag
Lage druk (hier gaat wind naar toe):
lucht stijgt - wolk - koelt af - waterdamp condenseert (wolk) - neerslag
Hoge druk (hier gaat wind weg):
lucht daalt - wordt warmer - waterdamp lost op - droog
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Herverdeling warmte
Atmosferische en oceanische circulatie
Atmosferische circulatie logisch
Maar hoe werkt dit met de oceanische circulatie?
Slide 10 - Tekstslide
Zeestromen
Slide 11 - Tekstslide
Wat valt je op? (bron 15)
Slide 12 - Tekstslide
Oceanische circulatie
aangedreven door de atmosferische circulatie
Warme zeestroom: van evenaar naar polen
Koude zeestroom: van polen richting evenaar
Slide 13 - Tekstslide
Wat valt op aan het water nabij woestijnen?
Slide 14 - Tekstslide
0
Slide 15 - Video
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
aantekening welke invloed atmosferische circulatie en zeestromen hebben op klimaat- en landschapsgebieden
Warme zeestroom: zorgt voor warmte, regen en ijsvrijehavens tot aan Moermansk toe
Koude zeestroom: zorgt voor extra koud klimaat. In subtropen: voorkomen woestijnen; koude zeewater koelt de lucht erboven af, waardoor deze weinig vocht kan vasthouden.
Slide 20 - Tekstslide
Stel op basis van het filmpje minimaal drie vuistregels op t.a.v. zeestromen
Slide 21 - Open vraag
0
Slide 22 - Video
Oceanische circulatie
De overheersende winden in een bepaald gebied brengen ook het zeewater in beweging. Deze oceanische circulatie beweegt dus met de wind mee.
De andere manier waarop oceaanwater in beweging komt is het verschil in zoutgehalte, de warme golfstroom is een voorbeeld van zo'n thermohaline stroming.
Slide 23 - Tekstslide
Thermohaline circulatie
Slide 24 - Tekstslide
Thermohaline circulatie
Thermo:
Koud water heeft een hogere dichtheid, dus is zwaarder.
Haline:
Warm zeewater iets zouter, want meer verdamping.
Zout water is zwaarder.
Slide 25 - Tekstslide
Thermohaline stroming
Van energieoverschot naar -tekort, dus van .. breedte naar ... breedte.
Onderweg:
- verdampt water, blijft meer zout (haline..) in water achter, dus wordt zwaarder
- wordt water kouder (thermo..) dus zwaarder
Zwaarder water zakt (afzinkgebied) en stroomt als dieptestroom terug naar warmere gebieden.
Dit zijn dus thermohaline zeestromen
Slide 26 - Tekstslide
Toegepast
Warme golfstroom, bevat meer zout.
Stroomt naar Noordwest Europa, koelt af.
Zakt weg bij IJsland (diepwaterpomp) en stroomt als dieptestroom terug.
Water welt op bij diepzeetroggen vanwege aflandige wind.
Slide 27 - Tekstslide
Zelfstandig aan de slag met 3.3
HW was: 3.2 1 t/m 5 af - kijk alles met aandacht na
Maakwerk 3.3: 1, 2, 3bcd, 4 Nu in de les -> morgen les over 3.4!