MTH, leerjaar 1, blok 2, les 6

Het ECG
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Medisch technisch handelenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Het ECG

Slide 1 - Tekstslide

Het ECG


Een hartfilmpje wordt ook wel een elektrocardiogram (ECG) genoemd. 

Een ECG geeft de elektrische activiteit van de hartspier op dat moment weer. 

Het is dus een momentopname. 

Slide 2 - Tekstslide

  • Veel hartafwijkingen geven een afwijking van de elektrische activiteit en kunnen dus op een ECG gezien worden. 

  • Het is bij verdenking op of monitoren van hartproblematiek belangrijk om te weten hoe een ECG gemaakt moet worden. 

  • Een ECG kan namelijk informatie geven over: hartritmestoornissen, geleidingsstoornissen en hartinfarcten (ischemie). 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Het ECG in rust
Doel: 
- het aantonen van een doorgemaakt hartinfarct (kort of lang geleden) 
 
- het aantonen van hartritmestoornissen als die tijdens het maken van het  
  ECG aanwezig zijn 
 
- het uitsluiten van hartfalen (bij angina pectoris is een rust ECG bijna altijd  
   normaal)

Slide 6 - Tekstslide

De uitslag van het ECG kan worden beïnvloed door: 
  • sieraden zoals armbandjes, kettinkjes of horloges 
  • mobiele telefoon die contact maakt met het lichaam 
  • overvloedig lichaamshaar, daardoor maakt de elektrode onvoldoende contact 
  • bewegen, praten en hoesten 

Slide 7 - Tekstslide

De elektroden van het apparaat hebben verschillende kleuren om aan te geven waar ze geplaatst dienen te worden. 

De kleuren kunnen per apparaat verschillen, maar meestal worden de meest gangbare kleuren gebruikt.

Het is belangrijk de plakkers niet op zalf of wonden te plakken. 

Slide 8 - Tekstslide

Dit kan de geleiding namelijk beperken.

Ga bij storingen in het ECG na:
  • of alle plakkers goed zitten, 
  • de elektroden juist zijn bevestigd en 
  • of de patient niet beweegt/trilt/praat/hoest tijdens het onderzoek.

  
 

Slide 9 - Tekstslide

Bij het maken van een ECG kunnen enkele complicaties/problemen optreden. 

De print:   
• is niet goed leesbaar; 
• toont onderbrekingen; 
• vreemde eenmalige uitschieters.   

Maak hierbij altijd een nieuwe print= nieuw ECG

Slide 10 - Tekstslide

Benoem 3 punten die de uitslag van het ECG kunnen beïnvloeden.

Slide 11 - Open vraag

Benoem 3 doelen voor het maken van een ECG in rust.

Slide 12 - Open vraag

Holteranalyse
  • Klein draagbaar ECG apparaat 
  • Registreert gedurende 24 uur (soms 48 uur) de elektrische hartactiviteit en slaat dit op in een digitaal geheugen 
  • Spoort hartritmestoornissen die zich één of meerdere malen per dag voordoen op
  • Sluit een hartafwijking als oorzaak uit bij een regelmatig optredende collaps (flauwte, geheel of gedeeltelijk) 
  • Er wordt een dagboek bijgehouden door de patiënt om eventuele afwijkingen in verband te brengen met wat hij op dat moment deed/de klachten die hij op dat moment had

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

De Holteranalyse:
A
Spoort hartritmestoornissen die zich één of meerdere malen per dag voordoen op
B
Sluit een hartafwijking als oorzaak uit bij een regelmatig optredende collaps
C
Beiden antwoorden zijn juist
D
Beiden antwoorden zijn onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Inspannings ECG (Ergometrie)
Doel
Het opsporen van afwijkingen die kunnen wijzen op een zuurstoftekort in de hartspier tijdens inspanning.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

 Uitvoering
  • De patiënt levert een maximale inspanning op een hometrainer (soms op de loopband) 
 
  • Voorafgaand aan het onderzoek worden de lengte, gewicht en bloeddruk  opgemeten 
 
  • De belasting wordt tijdens de test iedere minuut zwaarder gemaakt 
 
  • De patiënt geeft direct aan wanneer er klachten zijn zoals duizeligheid of pijn

Slide 18 - Tekstslide

  • Tijdens het onderzoek wordt continu een ECG gemaakt 
 
  • Tijdens het onderzoek wordt de bloeddruk enkele malen gemeten 
 
  • Na afloop wordt er een ECG in rust gemaakt 
 
  • Tijdens het onderzoek zijn er een defibrillator, een beademingsballon, mogelijkheden tot het toedienen van zuurstof en medicijnen voor acute hartklachten aanwezig 
 
  • De test wordt onmiddellijk gestopt als de patiënt klachten krijgt of aangeeft dat 
  het niet meer gaat 
 
  • De arts moet bij afnemen van de test altijd in de buurt zijn

Slide 19 - Tekstslide

De arts moet bij een inspanings ECG aanwezig zijn omdat:
A
Het een voorbehouden handeling is
B
De patiënt acute hartklachten kan krijgen
C
Beide antwoorden zijn juist
D
Beide antwoorden zijn onjuist

Slide 20 - Quizvraag