Klas 4H - §6.2 - Karakteristieke groepen - LHE

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 6: Koolwaterstoffen

6.1 Alkanen en alkenen

6.2 Karakteristieke groepen

6.3 Reacties

6.4 Esters
6.5 Evenwichten

 

Toetsweek:     H5 + H6.1 + H6.2 (3-teller)    120 minuten         

6.2 Karakteristieke groepen

Leerdoelen 6.2 Karakteristieke groepen

Ik kan de volgende vier karakteristieke groepen opnoemen, beschrijven en naamgeving regels erop toepassen:

• Halogenen
• Alcoholen
• (Carbon)zuren
• Aminen

Herhaling vorige les

We hebben het gehad over naamgeving van koolwaterstoffen.

Check of je het nog hebt onthouden:

de onderstaande namen zijn fout, teken de structuur en verbeter ze:

1-methylpropaan

1,1-dimethylbutaan

2-ethylpentaan

but-3-een

penta-2,2-dieen

Karakteristieke groepen

karakteristieke groep: een (groep) atoom/atomen die in een koolstofverbinding aanwezig is. Deze geven karakteristieke eigenschappen aan de stof. 

Wat voor eigenschappen?

Wat voor eigenschappen?

Wat voor eigenschappen?

Wat voor eigenschappen?

Wat voor eigenschappen?

Wat voor eigenschappen?

Halogeenalkanen

halogeenalkanen: alkanen waarin
minimaal één H-atoom vervangen
is door een halogeenatoom.

bijvoorbeeld:

trichloormethaan

(waarom staan hier niet de plaatsnummers)?

Halogeenalkanen

Alfabet-regel:

verschillende groepen: Bij verschillende zijgroepen/vertakkingen, gaan de groepen in de naam op alfabetische volgorde.

Alcoholen

alcohol: een koolstofverbinding waarin de karakteristieke groep: -O-H aanwezig is. Een alkaan met een alcoholgroep noem je ook wel een alkanol.

Alcoholen hebben -ol als achtervoegsel.

Carbonzuren

carbonzuur: een koolstofverbinding waarin de 

karakteristieke groep:                        voorkomt.

Een alkaan met een zuurgroep noem je ook wel een alkaanzuur.

Zuren hebben -zuur als achtervoegsel.

Aminen

amine een koolstofverbinding waarin de 

karakteristieke groep:                        voorkomt.

Een alkaan met een aminegroep noem je ook wel een alkaanamine.

Aminen hebben -amine als achtervoegsel.

Aminozuur

Een verbinding waarin zowel een amine- als een zuur-groep voorkomt is een aminozuur. 

Oefenen met naamgeving!

12 minuten - 3 levels

Hoe ver kom je?

Huiswerk

Van 6.2:  

19 t/m 21

23 en 24

29

31 en 32