Regelmatige werkwoorden eindigend op -AR , -IR , -ER
Weet je de regel nog?
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5,6
In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen, tekstslide en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Verbos -AR-ER -IR
Regelmatige werkwoorden eindigend op -AR , -IR , -ER
Weet je de regel nog?
Slide 1 - Tekstslide
YO
TÚ
ÉL, ELLA, USTED
NOSOTROS, NOSOTRAS
VOSOTROS, VOSOTRAS
ELLOS, ELLAS, USTEDES
hablo
bebo
habláis
come
vivimos
escriben
vivís
hablan
preguntamos
vives
vende
compran
escuchas
escucháis
vive
bebemos
compro
bailas
bailáis
leemos
habla
leen
escuchas
pregunto
Slide 2 - Sleepvraag
Slide 3 - Video
Schrijf de juiste vorm van het werkwoord in de volgende zinnen: 1. Norah (querer) beber un vaso de agua. 2. Los sábados Mads y su hermano (jugar) al fútbol) 3. La dependienta me pregunta: ¡Hola! ¿(poder) ayudarle? 4. Rutger y Sebastian (pedir) una coca cola y una fanta en el bar.
Slide 4 - Open vraag
Vul de juiste vorm van 'entender' bij de volgende zin:
Juan y Pedro no _____________ esta tarea.
A
entendemos
B
entiendo
C
entiende
D
entienden
Slide 5 - Quizvraag
Vul de juiste vorm van 'pedir' in bij de volgende zin:
Nosotras __________ las patatas fritas y coca cola.
A
piden
B
pide
C
pedimos
D
pedís
Slide 6 - Quizvraag
Vul de juiste vorm in van 'volver' bij de volgende zin:
Voy a Madrid este fin de semana, pero _______ el martes.
A
volvemos
B
vuelvo
C
vuelven
D
vuelve
Slide 7 - Quizvraag
Vul de juiste vorm in van 'dormir' bij de volgende zin:
Cada noche Esmee _______ nueve horas
A
dormimos
B
duermes
C
duermo
D
duerme
Slide 8 - Quizvraag
Vul de juiste vorm in van 'querer' bij de volgende zin: