3GT 9 januari 2025

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1,2

Welkom!

Welkom 3GT

Wat gaan we vandaag doen?

• Nakijken huiswerk.
  
• Uitleg les 57 blz. 118.
  
• Aan de slag met les 57 blz. 118 en 119.
  

Huiswerk nakijken

Maak opdracht 1 t/m 9 op bladzijde 116 en 117.

Gedichten en hun vorm paragraaf 56.

Antwoorden huiswerk blz 116

1 Nee, niet elke tjielp klinkt hetzelfde. 

2 Door op sommige plekken streepjes toe te voegen en in de ene zin meer tjielps te zetten

dan in de andere zin, klinken de verschillende zinnen anders.

3 Het gedicht zal waarschijnlijk verdergaan met nog meer tjielps. ‘Etc.’ geeft aan dat het op

eenzelfde manier verder zal gaan.

4 A, B T2

5 Door zoveel vliegen te plaatsen, is de rest van de tekst niet meer te lezen. Hierdoor begrijp

je beter hoe de ik-figuur zich voelt als er steeds vliegen op de tekst komen zitten tijdens

het lezen.

Antwoorden huiswerk blz. 1117

6 De mensen zijn goed / de mensen zijn slecht

Hoe langer je leeft / hoe korter het duurt

Je komt uit het water / en gaat door het vuur

De wereld draait door / en dat doettie nog lang

7 Het gedicht bestaat uit acht strofen. 

8 Omdat een tunnel een lange rechte weg is. Je kunt in de tunnel niet afslaan en dus fietst

iedereen rechtdoor: alle fietsers gaan dus dezelfde weg.

T2

9 Te beoordelen door de docent.

Uitleg H57 blad. 118

Gedichten en hun betekenis

• Waar gaat het gedicht over?
  
• Welk doel heeft de schrijver?
  
• Wat hebben vorm en inhoud met elkaar te maken?
  
• Welke beelden roept het gedicht op?
  
• Welke beeldspraak wordt gebruikt? (les 28)
  
• Wat voel je bij het gedicht? 
  

Beeldspraak les 28 blz. 60

Welke beeldspraak wordt gebruikt? (les 28)

• Vergelijking 
  
• Metafoor
  
• Personificatie
  

Aan de slag met H57 blz. 118

Maken opdracht 1 t/m 12 op bladzijde 118 en 119. 

Einde les

Wat voor gevoel heb je na deze les?

😒🙁😐🙂😃