BS2 Voedingsstoffen deel 2

BS2 Voedingsstoffen deel 2
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

BS2 Voedingsstoffen deel 2

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
Gedragsverwachtingen (5 min)
Terugblik vorige les (2 min)
Uitleg (5 min)
Zelfstandig werken (20min) 
Samen nakijken (5 min)
Les afsluiten (3 min)

Slide 2 - Tekstslide

Hoe ik mij voel na een les met B2B
Hoe jij je voelt na een slecht cijfer voor biologie

Slide 3 - Tekstslide

Dat kan echt anders! 
Growth mindset!

Dus vanaf nu (en help mij een beetje a.u.b)
1. niet meer naast elkaar zitten
2. geen herrie
3. geen flauwekul 
4. eruit sturen, alleen als het echt nodig is, na een waarschuwing
En als je probeert iemand anders eruit gestuurd te krijgen, ga je zelf

Slide 4 - Tekstslide

BS1 Voedingsmiddelen
Doelen:
Je weet het verschil tussen voedingsmiddelen en voedingsstoffen
Je kunt de 4 functies van voedingsstoffen noemen

Slide 5 - Tekstslide

Dierlijke voedingsmiddelen

Alles wat je eet en drinkt zijn voedingsmiddelen:

  • plantaardige voedingsmiddelen: 
  • dierlijke voedingsmiddelen: 


Voedingsmiddelen:
alles wat je eet of drinkt.
  • Dierlijke voedingsmiddelen 
Eten/drinken afkomstig van een dier
  • Plantaardige voedingsmiddelen
Eten of drinken dat gemaakt wordt van planten

Slide 6 - Tekstslide

4 functies / taken
Om later te gebruiken
Voor energie
Voedingsstoffen
Voor nieuwe cellen
Om gezond te blijven
Je slaat reservestoffen op als vet
Dus nodig voor groeien en genezen van wonden

Slide 7 - Tekstslide

BS2 Voedingsstoffen
Doelen:
Je kunt zes groepen voedingsstoffen noemen met hun functies.

Slide 8 - Tekstslide

6 Voedingsstoffen
  1. Eiwitten
  2. Koolhydraten
  3. Vetten
  4. Water
  5. Mineralen
  6. Vitaminen

Slide 9 - Tekstslide

Je lichaam heeft alle voedingsstoffen nodig. Blz 78
• Eiwitten zijn een bouwstof. Je lichaam kan eiwitten ook verbranden, dan is het een brandstof.
• Koolhydraten zijn een brandstof. Je lichaam gebruikt koolhydraten ook als bouwstof. Voorbeelden van koolhydraten zijn suiker en zetmeel.
• Vetten zijn vooral brandstof, maar ook bouwstof en reservestof.
• Water is een belangrijke bouwstof voor je lichaam. Je lichaam bestaat voor ongeveer 60% uit water.
• Mineralen zijn een bouwstof en een beschermende stof. Voorbeelden van mineralen zijn kalk, ijzer en keukenzout. Mineralen worden ook wel zouten genoemd.
• Vitaminen zijn een bouwstof en een beschermende stof. Als je te weinig vitaminen eet, word je ziek. Er zijn veel vitaminen. Ze worden aangegeven met een letter. Bijvoorbeeld: vitamine C, vitamine A en vitamine B.

Slide 10 - Tekstslide

Voedingsmiddelen en voedingsstoffen

De voedingsstoffen zijn de bouwstenen van de voedingsmiddelen. De voedingsmiddelen kunnen de volgende voedingsstoffen bevatten: koolhydraten, eiwitten, vetten, vitaminen, mineralen, voedingsvezels en water. Al deze voedingsstoffen hebben in je lichaam een of meerdere specifieke taken. Wat voor taken deze voedingsstoffen hebben in je lichaam zie je in de onderstaande illustratie. Met de diverse indicatoren kan je deze voedingsstoffen in de voedingsmiddelen aantonen.

Slide 11 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Blz. 66 t/m 73
Opdracht 1, 5, 6 en 7. 
En Blz. 79
Opdracht 4, 5 en 6
 
Ben je klaar, laat je het zien aan de docent
Heb je tijd over dan doe je test jezelf 2.1 en 2.2
timer
20:00

Slide 12 - Tekstslide

Nakijken
Blz. 66 t/m 73
Opdracht 1, 5, 6 en 7.
En Blz. 79
Opdracht 4, 5 en 6

Slide 13 - Tekstslide

Les afsluiten
Wat ging er goed tijdens de les?
Les doel behaald?
Wat ging er goed tijdens de les?
Wat kan er een volgende les beter?

Slide 14 - Tekstslide