namen van stoffen

• Scheikunde
• MBO
• Studiejaar 1

deze les

terugblik vorige les

uitleg stofnamen

samen vragen maken

het periodiek systeem  - metalen en niet metalen

Als we alle elementen met elkaar vergelijken blijkt dat je ze kunt indelen in twee groepen:

Metalen en niet metalen 

Metalen hebben allemaal een aantal eigenschappen die de niet metalen niet hebben.

De niet metalen hebben eigenlijk geen vergelijkbare eigenschappen (behalve dat het geen metalen zijn)

het periodiek systeem - drie soorten stoffen

Alle materie op aarde bestaat uit stoffen die een combinatie zijn van de elementen uit het periodiek systeem

• zuiver metalen of legeringen
• zouten
• moleculaire stoffen

het periodiek systeem - drie soorten stoffen

zuiver metalen en legeringen

zuiver metalen = goud, zilver platina, zink, lood, kwik

legeringen = mengsel van twee of meer metalen 

brons, messing

het periodiek systeem - drie soorten stoffen

zouten

zouten zijn een combinatie van een metaal met een niet metaal

natrium (Na - metaal) kan reageren met chloor (Cl -niet metaal)

tot natriumchloride (NaCl) en dat is een zout (keukenzout)

het periodiek systeem - drie soorten stoffen

moleculaire stoffen

moleculaire stoffen zijn combinaties van niet metalen

waterstof (H₂ - niet metaal) reageert met zuurstof (O₂ - niet metaal) tot water (H₂O) 

soorten stoffen 

Leuk al die soorten stoffen maar hoe noemen we elke stof

Hoe stellen we een molecuul formule

Hoe lezen we een molecuul formule

Formules van stoffen

Leerdoelen

Aan het einde van deze les weet je van elke stof een naam en een molecuulformule te te schrijven.

Je weet welke symbolen je nodig hebt voor welke atomen en welke telwoorden je moet gebruiken

Formuletaal (1)

vanuit naam naar formule:

Zoek het symbool bij de elementen uit de stofnaam

Vertaal de telwoorden naar een index

Schrijf de symbolen op

Zet de juiste index bij het juiste symbool

Formuletaal (2)

vanuit formule naar naam:

Zoek de naam bij de symbolen uit de formule

Vertaal de index naar een telwoord

Begin met het telwoord van het eerste element

Zet de andere telwoorden en elementen in de juiste volgorde

Formuletaal (3)

namen en symbolen in tabel 3.1

namen bijzondere elementen tabel 3.2

namen telwoorden tabel 3.3

systematische namen schrijfwijze tabel 3.4

aantal niet systematische namen tabel 3.5

GEWOON UIT JE HOOFD LEREN

voorbeeld

Vindt de systematische naam voor bicarbonaat H₂CO₃

• 1 gebruik tabel 3.1 en vertaal de symbolen
  
• H =waterstof; C =koolstof; O = zuurstof
  
• gebruikt tabellen op blz 89  en vertaal de telwoorden
  
• 2 = di; 3 = tri
  
• zuurstof staat achteraan dus denk aan tabel 3.4

voorbeeld

Vindt de systematische naam voor bicarbonaat H₂CO₃

• zet alles in de juiste volgorde dus telwoord voor naam
  
• dus di waterstof koolstof tri zuurstof
  
• o nee want tabel 7.1
  
• diwaterstofkoolstoftrioxide
  

oefenen

maak vraag 2 en 3 blz 90 boek

naamgeving zouten (1)

Gelijk aan een moleculaire verbinding, maar we gebruiken de telwoorden niet.

AlCl₂ heet geen aluminium dichloride maar aluminiumchloride

naamgeving zouten (2)

Van naam naar zout moet je zorgen dat de totale lading 0 is

gebruik tabel 45 Binas of tabel 7.1, 7.2 en 7.3

1. Zoek de symbolen bij de namen en 
2. Zorg dat de er evenveel + als - in de formule zit
3. schrijf de formule in de volgorde positief ion, negatief ion

oefenen

maak vraag 8 en 9 blz 100 boek