1.1 Rekenen met geld

Welkom
Paragraaf 1.1 Rekenen met geld 

Leg bladzijde 12 voor je open!
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Paragraaf 1.1 Rekenen met geld 

Leg bladzijde 12 voor je open!

Slide 1 - Tekstslide

Wat heb je gisteren gegeten?

Slide 2 - Open vraag

Voorkennis
Wat weet je al?

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen

Slide 4 - Tekstslide

Hoeveel lesdoelen zijn er in deze les?
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 5 - Quizvraag

Uitleg theorie

Slide 6 - Tekstslide

Wat heb je geleerd van dit filmpje?

Slide 7 - Open vraag

Schrift
Neem het voorbeeld over in je schrift.
Het voorbeeld staat bij de volgende dia (deze neem je over).
Nadat je deze overgenomen hebt maak je hiervan een foto en zorg je dat deze hier wordt geüpload. 
(deze dia komt na het voorbeeld).

Slide 8 - Tekstslide


Neem het voorbeeld over in je schrift.
Foto hier uploaden.

Slide 9 - Open vraag

Je kan het!
Enkele oefeningen...

Slide 10 - Tekstslide

Krijg je geld terug of moet
je betalen?
A
Geld terug
B
Betalen

Slide 11 - Quizvraag

Ik kan afronden bij PRIJZEN en CONTANT GELD.
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quizvraag

Vind je dat je geld tekort komt?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quizvraag

Hoeveel geld is dit samen?
200 + 20 + 2 =
A
222
B
242
C
200202
D
2022

Slide 14 - Quizvraag

Op hoeveel decimalen rond je geld af?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 15 - Quizvraag

Fenna heeft een folderwijk en verdient iedere week 36 euro. Ze spaart steeds de helft van haar verdiende geld. Hoeveel weken moet ze sparen voor ze 200 euro gespaard heeft?
A
16 weken
B
10 weken
C
12 weken
D
13 weken

Slide 16 - Quizvraag

Afronden met geld doen we per......
A
€0,01 cent
B
€0,05 cent
C
€0,10 cent
D
We ronden niet af met geld

Slide 17 - Quizvraag

Marco gaat met zijn matties naar een fris-feest. De prijs aan de ingang €2,50. Voor elke drankje is het €1,- Marco drink wel 13 drankjes. Hoeveel geld is hij kwijt.
A
€ 13,-
B
€ 32,50
C
€ 150,-
D
€ 15,50

Slide 18 - Quizvraag

Pieter koopt voor 1,99 en voor 3,25 en voor 4,65 en voor 6,88
Hoeveel geld moet hij ongeveer betalen?
A
15 euro
B
14 euro
C
17 euro
D
16 euro

Slide 19 - Quizvraag

Lastig? 
Maak de volgende ondersteunende opdrachten:
O5, O8, O11, O16 

Slide 20 - Tekstslide

Makkelijk?
Maak de volgende uitdagende opdrachten:
U1, U2, U3, U4

Slide 21 - Tekstslide

Huiswerk


Maak in deze les:

Opgave 1 t/m opgave 17

Bladzijde 12.


Ben je klaar?

Ga dan werken aan de digitale leeromgeving van Getal & Ruimte!


Succes!


Slide 22 - Tekstslide

Nakijken
Je gaat eerst het huiswerk van de deze (of vorige) les nakijken. 
1. Gebruik hiervoor een andere kleur pen. 
2. Zet een krulletje of vinkje bij de opgave die goed zijn. 
3. Verbeter je antwoorden.

Slide 23 - Tekstslide

Maak een foto van je gemaakte sommen

Slide 24 - Open vraag

Maak een foto van je gemaakte sommen

Slide 25 - Open vraag

Wat heb je geleerd van deze les?

Slide 26 - Open vraag

Wat vind je nog moeilijk aan deze les?

Slide 27 - Open vraag

Lesafsluiting
  • Met de volgende opgave kun je laten zien dat wat je geleerd hebt vandaag ook kunt!

  • Klaar voor de quiz? 

Slide 28 - Tekstslide

Tot ziens iedereen

Slide 29 - Tekstslide