13.1B [les 2]

H13 plant en dier 
Je kunt uitleggen hoe verschillende organismen aan hun energie komen
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

H13 plant en dier 
Je kunt uitleggen hoe verschillende organismen aan hun energie komen

Slide 1 - Tekstslide

BALANSDENKEN
Toename = Inkomsten - Uitgaven

In dieren: Toename=Voedsel - (1 + 2 + 3 + 4)

Slide 2 - Tekstslide

In dieren: Toename=Voedsel - (1 + 2 + 3 + 4)

Noteer de nummers en zet erachter welke energie verbruikende processen het zijn.

Slide 3 - Open vraag

Welk dier heeft een hogere voedselinname nodig? Verklaar je antwoord.

Slide 4 - Open vraag

Als kinderen in de pubertijd komen dan gaat dat vaak gepaard met enorme vreetbuien. Pubers staan er algemeen om bekend dat zij veel vaker honger hebben dan volwassenen.

Verklaar dit fenomeen aan de hand van balansdenken

Slide 5 - Open vraag

Plantaardig voedsel is veel moeilijker verteerbaar en minder energierijk dan dierlijk voedsel. Dit is te zien in bijvoorbeeld de schoonmaak van hokken in dierentuinen. Verzorgers van grote herbiovren moeten veel vaker het binnen hok schoonmaken dan bijvoorbeeld de hokken van de leeuwen.
Leg dit fenomeen uit aan de hand van balansdenken.



Slide 6 - Open vraag

DOEL FOTOSYNTHESE
Je kent de reactie voor fotosynthese en kunt uitleggen welke organen de plant gebruikt om grondstoffen/energie op te nemen of op te slaan.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Uit welke stoffen ontstaat deze boomstronk?

Slide 9 - Open vraag

Wat is ook alweer de reactievergelijking van fotosynthese (in woorden ook goed)

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Video

Hoe nemen planten water en koolstofdioxide op?

Slide 12 - Open vraag

Hoe verliest de plant het gevormde zuurstof?

Slide 13 - Open vraag

licht
Niet alle kleuren uit het zonlicht worden gebruikt.

NIET - groen (en daarom zien wij de plant als groen)
WEL - blauw/ paars en oranje/ rood

Slide 14 - Tekstslide

Wietplanten
Wietplanten groeien goed op paars licht. Mocht je door de stad lopen en een paarse kamer zien, dan is er een kans dat er wat wordt gekweekt ;)


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Sparrenbos
(vraag hierbij horend zie volgende slide)
In een sparrenbos van ongeveer 30 meter hoogte is gedurende een zonnige dag in augustus de CO2-concentratie bepaald op verschillende hoogten boven de grond. Deze gegevens zijn hiernaast weergeven. De lijnen in dit diagram verbinden de hoogten boven de grond waar de CO2-concentratie op bepaalde tijdstippen gelijk is. De concentratie is uitgedrukt in deeltjes per miljoen (ppm). Bijvoorbeeld om 6 uur 's ochtends ligt de CO2-concentratie 10 meter boven de grond tussen de 370 en 380 ppm..


Met behulp van het diagram kan worden bepaald op welke hoogte boven de grond en op welke uren van de dag de fotosynthese-activiteit het grootst is. 

In het diagram zijn met de letters P, Q, R en S vier combinaties van hoogte en tijd aangegeven.

Slide 17 - Tekstslide

Bij welke combinatie van hoogte en tijd is er sprake van de grootste fotosyntheseactiviteit?
A
Bij P
B
Bij Q
C
Bij R
D
Bij S

Slide 18 - Quizvraag

DOEL EENCELLIGEN
Je weet hoe eencelligen voedsel opnemen



Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video

In ons lichaam zijn er ook bepaalde soorten cellen die andere cellen kunnen 'opeten' door middel van endocytose. Welke cellen zijn dat?

Slide 22 - Open vraag

Huiswerk
Maak de overige opdrachten van paragraaf 13.1 (behalve opg 18 t/m 20)

Slide 23 - Tekstslide