-periode - groep - metaal - nietmetaal goed kunnen toepassen
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
module rekenen
planning:
afronden eerste deel van de reader.
werken aan poster.
Doel:
-periode - groep - metaal - nietmetaal goed kunnen toepassen
Slide 1 - Tekstslide
Geef de symbolen van alle elementen uit groep 10
Slide 2 - Open vraag
Slide 3 - Tekstslide
Geef de symbolen van elle elementen uit periode 3
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
wat is de juiste naam voor de elementen uit groep 2
A
metalen
B
aardmetalen
C
alkalimetalen
D
aardalkalimetalen
Slide 6 - Quizvraag
Wie reageert heftiger met water? Na of Cs
A
Na
B
Cs
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Wie reageert heftiger met water? kalium of calcium?
A
Kalium
B
Calcium
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
In welk groep staan de edelgassen
A
1
B
18
C
2
D
19
Slide 11 - Quizvraag
Welke periode bevat geen metalen
A
1
B
7
C
2
D
18
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Vraag 3
In Rusland is een nieuw superzwaar element gesynthetiseerd door berkelium (atoomnummer 97) te beschieten met snel-bewegende calciumatomen. Hierbij smolten de beide kernen samen. Er werden zes atomen van het nieuwe element gevonden.
a. Wat is het atoomnummer van dit nieuwe element?
b. Voorspel de chemische eigenschappen van dit element. Licht je antwoord toe
Slide 14 - Tekstslide
vraag 6
Het element goud kun je met wat moeite en flink wat geluk zuiver in de natuur aantreffen, maar het element natrium niet. Leg uit hoe dat komt.
Slide 15 - Tekstslide
Element en groepje is bekent
Zoek algemene info op zoals
ontdekking - gebruik - voorraad-leuke weetjes....
maak er een aantrekkelijk info blad van 1 A4
1A4 of 2 ppt slides
eerste cijfer nieuwe practicumdossier
Slide 16 - Tekstslide
element en groepje is bekent
maak er een aantrekkelijk info blad van 1 A4 of 2 ppt slides
Ik beoordeel het geheel via beoordelingsvel
Meer info zie bundel
Maandag 25 januari uiterlijk ingeleverd.
Slide 17 - Tekstslide
Voor nu...
Je mag uitloggen.
Werk samen aan de poster. open ook de reader voor beoordelingsformulier .
maandag 25 jan inleveren.
Morgen nieuwe info. Zorg dat je Binas en rekenmachine bij de hand hebt.
Slide 18 - Tekstslide
les dinsdag
je hoeft niet bij lessonup in te loggen.
je moet vandaag aantekeningen kunnen maken
Slide 19 - Tekstslide
module rekenen
planning:
uitleg atoommassa
Doel:
-weten waar je atoommassa kunt vinden
-molecuulmassa kunnen uitrekenen in u en kg.
Slide 20 - Tekstslide
aanwezigheid vandaag
schrijf de aantekeningen mee in je schrift
einde van les foto van je schrift inleveren (binnen 30 min)
via teams staat een opdracht klaar om in te leveren.
mee geschreven en ingeleverd? in magister op aanwezig.
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
atoom massa
De massa van 1 atoom.
te vinden in tabel 99
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
relatieve atoommassa
gewogen gemiddelde
waterstof is op 1 gezet
andere elementen zijn onderzocht op hoeveel x zwaarder.
Slide 25 - Tekstslide
relatieve atoommassa
gewogen gemiddelde
waterstof is op 1 gezet
andere elementen zijn onderzocht op hoeveel x zwaarder.
koolstof is 12x zwaarder dus massa is 12
chloor is 35,45x zwaarder dus massa 35,45
Slide 26 - Tekstslide
atomaire massa eenheid
atomen zijn heeeeeeeeel klein.
De massa is dus ook heeeeeeeeel klein
vandaar een aparte eenheid:
atomaire massa eenheid (u)
bijv de massa van 1 atoom waterstof = 1,008 u
Slide 27 - Tekstslide
atomaire massa eenheid
.
De massa van 1 atoom waterstof is (afgerond) 1 u
wat betekent 1 waterstof atoom weegt
1,66⋅10−27kg
1u=1,66⋅10−27kg
Slide 28 - Tekstslide
atomaire massa eenheid
.
1 atoom zuurstof is 16,00 u
wat betekent 1 zuurstof atoom weeg .......................reken eens uit!
1u=1,66⋅10−27kg
Slide 29 - Tekstslide
atomaire massa eenheid
.
zuurstof is 16 u
wat betekent 1 zuurstof atoom weeg
16,00⋅1,66⋅10−27kg=2,656⋅10−26kg
1u=1,66⋅10−27kg
Slide 30 - Tekstslide
molecuul massa
Stel we hebben
Wat is dan de molecuulmassa in u?
Wat is de molecuulmassa in kg?
H2O
Slide 31 - Tekstslide
molecuul massa
Stel we hebben
Wat is dan de molecuulmassa?
Wat is de molecuulmassa in g?
CH4
Slide 32 - Tekstslide
huiswerk
opgave 9 t/m 12
maandag 25 jan infoblad element af.
Slide 33 - Tekstslide
les woensdag
Inloggen in lessonup..........schrift op tafel
paar opgaven bespreken
uitleg massa als je meer deeltjes hebt en omgekeerd
zelf werken aan opdrachten
Slide 34 - Tekstslide
huiswerk controle. Maak foto van je schrift opgave 9t/m12
Slide 35 - Open vraag
schrijf aantekeningen mee!
aan het einde van de les weer een foto inleveren voor aanwezigheid
Slide 36 - Tekstslide
vraag 9a
1,50 u --> kg
1u=1,66⋅10−27kg
Slide 37 - Tekstslide
vraag 9c
9,8 u --> gram
1u=1,66⋅10−27kg
Slide 38 - Tekstslide
vraag 9f
1u=1,66⋅10−27kg
5,00⋅10−23g→u
Slide 39 - Tekstslide
vraag 10
a. massa van chloor
b. ammoniak
Slide 40 - Tekstslide
Stel ik heb 1140u aan fluor atomen. Hoeveel zijn dit er dan?
Fluor = F = 19,00 u
dat is 1 atoom. Hoe vaak past dit getal in 1140?
1140 / 19 = 60
Slide 41 - Tekstslide
Stel ik heb 20 moleculen butaan wat is dan de massa in kg?
butaan = C4H10
molecuulmassa is 4x12,01 + 10x1,008 = 58,12u
dat is de massa van 1 molecuul
20 moleculen wordt dan 20x58,12 = 1162,4 u
1162,2 x
1,66⋅10−27kg
Slide 42 - Tekstslide
Stel ik heb 8,47*10-25 kg magnesium. Hoeveel atomen Mg zijn dit?
magnesium = Mg = 24.31 u
dat is de massa van 1 atoom in kg word dit.....
24,31 * 1,66*10-27 = 4,035*10-26
Hoe vaak past dit in 8,47*10-25
21x
Slide 43 - Tekstslide
foto van je aantekeningen.... huiswerk is opg 13 t/m 20
Slide 44 - Open vraag
stoffen reageren met elkaar in een constante massaverhouding
koolstof (s) + zuurstof (g) -> koolstofdioxide (g)
3 kg : 8 kg ->
Voor elke soort reactie is de massaverhouding anders!!!!!
Slide 45 - Tekstslide
aluminium (s) + zuurstof (g) -> aluminiumoxide (s) 9 g 8 g
a. Hoeveel gram aluminium reageert er met 25 g zuurstof?
b. 20 g aluminum reageert met 18 gram zuurstof.
Welke stof is in overmaat en met hoeveel?
Slide 46 - Tekstslide
Zelf massa verhouding bepalen
stel kloppende reactievergelijking op
zoek molaire massa's op
vermenigvuldig met coefficient
Slide 47 - Tekstslide
aluminium (s) + zuurstof (g) -> aluminiumoxide (s)