Prikkelverwerking

Prikkelverwerking
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2,3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Prikkelverwerking

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

*muziek aanzetten*
*welkom - we beginnen gelijk met 2 filmpjes over prikkelverwerking*

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

- Wat vonden jullie hiervan?
- Hoe kwam dit op jullie over?
- Wat vonden jullie van het tweede filmpje? Met name de manier waarop de man sprak.

Hij spreekt inderdaad heel snel, misschien lastig te volgen.. Deze filmpjes maken dat er veel prikkels binnenkomen die je snel moet verwerken. Deze filmpjes zijn een intro op het onderwerp prikkelverwerking waar de training over gaat. Dit prikkels voorschotelen dat doen wij eigenlijk iedere dag aan onze cliënten. 
“Voor deze workshops/les wordt de applicatie LessonUp gebruikt. Deze app download je op basis van vrijwilligheid op je eigen privé-device. Door het downloaden van de applicatie maak je het mogelijk om beperkte persoonsgegevens ( lees: jouw naam en antwoorden) uit te wisselen met de docent van SVRZ gedurende deze les. Hierop is de AVG van toepassing.”

www.svrz.nl

Slide 5 - Tekstslide

Om de training uiteindelijk samen met mijn docent te beoordelen is een video-opname nodig waarin de groep en de trainer in zicht zijn, daarom heb ik een camera geplaatst. Is er iemand die er bezwaar tegen heeft dat er wordt gefilmd? Mocht dat zo zijn, dan verplaats ik de camera alleen op mij gericht. Deze beelden worden beveiligd opgeslagen en verder niet gebruikt.

Slide 6 - Tekstslide

Ik zal mijzelf eerst even kort voorstellen. In het kader van mijn opleiding Toegepaste Psychologie heb ik de training rondom prikkelverwering bij ouderen doorontwikkeld. Er is vanuit SVRZ vraag naar de training rondom het thema prikkelverwerking waarvoor deze is ontworpen. De training zal toelichting geven vanuit theorie en ervaringen uit de praktijk van SVRZ. 

Het is voor mij de eerste keer dat ik deze training maar ook alléén een training geef, dus ik wil jullie vragen om gedurende de training ook kritisch te zijn over de inhoud van de training. Feedback over de training inhoudelijk is voor mij wenselijk om deze waar nodig te ontwikkelen. Op het einde van de training kom ik hier nog op terug en kunnen jullie in een evaluatie formulier aangeven welke aandachtspunten belangrijk zijn. 

Daarnaast wil ik aangeven dat als er bijzonderheden zijn dat je dat mag aangeven of je kunt mij in de pauze van de training even aanspreken. 

 Jullie kennen elkaar inmiddels wel denk ik, dus doen we een korte kennismaking die we ook gelijk koppelen aan het onderwerp van de training. Jullie mogen groepjes van 2 vormen (bij voorkeur met iemand die je nog niet kent). 

- Ronde 1: in 3 minuten stelt de ene persoon vragen aan de ander over hem/haar. Wat is je naam? Wat is je functie? Welke locatie werk je? Hoelang ben je werkzaam in de ouderenzorg?  Vragen met betrekking tot het thema: Ben je iemand die heel erg gevoelig is voor geluiden, ben je snel overprikkeld? Of heb je scherpe zintuigen? (Iemand is bijvoorbeeld gevoelig voor heftige parfum). Ben je niet gevoelig voor prikkels? (Iemand kan zich bijvoorbeeld goed afsluiten van de omgeving). Voor welke prikkels ben je gevoelig? Hoe goed kun je je concentreren?
- Deze antwoorden op deze vragen noteert de vragensteller.
- Na 3 minuten: rollen omdraaien.
- Na 3 minuten stoppen.
- Alle deelnemers gaan nu om de beurt elkaar voorstellen aan de groep.

Naam, functie, locatie, ervaring - Koppelen aan thema
Ben je iemand die gevoelig is voor prikkels (bijv. geluiden)? 
Of heb je scherpe zintuigen?
Ben je niet gevoelig voor prikkels?
Voor welke prikkels ben je gevoelig?
Hoe kun je je goed concentreren?

timer
3:00

Slide 7 - Tekstslide

Ronde 1: in 3 minuten stelt de ene persoon vragen aan de ander over hem/haar. Wat is je naam? Wat is je functie? Welke locatie werk je? Hoelang ben je werkzaam in de ouderenzorg? Vragen met betrekking tot het thema: Ben je iemand die heel erg gevoelig is voor geluiden, ben je snel overprikkeld? Of heb je scherpe zintuigen? (Iemand is bijvoorbeeld gevoelig voor heftige parfum). Ben je niet gevoelig voor prikkels? (Iemand kan zich bijvoorbeeld goed afsluiten van de omgeving). Voor welke prikkels ben je gevoelig? Hoe goed kun je je concentreren?
- Deze antwoorden op deze vragen noteert de vragensteller.
- Na 3 minuten: rollen omdraaien.
- Na 3 minuten stoppen.
- Alle deelnemers gaan nu om de beurt elkaar voorstellen aan de groep.

Leerdoelen formuleren
- Probleemgedrag naar aanleiding van prikkelverwerking herkennen en de gevolgen hiervan bij de slachtoffers
- Herkennen van de prikkels (oorzaken) die van invloed zijn op probleemgedrag 
- De mate van prikkelverwerking weten te beïnvloeden
- Invloed kunnen uitoefenen op de mate van prikkelverwerking
- De situatie van de cliënt en de omgeving op gepaste wijze aan passen om de mate van prikkelverwerking te beïnvloeden 
timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dementie is de aanleiding voor een verstoorde prikkelverwerking bij cliënten.
EENS
ONEENS

Slide 9 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Probleemgedrag kun je verminderen door de prikkelverwerking van cliënten te beïnvloeden
EENS
ONEENS

Slide 10 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Een verstoring in de sensorische prikkelverwerking leidt tot een verstoorde prikkelverwerking
EENS
ONEENS

Slide 11 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

De training is ontworpen omdat er was gevraagd om een workshop over probleemgedrag, maar dat kan niet in 3 uur. Daar zouden meerdere dagen voor nodig zijn, want dat is heel complex. Maar omdat we weten dat een verstoorde prikkelverwerking meestal de basis is van probleemgedrag hebben we er voor gekozen om dit onderwerp te pakken. Het gaat over de mate waarin ouderen met dementie (of hersenschade) in het verpleeghuis prikkels verwerken. De training gaat over de mate waarin ouderen op prikkels reageren en hoe je hierop kunt reageren en anticiperen. Dit onderwerp gaan we bespreken vanuit een stukje theorie maar ook vanuit jezelf: hoe ervaar jij prikkels? Daarom ook de huiswerkopdracht en de opdracht bij binnenkomst. Eigen bewustwording kan ertoe leiden dat je beter begrijpt hoe dit bij anderen werkt.

Hebben jullie de huiswerkopdracht gedaan? Zo ja, deze gaan we bespreken. Beginnen bij 1 iemand, uitleggen wat ze hebben ervaren per punt en hoe dit voor hen was. Wat vond je van deze ervaring? Hoe kijk je nu naar de ervaring van prikkels voor cliënten?

Zo nee, heb je de huiswerkopdracht misschien thuis gedaan?
 

Slide 13 - Tekstslide

Sensorische zintuigen werken de hele dag samen om de juiste informatie te verwerken, met als doel dat we goed reageren op de omgeving. Je kunt denken aan: proeven, ruiken, voelen, horen en zien.  

Waar denken jullie aan als jullie dit plaatje zien: hoe gaat de prikkelverwerking bij deze zintuigen in zijn werk, welke prikkels kunnen er denk je binnekomen via deze zintuigen?

Het is belangrijk je te realiseren dat je voortdurend blootgesteld wordt aan prikkels:
Waar denk je aan bij?
Horen: medebewoners, verzorging, dat er koffie gezet wordt?
Zien: mensen die heen en weer lopen op de afdeling, TV beeld
Proeven: eten en drinken
Voelen: (denk hierbij ook aan prikkels die van binnenkomen, bij voelen, pijn, gewrichtspijn, moeten plassen/ontlasting krijgen etc…)
Ruiken: lichaamsgeuren (ik die na een paar uur werken zweet, het kan warm zijn en dat kan je ruiken...), koffie, wordt er eten gemaakt? Hoe laat gebeurt dat?

Voorbeelden bespreken
Dit plaatje laat zien dat er heel veel informatie op je afkomt en die komen allemaal tot ons en ons gezonde brein haalt daar de relevante prikkels uit die voor ons van belang zijn.

Mensen met dementie hebben vaak last van een verstoring in de sensorische informatieverwerking. 

DEMENTIE
Vergeetachtigheid
Belemmeringen in dagelijkse bezigheden
Niet (meer) herkennen van bepaalde voorwerpen
Recente herinneringen verdwijnen steeds meer
Vergissen in tijd of plaats
Problemen met taal
Verminderd of slecht beoordelingsvermogen
Gedragsverandering
Onrustig zijn

Slide 14 - Tekstslide

even in het kort samengevat de symptomen van dementie:
Dementie en prikkelverwerking

Slide 15 - Tekstslide

Er zijn verschillende manieren van omgaan met ouderen met dementie. 
Het komt nog vaak voor dat we even niet weten hoe we met bepaald gedrag moeten omgaan en worden er handigheden of trucs ingezet om de dementerende oudere tijdelijk gerust te stellen. 
De mate waarin ouderen, met bijvoorbeeld dementie, prikkels ervaren is vaak een belangrijke oorzaak voor onrust- of probleemgedrag

Doordat er steeds meer bekend is geworden over de werking van de hersenen, weten we ook beter hoe zowel gezonde als beschadigde hersenen functioneren, en zo ook de hersenen van dementerenden. Het wordt steeds meer duidelijk hoe dementerenden hun omgeving ervaren en hoe de hersenen met de prikkels uit die omgeving omgaan. Er is een verband tussen de prikkels die binnenkomen en het gedrag dat ontstaat door verschillende lagen in de hersenen. 

Slide 16 - Tekstslide

Vertraagde prikkelverwerking: bijvoorbeeld,. stel je vertelt iets tegen een cliënt met Parkinson: Heeft u zin in een beschuitje aardbeien? Geen reactie…oh dan niet…..Terwijl cliënt 2 minuten later zachtjes zegt: ‘ja lekker zuster’. Herkennen jullie dat?

Of maar 1 prikkel tegelijkertijd kunnen verwerken: je ziet vaak dat sommige cliënten niet eten/drinken als er aan tafel veel gepraat wordt, of juist dat de tafel helemaal stil valt als er wordt gegeten.

Cliënten kunnen geen onderscheid maken in wat belangrijk is of niet: zo zie je soms dat als er aan de ene kant van de woning een vraag gesteld wordt aan een cliënt, dat helemaal aan de andere kant van de woning iemand ineens antwoord geeft op die vraag.

Kunnen jullie zelf ook nog voorbeelden bedenken of herken je dit in de praktijk?

Slide 17 - Tekstslide

Bij een gezond brein is er een gezonde filter, wij filteren eruit wat nodig is en wat niet, alleen wat relevant is komt terecht in ons brein de rest wordt genegeerd.
Denk aan een feestje: je kunt je focussen op een gesprek, terwijl er muziek aanstaat en andere mensen ook kletsen.
Bij mensen met hersenschade is de filter vaak stuk, denk hierbij aan dementie, infarct, bloeding, na een hersenoperatie bij tumor oid.

- Kunnen jullie voorbeelden bedenken van mensen waarbij de filter niet meer werkt? Op welke manieren reageren zij als er te veel prikkels binnenkomen?

Slide 18 - Tekstslide

Bij mensen met een beschadigd brein zie je dat de gezonde filter stuk is. Het brein krijgt een alarmfunctie door alle prikkels en dit leidt tot stressreacties.
Bijvoorbeeld verstarren: Je ziet mensen die stil vallen
Of vluchten: Je ziet mensen die zich terugtrekken op de kamer als ze dat nog kunnen
Het kan ook zijn dat mensen vechten, hoe uit zich dat?: Je ziet mensen die onrustig of boos worden

Vraag aan de groep.
Kunnen jullie voorbeelden bedenken van mensen waarbij het filter niet meer werkt, en op welke manier reageren zij dan op de teveel prikkels die binnenkomen?

Slide 19 - Tekstslide

Onze alertheid, en die van onze cliënten, wisselt gedurende de dag. Bijv. als je hyperalert bent, kun je makkelijk overprikkeld raken, ben je niet alert dan komen de prikkels ook slecht binnen.
Alertheid heeft dus invloed op de mate van prikkels die binnenkomen.
Kan je een voorbeeld van jezelf geven m.b.t. alertheid? Bijv. van werk of thuis.
Bijv. bij de ziekte van parkinson of vasculaire dementie zie je sterke wisselingen in de alertheid op een dag. Het ene moment komt niets binnen, alles gaat langs hun heen en het andere moment reageren ze overal op en lopen ze rond.
Alertheid kan je ook beïnvloeden; als je merkt dat totaal niets binnenkomt, kan je iemand alerter maken door bijv. even te wrijven over iemands schouder en op ooghoogte te spreken.

Pauze
timer
5:00

Slide 20 - Tekstslide

Hoe vinden jullie de training tot zover?

na pauze 

Welk onderscheid kun je maken bij een verstoorde prikkelverwerking?

Slide 21 - Tekstslide

Er zijn 2 vormen van prikkelverwerking, overprikkeling en onderprikkeling.

Bij mensen met een beschadigd brein, bijv. door dementie, is het onderscheid soms erg lastig om te bedenken of er sprake is van overprikkeling of onderprikkeling.
Beiden kan bepaald gedrag opwekken, bijv. roepgedrag, stampen, tikken, aanklampen.

Volledige stilte en rust zijn niet altijd wenselijk voor iemand met dementie. Elk mens heeft in een bepaalde mate behoefte aan prikkels. Stilstaande prikkels worden vaak minder goed opgemerkt door cliënten, waardoor onder-prikkeling een gevolg kan zijn. Te weinig prikkels kan mensen met dementie het gevoel geven dat ze niet bestaan, wat angstgevoelens veroorzaakt. Bij onderprikkeling gaat ons brein soms zelf prikkels creëren namelijk, wat zou een voorbeeld kunnen zijn van onderprikkeling? bijv. bij iemand die al enkele dagen alleen op bed ligt in de slaapkamer vanwege ziekte of iets dergelijks. Prikkels kunnen heel sterk binnenkomen, wat leidt tot overprikkeling. 

Belangrijk dus om goed te observeren en analyseren wat er ook in de omgeving gebeurt, want je wil dat je plan van aanpak daar op aansluit.
Het is dus nooit goed om gelijk iets te gaan doen, want voor hetzelfde geld zet je in op overprikkeling terwijl er het tegenovergestelde speelt en andersom.
Hierin kunnen de GVP-ers je goed in helpen om dit samen uit te zoeken.

Slide 22 - Tekstslide

We weten nu hoe ingewikkeld het is om het te onderscheiden.

Slide 23 - Tekstslide

Dementerenden zijn volledig afhankelijk van de omgeving. Ouderen met dementie zullen zich in een onveilige omgeving vaak uiten door middel van probleemgedrag (onbegrepen gedrag). Wanneer de omgeving veilig aanvoelt, zal het probleemgedrag ook minder voorkomen. Doordat dementerende een beschadigd brein hebben, ervaren zij de omgeving anders dan wij dat doen. Dementerende vinden het lastig om verschillende prikkels uit de omgeving te verwerken. Per individu is het verschillend hoe zij hun omgeving graag ervaren, sommige willen graag kalmte en rust, anderen vinden het prettiger als er in de omgeving van alles gebeurt.
Er zijn verschillende prikkels in de omgeving; statisch en dynamisch.
Statische prikkels zijn er gewoon, zoals hier de koffiekopjes op tafel, de muren en de stoelen.

Kan iemand een voorbeeld bedenken bij dynamische prikkels die je zou kunnen inzetten bij onder prikkeling?

Dynamische prikkels zijn prikkels die bewegen, geluid maken of geur afgeven. (zoals ik die nu aan het vertellen is, ik beweeg, praat, grapje over geur)
Vaak zie je dat vooral dynamische prikkels tot overprikkeling leiden, maar bij sterk beschadigde hersenen kunnen veel statische prikkels al te veel zijn.
Denk hierbij aan alle kleurrijke foto’s aan de muur, kleurrijk beddengoed, kasten met spulletjes in de kamer van cliënten met vergevorderde dementie.
Als je prikkels wil aanbieden aan iemand die onderprikkeld is, kan je het best inzetten op dynamische prikkels; kan iemand hier iets bij bedenken? (qwiek-up, radio, tv, geurverspreider)
Bijv. een aquarium pakt wel bij iemand met onderprikkeling, maar niet een schilderijtje.
Houdt hierbij ook rekening met de interesses en gewoontes van een cliënt, bij het kiezen van de prikkels die je aanbiedt.
Houdt iemand van sport op televisie, specifieke muziek, bepaalde geuren waar fijne herinneringen aan vast zitten (bijv. bakte altijd appeltaart op zondag).

- Donkere vloeren, drempels of kleuren die lijken voor hen op gaten
- Goed zichtbare kleuren zijn belangrijk, om ze van elkaar te kunnen onderscheiden
- (Dag)licht is een grote behoefte


DE MATE VAN PRIKKELVERWERKING ONDERZOEKEN

Slide 24 - Tekstslide

Hoe kun je in de praktijk onderzoeken of iemand last ervaart van een verstoorde prikkelverwerking? (Je mag het hier in twee tallen even over hebben.)

Door:
- ABC methode (stoplichtrapportage): observeren en bijhouden in welke mate gedrag voorkomt op bepaalde tijdstippen en dit een kleur geven.
- inzetten op sensorische informatieverwerking - misschien kun je een geur inzetten om te kijken of iemand hier rustiger van wordt? Of de tv? Of juist deze geluiden of beelden weghalen. Gebruik maken van een drukvest of schootkussen (voelen van het eigen lichaam). Je kunt het zien als het leggen van een puzzel en uitproberen wat werkt. Belangrijk is om te kijken naar de gewoontes en mogelijkheden van een cliënt. Het is belangrijk om eerst uit te zoeken of er sprake is van te veel of te weinig prikkels. Observeren, signaleren en (multidisciplinair) overleg met collega’s is de eerste stap. Let hierbij op lichamelijke-, psychische-, persoonlijke- en omgevingsfactoren (Wanneer komt het gedrag voor? Vaak zelfde momenten?). Een belangrijke oorzaak is vaak pijn. 

Waarom is het inzetten van geur zo belangrijk?
Wat opvallend is bij dementerenden is dat wanneer zij, voor hen bekende, geuren ruiken er nog wel herinneringen naar boven kunnen komen. Geuren zijn heel krachtig in de hersenen. Geuren zijn vaak direct gekoppeld aan een emotie, en kunnen bij de dementerenden herinneringen en emoties oproepen. Je kunt op afdelingen hiervan gebruik maken, door een geur te gebruiken die positieve herinneringen en emoties oproepen bij de meeste mensen. 
Kort even over het brein
- Werkt als geheel samen
- Verschillende hersenfuncties lopen verspreid en zijn aan elkaar verbonden
- Een beschadiging van één onderdeel heeft invloed op het hele systeem
- Beschadigde hersenen kunnen elkaar helpen, maar dit kost veel energie

- Bij dementie werken bepaalde hersengebieden niet meer optimaal en nemen herinneringen steeds meer af;
- Het begint bij de hippocampus: het geheugengebied;
- De hersengebieden stoppen 1 voor 1 met werken, welke hersengebieden dit zijn verschilt per persoon met dementie.
- Door het functieverlies van de hersenen krijgen mensen problemen met de taken die in deze hersengebieden worden uitgevoerd.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Dus als we alles bij elkaar pakken dan….
Zien we dat zintuigen belangrijk zijn bij het opvangen van prikkels, je kunt je voorstellen dat als een zintuig niet goed meer werkt, de prikkelverwerking dan daar al mis loopt.
En dat deze bij een beschadigd brein ongefilterd binnen komen.
De mate van alertheid heeft effect of er iets binnen komt, hoeveel en hoe het binnenkomt en als deze balans niet goed verloopt leidt dit tot onderprikkeling of overprikkeling zich uitend in verschillend gedrag bij cliënten.


Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kun je de (verstoorde) prikkelverwerking bij een cliënt o.a. onderzoeken?
A
Stoplichtrapportage (ABC)
B
Toevoegen of weghalen van sensorische prikkels
C
Door te kijken naar je eigen gedrag
D
Door te letten op of iemand maar 1 prikkel tegelijkertijd kan verwerken

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan leiden tot overprikkeling?
A
Onderprikkeling
B
Dynamische prikkels
C
Statische prikkels
D
Niet alert zijn

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een beschadigd brein:
A
Heeft vaak een gezonde filter
B
Filter eruit wat nodig is en wat niet
C
Heeft vaak een filter die stuk is
D
Kunnen zich goed afsluiten van de omgeving

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe raakt iemand onderprikkeld?
A
Doordat deze persoon niet alert is
B
Doordat er geen tv aan staat
C
Doordat andere mensen om hen heen praten
D
Doordat iemand een gezonde filter heeft

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk hersengebied stopt altijd als eerst met werken bij mensen met dementie?
A
Frontale kwab
B
Occipitale kwab
C
Hersenstam
D
Hippocampus

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

timer
5:00

Slide 34 - Tekstslide

Evaluatie formulier - kritisch zijn over de inhoud

Slide 35 - Tekstslide

Zijn er nog vragen?