Möchten

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 7 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide


Doelen van de les
Aan het einde van de les kun je de juiste vorm van het werkwoord möchten in een zin gebruiken. 

Slide 2 - Tekstslide

Werkwoord 'möchten'
ich möchte                                      ik zou graag willen
du möchtest                                   jij zou graag willen
er/sie/es möchte                          hij/zij/het zou graag willen
wir möchten                                   wij zouden graag willen
ihr möchtet                                     jullie zouden graag willen
sie möchten                                   zij zouden graag willen
Sie möchten                                   U zou graag willen

Slide 3 - Tekstslide

Wat betekent möchten
A
mogen
B
lusten
C
zou graag willen

Slide 4 - Quizvraag

Ich möchte übernachten in...
A
Richtig
B
Falsch

Slide 5 - Quizvraag

möchten (du)
A
möchst
B
möchtst
C
möchtest
D
möchtenst

Slide 6 - Quizvraag

möchten (ihr)
A
möcht
B
möchte
C
möchtet
D
möchten

Slide 7 - Quizvraag

möchten (Thomas)
A
möchtet
B
möchtest
C
möchst
D
möchte

Slide 8 - Quizvraag

(möchten)
Was _______ Sie anprobieren?
A
mochtest
B
mochten
C
möchten
D
möchte

Slide 9 - Quizvraag

(möchten)
Wir _______ bezahlen.
A
möchte
B
möchtest
C
möchten
D
möchtet

Slide 10 - Quizvraag

(möchten)
Ich ________ etwas trinken, ihr _____lieber etwas essen.
A
möchte / möchte
B
möchte / möchtet
C
möchtet / möchte
D
möchtet / möchten

Slide 11 - Quizvraag

(möchten)
______ er in die Disko gehen?
A
möcht
B
möchtet
C
möchte
D
möchten

Slide 12 - Quizvraag


Bestel een voorgerecht voor jezelf
Gebruik de vorm voor 'ik'

Slide 13 - Tekstslide


Bestel een hoofdgerecht voor een klasgenoot

Gebruik de vorm voor 'jij'

Slide 14 - Tekstslide


Bestel een toetje voor een klasgenoot
Gebruik de vorm voor 'hij'

Slide 15 - Tekstslide


Bestel een drankje voor een klasgenoot
Gebruik de vorm voor 'zij'

Slide 16 - Tekstslide

Bestel een drankje samen met een klasgenoot
Gebruik de vorm voor 'wir'

Slide 17 - Tekstslide

Aan het einde van de les kun je de juiste vorm van het werkwoord möchten in een zin gebruiken.
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

An die Arbeit:
Kapitel 4.5 Opdracht 1/2/3/4/5/6

Slide 19 - Tekstslide