9/2 2H6 recensie

dinsdag 9/2 2H6
  • Toets recensie schrijven over gelezen boek: 11 februari  schrijfplan en klad, 12 februari afschrijven en inleveren op de ELO
  • Deze les: tips formuleren algemeen herhalen
  • beoordelingsformulier recensie bekijken
  • Lezen 4 lezen tekst 3 en 4 en maken opdracht 3
  • lezen tekst 5, maken opdracht 4
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

dinsdag 9/2 2H6
  • Toets recensie schrijven over gelezen boek: 11 februari  schrijfplan en klad, 12 februari afschrijven en inleveren op de ELO
  • Deze les: tips formuleren algemeen herhalen
  • beoordelingsformulier recensie bekijken
  • Lezen 4 lezen tekst 3 en 4 en maken opdracht 3
  • lezen tekst 5, maken opdracht 4

Slide 1 - Tekstslide

Tips recensie
  • vul eerst  het schrijfplan in
  • schrijf je recensie in alinea's
  • zet een originele titel erboven (niet de titel van je boek) en de titel mag geen zin zijn
  • vermijd het woordje 'leuk' en 'recensie'' en 'ik vind' Schrijf in plaats daarvan: Afblijven is een mooi boek, omdat......
  • geef voorbeelden bij je beoordelingswoorden
  • hou de samenvatting kort

Slide 2 - Tekstslide

opbouw recensie
Alinea 1: titel en schrijven van je boek noemen en een samenvatting schrijven. Niet het woord 'recensie' gebruiken.
Alinea 2: Geef argumenten met beoordelingswoorden bij je boek en geef hier voorbeelden bij. Gebruik niet het woordje 'leuk'.
Alinea 3: Vat kort je tekst samen en schrijf of het een aanrader is of niet en waarom. Sluit af met een mooie slotzin.

Slide 3 - Tekstslide

Formuleren algemeen
  • Een zin bestaat uit een onderwerp en een persoonsvorm.
  • Je mag geen dingen opsommen en het dan een zin noemen, want dan gebruik je geen persoonsvorm. (=spreektaal)
  • Kijk je tekst altijd goed na voordat je hem inlevert. Let ook op de werkwoordspelling. Om te controleren of er een 't' achter de persoonsvorm moet, kan je het werkwoord lopen gebruiken. Dan kan je het horen.
  • De ik-vorm, dus  Ik vind= altijd zonder t!

Slide 4 - Tekstslide

Formuleren
  • Je begint een zin nooit met een voegwoord. Een voegwoord verbindt twee zinnen aan elkaar. Voegwoorden zijn: EN, WANT, OMDAT, MAAR, OPDAT, enz.
  • Getallen onder de twintig schrijf je voluit. (dertien, vijf) Een datum mag je wel in getallen schrijven.
  • Let op hoofdletters bij namen, aardrijkskundige namen, merken, bedrijven, begin van de zin,  enz

Slide 5 - Tekstslide

Wanneer gebruik je een komma?
  • Bij een opsomming, bv. ik hou van ijs, drop en chocolade.
  • Tussen twee persoonsvormen/gezegdes, bv. Toen ik een boek wilde kopen, was de winkel dicht. 
  • Voor een voegwoord die twee of meer zinnen samenvoegt, bv. Ik zou het boek aanraden, MAAR niet voor kinderen jonger dan 12 jaar. Ik vind het spannend, OMDAT de spannende gebeurtenissen langzaam worden opgebouwd. Het is een aanrader, DUS zorg dat je het snel in huis haalt.
  • Nooit een komma voor EN!


Slide 6 - Tekstslide

overige tips
  • Maak niet te lange zinnen.
  • Probeer af te wisselen in het gebruik van woorden door verwijswoorden te gebruiken. Niet steeds 'dat boek ', maar 'het'
  • Gebruik voorbeelden bij je beoordelingswoorden om uit te leggen wat er precies zo spannend/grappig/mooi aan het boek is 

Slide 7 - Tekstslide

Hoe schrijf je een alinea?
Binnen een alinea schrijf je over een deelonderwerp en schrijf je de zinnen achter elkaar door. Pas als je ainea klaar is, klik je 2x op enter, zodat er een witregel ontstaat. Zorg dat je document links op uitlijnen staat. (dus geen tekst alleen in het midden)
We gebruiken geen tussenkopjes. Zet er dus ook niet boven 'alinea 2'.

Slide 8 - Tekstslide

opdracht
  • Ga naar de ELO
  • Bekijk de tekst onder Schrijven
  • Herschrijf de tekst: haal spel- en taalfouten eruit, verdeel hem in alinea's, zet die in de juiste volgorde

Slide 9 - Tekstslide

Opbouw recensie
Titel: Bedenk een pakkende korte titel. (niet simpel de titel van het boek) Probeer de lezer nieuwsgierig te maken.
Alinea 1: Inleiding: welk boek gelezen + heel korte samenvatting van het boek in een paar zinnen
Alinea 2 t.m 4  :middenstuk: wat vond je van het boek (beoordelingswoorden gebruiken) + uitleg (argumenten) en voorbeelden erbij
Alinea 3: slot: korte samenvatting van jouw tekst en of het boek een aanrader is, ja of nee
Feitelijke gegevens invullen: onderaan de recensie

Slide 10 - Tekstslide

Beoordelingswoorden

Slide 11 - Tekstslide

In een recensie..
  • Geef je je mening over een film/boek en je maakt gebruik van beoordelingswoorden. Hierbij komen verschillende punten aan bod: acteurs/personages, tijd, acteerwerk, regisseur, positieve en negatieve punten, voor wie is de film geschikt, etc.
  • Je legt uit waarom je dat vindt en geeft hier voorbeelden bij.

Slide 12 - Tekstslide

Waar vind je een recensie
Een recensie vind je op internet, in een krant, in een (weekblad), etc

Slide 13 - Tekstslide

Waarom leest iemand een recensie?
  • Je leest een recensie, omdat je wil weten waar de film waar je naar toe gaat over gaat, of die film de moeite waard is, of er goed in geacteerd wordt, of men er positief over is.
  • Je leest een recensie, omdat je wil weten of je een bepaald boek wil lezen, of het spannend is, of het niet te langdradig is..

Slide 14 - Tekstslide

Feitelijke gegevens recensie
Titel: Afblijven
Schrijver: Carry Slee
Uitgever: Van Holkema & Warendorf
Jaar: eerste druk:1998
Pagina’s: 158
Doelgroep: 12 tot 16-jarigen
Prijs: € 11,95 

Slide 15 - Tekstslide

Titel recensie
Bedenk tot slot een pakkende originele titel voor je recensie.
Titel mag geen zin zijn (dus zonder persoonsvorm) en eindigt niet met een punt. Zorg dat de titel niet de titel van het boek is. 

Slide 16 - Tekstslide