In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Wat gaan we doen?
- Present simple
- Present continuous
- Relative pronouns
Slide 1 - Tekstslide
Present simple
I, you, we, they - hele ww
he, she, it - hele ww + s
Ontkenningen: don't of doesn't + hele ww
Vragen: do of does + O + hele ww
Een gewoonte/ iets wat je met regelmaat doet
beschrijven van feiten
Slide 2 - Tekstslide
Present Simple I (....) my bike to school everyday. (to ride)
Slide 3 - Open vraag
Present Simple My sister often (...) muffins. (to make)
Slide 4 - Open vraag
Present Simple (...) Evie call you every weekend? No, she (...). (2 x doing)
Slide 5 - Open vraag
Present continuous
Am, is, are + hele ww + -ing
Je gebruikt de present continuous om iets te beschrijven wat bezig is op het moment dat je er over schrijft/praat
Tijdelijke situaties
Irritatie aangeven
Slide 6 - Tekstslide
Present continuous I'm (....) with my aut while I'm in San Francisco (to stay)
Slide 7 - Open vraag
Present continuous John is (....) as a tour guide at the moment. (to work)
Slide 8 - Open vraag
Present continuous Mum is always (...) me to clean my room (to nag).
Slide 9 - Open vraag
Present continuous I'm forever (...) my phone! (to lose)
Slide 10 - Open vraag
Relative pronouns
- Om te verwijzen naar mensen gebruik je who
- Om te verwijzen naar dieren/dingen gebruik je which
- Soms mag (niet moet) je ipv who of which ook that gebruiken. (Alléén als je de bijzin niet kunt weglaten omdat de zin anders onduidelijk wordt. In deze zinnen staat geen komma.
- Whose (+ woord) geeft aan van wie iets is of waar iets bij hoort
Slide 11 - Tekstslide
Relative pronouns We loved our hotel, (...) was on the seafront (dat)
Slide 12 - Open vraag
Relative pronouns Is that the man (...) gave you a compliment?
Slide 13 - Open vraag
Relative pronouns This is my sister, (...) shares a room with me. (die)
Slide 14 - Open vraag
Relative pronouns There was a boy (...) name was Jim. (wiens)
Slide 15 - Open vraag
Relative pronouns I liked that cat, (...) kept on purring.