Klas 2 - Grammatica - Voorzetselvoorwerp

WELKOM

Bij Nederlands
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

WELKOM

Bij Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

10 min. 
lezen

Slide 2 - Tekstslide

VANDAAG
- Nakijken huiswerk Woordenschat (opdr. 1 t/m 4)
- Grammatica zinsdelen: voorzetselvoorwerp (blz. 28)
Maken opdr. 1 t/m 4

Slide 3 - Tekstslide

Nakijken 
Woordenschat (blz. 24): opdr. 1 t/m 4

Slide 4 - Tekstslide

Wat ga je leren vandaag?
  • Wat een voorzetselvoorwerp is
  • Hoe je het voorzetselvoorwerp vindt

Slide 5 - Tekstslide

Opdrachtje in tweetallen (5 minuten)
  • Maak met elk van deze werkwoorden een correcte zin: zorgen, zich verbazen, gokken, huilen



  • Noteer de vaste voorzetsels die bij de werkwoorden horen
  • Bedenk zelf werkwoorden met een vast voorzetsel 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Hoe vind je het voorzetselvoorwerp? (vv)
  1. Noteer de persoonsvorm, onderwerp en werkwoordelijk gezegde
  2. Kijk of er een werkwoord is met een vast voorzetsel
  3. Kijk of het voorzetsel niet letterlijk gebruikt wordt
  4. Het zinsdeel dat begint met het vaste voorzetsel is het voorzetselvoorwerp 

Slide 8 - Tekstslide

Maken: 
Opdracht 1 t/m 4 (blz. 28)

Slide 9 - Tekstslide

Wat heb je geleerd vandaag?
  • Wat een voorzetselvoorwerp is
  • Hoe je het voorzetselvoorwerp vindt

Slide 10 - Tekstslide