lorenzcurve

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

welkom

Lorenzcurve - leerdoelen

• Je kunt de inkomensverdeling van een land aflezen in de Lorenzcurve. 
• Je kunt conclusies trekken over de inkomensverdeling van een land aan de hand van de Lorenzcurve.
• Je kunt de Gini-coefficient gebruiken om een de verdeling in het ene land te vergelijken met het andere land

Wat NIET hoeft.

• Je kunt de inkomensverdeling van een land tekenen in de Lorenzcurve. We schrappen ook opdracht 4.8 en 4.9. Wat overblijft is 4.7 en 4.10.

Lorenzcurve

horizontale as:  hoeveel procent van de totale bevolking. Van arm naar rijk
verticale as: het deel van het totale inkomen dat  wordt verdiend door de bevolking.

Aflezen:

Hoeveel procent van de inkomens wordt verdiend door de top 20% van de mensen met de hoogste inkomen? 

100% - 58,5% =  41,5%

De Lorenzcurve geeft een beeld van de hoogte van de inkomens

1. Juist
2. Onjuist

Hoe boller de curve van een Lorenzcurve hoe groter de

1. Inkomensgelijkheid
2. Inkomensongelijkheid
3. bevolking
4. bevolkingstoename

Lorenzcurve: hoeveel % van de inkomsten gaat naar de armste 50% van de bevolking?

1. Ongeveer 10%
2. Ongeveer 50%
3. Ongeveer 90%
4. Ongeveer 60%

De Gini coefficient

De Gini coëfficiënt is een getal om de inkomensongelijkheid uit te drukken.

De Gini-coëfficiënt

De Gini-coëfficiënt is de oppervlakte tussen de Lorenzcurve en de diagonaal (I) als percentage van de totale oppervlakte onder de diagonaal (I + II). 

Hoe groter de Gini-coëfficiënt, hoe groter de afstand van de Lorenzcurve tot de diagonaal. Zo kun je inkomensverdelingen vergelijken.

Een Gini-coëfficiënt van 0,5 betekent dat oppervlakte 1 50% is van oppervlakte 1 en 2 samen.

Gini coëfficiënt

Formule:

 (vlak I / vlak I + II ) x 100%

Wanneer is de Gini coëfficiënt 0 en wat houdt dat in?

Gini-coëfficiënt

• = een manier om de ongelijkheid van de inkomensverdeling te bekijken
• Ligt tussen 0 en 1
• Als Gini-coëfficiënt = 0, verdient iedereen precies hetzelfde.
• Als Gini-coëfficiënt = 1, verdient één persoon al het inkomen in een land.
• Dus: hoe hoger het getal hoe ongelijker het inkomen is verdeeld.

Waar is de Gini-coëfficiënt groter? A, B of C?

Aan de slag

Maak opdracht 4.7 en 4.10

Ga aan de slag met de tussenopdrachten, nu ook die van de Lorenzcurve. 

Schets de Lorenzcurve van het door jou gekozen land. Neem de grafiek hierboven over en schets hierin de curve van jouw land en vergelijk die met de Lorenzcurve van Nederland. 

Bij het zoeken naar de inkomensverdeling van een land zul je zelden de Lorenzcurve vinden. Wat wel te vinden is, is de Gini-coëfficiënt. Dit is een getal tussen de 0 en 1. 0 De waarde 0 correspondeert hierbij met ‘perfecte gelijkheid’ (in dit geval heeft iedereen hetzelfde inkomen) en 1 correspondeert met ‘perfecte ongelijkheid’ (één persoon heeft al het inkomen en de rest heeft geen inkomen). 

Soms zul je de Gini-index tegenkomen, dit is de Gini-coëfficiënt keer 100.

! Het is niet mogelijk om met deze Gini-index een precieze weergave van de Lorenzcurve te maken. Wel kun je de Gini-index van jouw land vergelijken met die van Nederland. Je kan dan met een schets van de Lorenzcurves van beide landen aangeven hoe de inkomensverdeling in jouw land verschilt met die van Nederland.