1K herhaling lezen H5+H6

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

planning

nakijken
onderwerp
doel
herhaling lezen h5+h6
iPad maken lezen
doelen behaald?
evaluatie

Nakijken Lezen H6

opdr. 1, 2 en 3
blz. 197-200

Opdracht 1

1 vakantie naar Turkije
2 advertentie
3 overhalen/activeren
4 B De afbeeldingen zorgen ervoor dat je de tekst gaat lezen.

Opdracht 2

1  het weer
2 A De informatie staat zo overzichtelijk in het kaartje.
3 informeren
4 alinea 1: het weer van vandaag;
    alinea 2: het weer van vanavond en vannacht;
    alinea 3: het weer van de aankomende dagen

.

Opdracht 2

5
a zonovergoten – 4 met heel veel zon
b lopen uiteen – 2 verschillen
c vrijwel – 1 bijna
d minima – 5 laagste temperaturen
e zeewindje – 8 wind die vanaf zee komt
Let op: in de eerste en tweede druk komt opdracht 'e' twee keer voor.
e in de loop van de dag – 6 gedurende de dag  
f wisselvallig – 3 veranderlijk
g geleidelijk – 7 langzaamaan

Opdracht 2

6 Het wordt 20 tot 27 graden en zonnig, het waait zachtjes. 's Middags kan het aan de kust iets harder gaan waaien.
7 zondag
8 lagere temperaturen
9 nee
10 Vandaag of morgen. Zondag en na het weekend niet, dan gaat het regenen.

Opdracht 3
1 Kano Adventure
2 C De schrijver wil de aandacht trekken.
3 B Alinea 1 is overhalend, de rest van de tekst is informatief.
4 alinea 1
5 alinea 2
6 gps en kompas
7 voorhoede – het voorste deel van een groep mensen
achterhoede – het achterste deel van een groep mensen
meerprijs – toeslag op een prijs die je moet betalen voor iets extra's

8 Dit antwoord staat niet in de tekst, maar moet je vinden m.b.v. een woordraadstrategie: je leert hoe je moet peddelen/roeien.
9 Bij meer dan 100 leerlingen worden er twee groepen gemaakt die het programma afwisselend volgen.
10 B Hierin staat extra informatie over de kosten.
11 Eigen antwoord.
12 € 5,00 per persoon

Herhaling: Tekstdoelen en afbeeldingen

DOEL:

• Je kunt het doel van een tekst herkennen
• Je weet waarom er afbeeldingen bij een tekst staan
• Je kunt informatie uit een afbeelding halen
  

De schrijver wil je vermaken.
DOEL?

1. overtuigen
2. activeren/overhalen
3. instrueren
4. amuseren

De schrijver wil zijn mening geven.
DOEL?

1. instrueren
2. overtuigen
3. informeren
4. overhalen/activeren

De schrijver wil zeggen hoe je iets moet doen.
DOEL?

1. amuseren
2. instrueren
3. informeren
4. overtuigen

De schrijver wil dat je iets te weten komt.
DOEL?

1. informeren
2. overtuigen
3. overhalen/activeren
4. instrueren

De schrijver wil dat je iets wel of niet gaat doen.
DOEL?

1. overhalen/activeren
2. amuseren
3. instrueren
4. overtuigen

iPad

Maak op de website van
Nieuw Nederlands
lezen H5+H6

doelen behaald?

• Je kunt het doel van een tekst herkennen
• Je weet waarom er afbeeldingen bij een tekst staan
• Je kunt informatie uit een afbeelding halen
  

noteer een voorbeeld van een tekst met als doel: OVERTUIGEN

wat is het onderwerp?

wat voor soort tekst is het?

welk doel heeft de tekst?

Wat is het onderwerp?

Wat voor soort tekst is het?

Welk doel heeft de tekst?

Afbeeldingen bij een tekst zijn altijd bedoeld om de tekst leuker te maken.

1. waar
2. niet waar

Wat is het onderwerp?

Wat voor soort tekst is het?

wat is het doel van de afbeelding?

1. aandacht trekken
2. extra informatie geven

de schrijver wil met afbeelding 2 laten zien ...

1. dat de skater echt van de Eiffeltoren is gesprongen
2. hoe de Eiffeltoren eruit ziet
3. hoe de skatebaan vastgemaakt was aan de Eiffeltoren

Wat wist je al?

Wat heb je geleerd?

Huiswerk

iPad lezen H5 + H6 extra en test gemaakt

Volgende les schrijven H5

Toets = vrijdag 20 april