SVO N3 VOEDINGSTECHNOLOGIE 3. ADDITIEVEN EN CONTAMINANTEN # WABA

Programma blok 2 en 3
landingsoefening
lesdoelen
les additieven en contaminanten
''praktijk'' les bereiden mayonaise
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
PersoneelMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Programma blok 2 en 3
landingsoefening
lesdoelen
les additieven en contaminanten
''praktijk'' les bereiden mayonaise

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

even landen:
Wat hebben we de vorige les behandeld? 
gedurende 3 minuten overleg met je buurpersoon.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat hebben we de vorige les behandeld?
- microbiologie
-conserveren

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen:
- het verschil kennen tussen additieven en contaminanten
- 2 voorbeelden van additieven
-2 voorbeelden van contaminanten
- afgerond hebben zelfcheck additieven en contaminanten

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedingstechnologie
3. ADDITIEVEN EN CONTAMINANTEN

E-Book Voedingsleer 

Zelfcheck  Additieven en Contaminanten

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

additieven

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

ADDITIEVEN
Naast basisgrondstoffen gebruikt de
voedingsmiddelenbranche additieven om een zo goed mogelijk eindproduct te krijgen
Additieven: bewust toegevoegd aan voedingsmiddelen om smaak, geur, kleur, houdbaarheid .e.d. te beïnvloeden
(Conservering)

Slide 7 - Tekstslide

Additieven zijn stoffen die je in kleine hoeveelheden aan voedsel toevoegt. Je kunt er de smaak, het uiterlijk en de houdbaarheid mee verbeteren (conservering).​
DOEL ADDITIEVEN
-  het verbeteren en behouden van de kleur;

• het verbeteren van geur en smaak;
• het verlengen van de houdbaarheid;
• het waterbindend vermogen verhogen;
• het stollingsvrij maken van bloed;
• het regelen van de pH-waarde;
• het binden van water en vet.





Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VOORBEELDEN ADDITIEVEN

• kleurstoffen ;

• geur- en smaakstoffen;
• conserveermiddelen;
• anti-oxidanten;
• stabilisatoren.



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ETIKETTERING E-NUMMERS
Het gebruik en de etikettering van additieven is wettelijke geregeld in een zogenaamde ‘positieve’ lijst. 
De E staat voor Europese goedgekeurd additief
 
bijv. caroteen (E 160), calciumcarbonaat (E 170), azijnzuur (E 260), citroenzuur (E 472), ascorbinezuur (E 300). 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

KLEURSTOFFEN
-  geven het product een aantrekkelijk uiterlijk.
- hebben een psychologisch effect op de smaak van een     product. 

Bepaalde kleurstoffen kunnen schade aan de gezondheid veroorzaken. Daarom staat er in de Warenwet welke kleurstoffen wel en welke niet mogen worden gebruikt. 

Slide 12 - Tekstslide

Worden gebruikt voor het kleuren van levensmiddelen. ​
Ze zitten onder andere in kaas, aardbeienjam, vruchtenyoghurt, snoepjes, margarine, vanillevla, krentenbrood, cake en advocaat.​
E 100 curcumine geel
E 101 – riboflaine geel
E 101 – riboflavine-5’-fosfaat geel
E 102 tartrazine geel
E 104 chinolinegeel geel
E 110 – organjegeel S oranje
E 110 – zonnegeel FCF oranje
E 120 karmijnzuur rood
E 122 azcrubine rood
E 123 amarant rood
E 124 cochenillerood A rood
E 127 erytrosine rood

E 131 patentblauw blauw
E 132 indigotine blauw
E 133 briljantblauw FCF blauw
E 140 chlorofyllen groen
E 141 koperhoudende complexen van
        chlorofyllen en chlorofyllinen 
E 142 briljantzuurgroen BS groen
E 150 karamel bruin
E 151 briljantzwart BN zwart
E 153 carbo medicinalis vegetabilis zwart
E 155 bruin HT div. schakeringen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

NATUURLIJKE KLEURSTOFFEN
- Karamel; suiker verwarmen
- Caroteen; uit wortel
- Anthocyanen; vruchten, biet en rode kool
- Koolstof; donkere kleur aan drop

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Link

Deze slide heeft geen instructies

GEURSTOFFEN
Geurstoffen zijn vluchtige of gasvormige stoffen.
Bijv.  de geuren van een bakkerij of een koffiebranderij. 

Geurstoffen kunnen worden toegevoegd om bepaalde geuren te versterken. Omdat zij heel geconcentreerd zijn, worden geurstoffen in hele kleine hoeveelheden toegevoegd.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SMAAKSTOFFEN
- volkomen reukloos, bijv. suiker, keukenzout, kinine en citroenzuur. 
- Een belangrijke groep smaakstoffen wordt gevormd door de kunstmatige zoetstoffen. (gebruikt als vervanging voor suiker) 
De meest gebruikte zoetstoffen zijn    - sacharine, 
                                                                                - cyclamaat en                                                                                                        - aspartaam.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SMAAKSTOFFEN
- Cafeïne: Deze ken je van de koffie en cola. Het is een kleurloze en reukloze, licht bitter smakende stof.

Citroenzuur: Zorgt voor een fris-zure smaak.
Keukenzout: Wordt vaak toegevoegd voor de smaak en voor de conserverende werking.
Kruiden en specerijen


Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

CONSERVEERMIDDELEN

- Verlengen van de houdbaarheid
- Remmen groei (pathogene) micro-organismen

Slide 19 - Tekstslide

Gaan bederf door bacteriën en schimmels tegen; ze verlengen de houdbaarheid. Ze komen veel in vleesproducten voor.​
Remmen groei (pathogene) micro-organismen​
CONSERVEERMIDDELEN
Houdbaarheid van een product te verlengen.
Voorkomen de groei van micro-organismen
Voorbeelden zijn:

Benzoëzuur. Jam, vruchtensappen en visproducten.
Sorbinezuur. Dit zuur wordt onder andere gebruikt in frisdranken en jam.


Slide 20 - Tekstslide

Conserveermiddelen zijn middelen die in zeer kleine hoeveelheden gebruikt worden om de houdbaarheid van een product te verlengen. Conserveermiddelen voorkomen de groei van micro-organismen. In grotere hoeveelheden zijn conserveermiddelen schadelijk voor de consument.
Voorbeelden zijn:
• Benzoëzuur. Jam, vruchtensappen en visproducten.
• Sorbinezuur. Dit zuur wordt onder andere gebruikt in frisdranken en jam.

E200 Sorbinezuur
E201 Natriumsorbaat
E202 Kaliumsorbaat
E203 Calciumsorbaat
E210 Benzoëzuur
E211 Natriumbenzoaat
E212 Kaliumbenzoaat
E213 Calciumbenzoaat
E214 Ethyl-p-hydroxybenzoaat (Ethylparabeen)
E215 Ethyl-p-hydroxybenzoaat, natriumzout
E216 Propyl-p-hydroxybenzoaat (Propylparabeen)
E217 Propyl-p-hydroxybenzoaat, natriumzout
E218 Methyl-p-hydroxybenzoaat (Methylparabeen)
E219 Methyl-p-hydroxybenzoaat, natriumzout
E220 Zwaveldioxide
E221 Natriumsulfiet

E222 Natriumwaterstofsulfiet, Natriumbisulfiet
E223 Natriummetabisulfiet
E224 Kaliummetabisulfiet
E226 Calciumsulfiet
E227 Calciumbisulfiet
E228 Kaliumbisulfiet
E234 Nisine
E235 Natamycine
E239 Hexamethyleentetramine
E242 Dimethyldicarbonaat
E249 Kaliumnitriet
E250 Natriumnitriet
E251 Natriumnitraat
E252 Kaliumnitraat

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ANTI OXIDANTEN
- Voorkomt bederf door inwerking zuurstof (OXYDATIE)
- Voorkomt kleurinstabiliteit
- Voorkomt ranzig worden van vetten


Slide 22 - Tekstslide

Beschermen tegen het aantasten door zuurstof , waardoor smaakbederf wordt tegengegaan. Ze komen onder andere voor in slasaus, mayonaise, koekjes en vleeswaren​
Deze voorkomt kleurinstabiliteit​
Deze voorkomt ranzig worden van vetten.​
E300 (Ascorbinezuur, Vitamine C, L-ascorbinezuur)
E301 (Natriumascorbaat)
E302 (Calciumascorbaat)
E304 (Vetzuuresters van ascorbinezuur, Ascorbylpalmitaat, Ascorbylstearaat)
E306 (Tocoferol, Tocoferol extracten, Vitamine E, Tocoferolrijke extracten)
E307 (Alfa-tocoferol)
E308 (Gamma-tocoferol)
E309 (Delta-tocoferol)

E310 (Propylgallaat)
E311 (Octylgallaat)
E312 (Dodecylgallaat)
E315 (Erythorbinezuur)
E316 (Natriumerythorbaat, Natriumisoascorbaat)
E320 (Butylhydroxyanisol, BHA)
E321 (Butylhydroxytolueen, BHT)

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

STABILISATOR
Een stof die een reactie vertraagt of opheft
Zorgt er voor dat stoffen gemengd blijven

Slide 24 - Tekstslide

Stabilisatoren​
- Stabiliseren de toestand waarin een product verkeert. Ze voorkomen het uitdrogen van vleeswaren, vooral bij ham. Bij ijsproducten gaan ze vorming van ijskristallen tegen.​
- Voorkomt het ontmengen van ​
kruidenmarinade en chocomel​
- In sladressing met kruiden is een stabilisator toegevoegd. Hierdoor zakken de kruiden niet naar de bodem.

EMULGATOR
Stoffen die van nature niet te binden zijn, worden gebonden
Maakt het mogelijk om vet en water te vermengen tot één geheel (emulsie)

Slide 25 - Tekstslide

Emulgator​
Maakt het mogelijk om vet en water te vermengen tot één geheel (emulsie). Ze komen voor in bijvoorbeeld slasaus, margarine, worst en dressings. (stoffen die van nature niet willen mengen)​
VERDIKKINGSMIDDEL

Maakt een product ‘dikker’ / steviger

 Ze zitten in puddinkjes, ijs, halvarine 
en halva-jam.​

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

GELEERMIDDEL
Producten een gelei-achtige structuur geven

Verdikkingsmiddelen voor het steviger maken van vruchten producten als jam en toetjes. Ook voor vleeswaren zoals aspic.

Slide 27 - Tekstslide

Geleermiddelen​
Zijn verdikkingsmiddelen voor het steviger maken van vruchten producten als jam en toetjes. Ook voor vleeswaren zoals aspic.​
SMAAKVERSTERKER
Versterken de smaak
Zitten in soep in blik, soep in droge vorm, sojasaus (ketjap) en in worst.​
- natrium-glutaminaat
 - Ve-tsin
 - MSG E621

Slide 28 - Tekstslide

Versterken de smaak en zitten in soep in blik, soep in droge vorm, sojasaus (ketjap) en in worst.​
Natrium-glutamaat​
Ve-tsin​
MSG E621​
ZOETSTOFFEN

Worden vaak gebruikt om suiker te vervangen. ​

Zit veel in light producten en kauwgom​

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


ZOETSTOFFEN




































E420​ Sorbitol(stroop) ​                E953 ​Isomalt ​
E421 ​Mannitol ​                                E954 Saccharine
E422 ​Glycerol ​                                 ​E955 ​Sucralose ​
E950 ​Acesulfaam-K ​                    E957 ​Thaumatine ​
E951 ​Aspartaam ​                            E959 ​Neohesperidine 
E952 ​Cyclamaat ​                            E965 Maltitol(stroop) 
​E966 ​Lactitol                                    ​E967 ​Xylitol ​

E968 ​
Erythritol ​

Stevia​

































Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

RIJSMIDDELEN
Rijsmiddelen​ laten deeg rijzen.

 Ze zitten in zelfrijzend bakmeel, cakemeel en bakpoeder.​

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ANTIKLONTERMIDDELEN


Gaan het samenklonteren van poedervormige levensmiddelen in de verpakking tegen. 

Ze komen onder andere voor in poedersuiker, colorozozout en soeppoeder.​

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ZUURTEREGELAARS

Zuurteregelaars​ moeten de zuurtegraad reguleren.
 Ze zorgen voor een zuurdere of minder zure smaak. 

Ze zitten in melkproducten met vruchtensap en vleeswaren.​

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ADDITIEVEN

VRAGEN?

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

zelfcheck Additieven en Contaminanten


MAAK DE zelfcheck ADDITIEVEN EN CONTAMINANTEN
ADDITIEVEN
timer
10:00

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

energizer:
Mayonaise maken:
jullie krijgen een receptuur en ingrediënten
volg de stappen en maak vervolgens een heerlijk romige Mayonaise

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

CONTAMINANTEN
Verontreinigingen die onbedoeld in ons voedsel of milieu terecht- komen en het voedsel schadelijk kunnen beïnvloeden. 

 -Voor contaminanten in het milieu zijn milieukwaliteitsnormen van toepassing. 
-Voor voeding- en consumentenproducten gelden specifieke regels. Zand in sla wordt al tot de contaminanten gerekend.

Slide 37 - Tekstslide

Contaminanten zijn verontreinigingen die onbedoeld in ons voedsel of milieu
terechtkomen en het voedsel schadelijk kunnen beïnvloeden.
voorbeelden contaminanten
  -  dioxine in melk
• vogelpoep
• bestrijdingsmiddelen op groenten en fruit
• meststoffen
• gebruik van medicijnen bij dieren

Slide 38 - Tekstslide

dioxine in melk
• vogelpoep
• giftige bes in de salade
• bestrijdingsmiddelen op groenten en fruit
• meststoffen
• gebruik van medicijnen bij dieren
• uitlaatgassen op je product door verkeerd laden en lossen
CONTAMINANTEN
De aanwezigheid van contaminanten kan een gevaar opleveren voor de volksgezondheid. Dit is afhankelijk van:
• de stof;
• de hoeveelheid stof;
• de tijdsduur.

Slide 39 - Tekstslide

Hoeveel contaminanten hoe lang kan een mens aan blootstaan/innemen
TDI
Voor stoffen die schadelijk zijn maar die in voeding niet zijn te vermijden zoals Dioxine, kan een Tolereerbare Dagelijkse Hoeveelheid (TDI) worden vastgesteld. 
Een TDI is een schatting van de dagelijkse inname van contaminanten waarbij er geen noemenswaardig gezondheidsrisico is bij levenslange blootstelling.

Slide 40 - Tekstslide

Voor stoffen die schadelijk zijn maar die in voeding niet zijn te vermijden zoals
Dioxine, kan een Tolereerbare Dagelijkse Hoeveelheid (TDI) worden vastgesteld.
Een TDI is een schatting van de dagelijkse inname van contaminanten waarbij er
geen noemenswaardig gezondheidsrisico is bij levenslange blootstelling
Wat doen contaminanten met ons lichaam?

Het risico van contaminanten voor je gezondheid hangt af van:
-de mate van giftigheid, 
-de hoeveelheid gif in producten 
- de tijdsduur.  
Teveel contaminanten worden opgeslagen in organen. 
Deze lichaamsvreemde stoffen kunnen onherstelbare schade toebrengen.

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

CONTAMINANTEN

VRAGEN?

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

oefentoets
maak de volgende vragen op papier:
(Ward deelt nu uit)

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vonden jullie van de les?
geeft het een cijfer van 1 tot 5 en vertel ook wat je goed, of juist niet goed vond.

Slide 44 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Als er nog tijd over is:
Afmaken zelfcheck of doorlezen hoofdstuk 1 en 2 van het ebook

plusopdracht: theorieopdracht bewaartest

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies