Dag 2 Voorraad

• Bedrijfseconomie
• MBO
• Studiejaar 1

DAG 2

Voorraad

Simulatie

Tot uw dienst

Kerntaak

P1-K1 Verricht ondersteunende werkzaamheden in de zakelijke dienstverlening

Werkprocessen

1. Voert facilitaire werkzaamheden uit
2. Voert logistieke werkzaamheden uit

Welkom bij Business Services

Welkom bij
Business Services

DEZE LES

AFSPRAKEN

1. Je bent op tijd in de les.
2. Je neemt een eigen device mee naar mijn les.
3. Je maakt opdrachten en levert deze op tijd in.
4. Jas uit, pet/muts etc. af.
5. In het lokaal mag je alleen water drinken, niet eten.
6. Telefoons op zacht en in je tas (niet in je zak).

LEERDOELEN

1. Je kunt van de gevraagde artikelen aangeven hoeveel er op voorraad zijn.
2. Je kunt de voorraad op de juiste manier opslaan.

TERUGBLIK

UITLEG

AAN HET WERK

LESAFSLUITING

Voorraadbeheer is een cruciaal onderdeel van een succesvolle sportschool.

Goed voorraadbeheer verhoogt klanttevredenheid.

Slecht voorraadbeheer leidt tot verlies van klanten.

Voorraadbeheer bepaalt de concurrentiepositie van de sportschool.

Onderdelen goederenstroom

1. Inventariseren
   
2. Bestellen
   
3. Ontvangen
   
4. Opslag
   
5. Uitgifte
   
6. Verwerken van goederen 
7. Verzenden van goederen

Inventariseren van voorraad

Redenen voor een maximumvoorraad

• ruimtegebrek te voorkomen;
  
• bederf te voorkomen;
  
• veroudering te voorkomen;
  
• eventuele breuk en lekkage (diefstal) zo veel mogelijk te voorkomen;
  
• renteverlies te voorkomen.
  

Tellen voorraad           ‘balansen’

Verschil in voorraad: Fouten in de boekhouding, derving, verkeerd tellen.

Minimumvoorraad is het hoeveel artikelen er minimaal opgeslagen moeten zijn in het magazijn. Dit is de ondergrens.

Maximumvoorraad is het hoeveel artikelen er maximaal opgeslagen kunnen worden in het magazijn.

Inventariseren van voorraad

Controleren van voorraad           voorraad kost geld!

Fouten ontstaan onder andere door

• niet registreren van uitgegeven goederen;
  
• onjuist registreren van uitgegeven goederen;
  
• niet terugboeken van retourzendingen.
  

Opdrachten dag 2 Voorraad

1 Kantoorartikelen

2 Voorraad tellen

3 Bestellingen doen

4 Voorraad kantoorartikelen controleren (W2.1 Voorraad en bestellingen)

5 Artikelnummers gebruiken

7 Voorraadadministratie sportkleding

8 Voorraad opslaan (W2.3 Opslaan goederen en producten)

REG

Opdrachten dag 2 Voorraad

1 Kantoorartikelen

2 Voorraad tellen

3 Bestellingen doen

4 Voorraad kantoorartikelen controleren (W2.1 Voorraad en bestellingen)

5 Artikelnummers gebruiken

6 Aanmeldformulier invullen

7 Voorraadadministratie sportkleding

8 Voorraad opslaan (W2.3 Opslaan goederen en producten)

GIT

Welkom bij Business Services

Welkom bij
Business Services

DEZE LES

AFSPRAKEN

1. Je bent op tijd in de les.
2. Je neemt een eigen device mee naar mijn les.
3. Je maakt opdrachten en levert deze op tijd in.
4. Jas uit, pet/muts etc. af.
5. In het lokaal mag je alleen water drinken, niet eten.
6. Telefoons op zacht en in je tas (niet in je zak).

LEERDOELEN

1. Je kunt van de gevraagde artikelen aangeven hoeveel er op voorraad zijn.
2. Je kunt de voorraad op de juiste manier opslaan.

TERUGBLIK

UITLEG

AAN HET WERK

LESAFSLUITING

Seizoensvoorraad

Productvoorraad

Speculatieve of strategische voorraad

Grijpvoorraad

Onderdelen goederenstroom

1. Inventariseren
   
2. Bestellen
   
3. Ontvangen
   
4. Opslag
   
5. Uitgifte
   
6. Verwerken van goederen 
7. Verzenden van goederen

Bestellen van goederen

• onder de minimumvoorraad;
• benodigde voorraden doorgeven;
  
• vaste leverancier;
• bestellijst.

Ontvangen van goederen

• vrachtbon / vrachtbrief;
  
• controle           kwaliteit / kwantiteit;
  
• afwijkingen noteren in logboek (voorraadboek);
  
• manco (wel op de pakbon, maar niet geleverd);
• emballage (statiegeld)           creditnota
  

Kwaliteit

Zijn het wel de juiste producten?

Kwantiteit

Zijn het wel de juiste hoeveelheid producten?

Opslag van goederen

• magazijn, koeling, vriezer
• fifo: first in, first out
• lifo: last in, first out
  
  

Opslag van goederen

Plaatsingssystemen

1. Vast: Goederen hebben een vaste plaats in het magazijn, zodat deze makkelijk en snel terug te vinden zijn.
   
   
2. Vrij: Goederen kunnen op elke willekeurige plaats in het magazijn worden opgeslagen.

Uitgifte van goederen

Uitgifte

Goederen uit het magazijn die gebruikt worden voor kantoor- en kantinewerkzaamheden.

Opdrachten dag 2 Voorraad

1 Kantoorartikelen

2 Voorraad tellen

3 Bestellingen doen

4 Voorraad kantoorartikelen controleren (W2.1 Voorraad en bestellingen)

5 Artikelnummers gebruiken

7 Voorraadadministratie sportkleding

8 Voorraad opslaan (W2.3 Opslaan goederen en producten)

REG

Opdrachten dag 2 Voorraad

1 Kantoorartikelen

2 Voorraad tellen

3 Bestellingen doen

4 Voorraad kantoorartikelen controleren (W2.1 Voorraad en bestellingen)

5 Artikelnummers gebruiken

6 Aanmeldformulier invullen

7 Voorraadadministratie sportkleding

8 Voorraad opslaan (W2.3 Opslaan goederen en producten)

GIT

Welkom bij Business Services

Welkom bij
Business Services

DEZE LES

AFSPRAKEN

1. Je bent op tijd in de les.
2. Je neemt een eigen device mee naar mijn les.
3. Je maakt opdrachten en levert deze op tijd in.
4. Jas uit, pet/muts etc. af.
5. In het lokaal mag je alleen water drinken, niet eten.
6. Telefoons op zacht en in je tas (niet in je zak).

LEERDOELEN

1. Je kunt van de gevraagde artikelen aangeven hoeveel er op voorraad zijn.
2. Je kunt de voorraad op de juiste manier opslaan.

TERUGBLIK

UITLEG

AAN HET WERK

LESAFSLUITING

De inkt in de printer is op.
Wat moet je nu kopen?

1. Cartridge
2. Fineliner
3. Printpapier
4. Perforator

Je moet een paar pagina’s leren voor een toets. Je wilt de belangrijkste tekst een kleur geven. Waarmee kan je dat het beste doen?

1. Balpen
2. Fineliner
3. Markeerstift
4. Tipp-ex

Je wilt papieren in een mapje bewaren. Er mogen geen gaatjes gemaakt worden in het papier.
Welk mapje kan je het beste gebruiken?

1. Insteekhoes
2. Ordner
3. Snelhechter
4. Perforator

Hoeveel fineliners zijn er nog op voorraad?

1. 5 fineliners
2. 10 fineliners
3. 15 fineliners
4. 20 fineliners

Wat is het artikelnummer van dit artikel?

1. 100
2. 797403
3. 1995561
4. Staat er niet bij.

Wat doe je in de voorraadadministratie?

1. Het verwerken van gereserveerde artikelen.
2. Het bestellen van kantoorartikelen.
3. Het verwerken van persoonsgegevens.
4. Her verwerken van financiële gegevens.

Welk kledingstuk verkoopt Leef je uit niet?

1. T-shirt korte mouw
2. Trainingspak
3. T-shirt lange mouw
4. Vesten

Wat betekent de gele stip in de voorraadadministratie?

1. Er is te weinig voorraad.
2. Er is voldoende voorraad.
3. Er is precies genoeg voorraad.
4. Het artikelen dat door klanten is gereserveerd.

Opdrachten dag 2 Voorraad

1 Kantoorartikelen

2 Voorraad tellen

3 Bestellingen doen

4 Voorraad kantoorartikelen controleren (W2.1 Voorraad en bestellingen)

5 Artikelnummers gebruiken

7 Voorraadadministratie sportkleding

8 Voorraad opslaan (W2.3 Opslaan goederen en producten)

REG

Opdrachten dag 2 Voorraad

1 Kantoorartikelen

2 Voorraad tellen

3 Bestellingen doen

4 Voorraad kantoorartikelen controleren (W2.1 Voorraad en bestellingen)

5 Artikelnummers gebruiken

6 Aanmeldformulier invullen

7 Voorraadadministratie sportkleding

8 Voorraad opslaan (W2.3 Opslaan goederen en producten)

GIT

Welkom bij Business Services

Welkom bij
Business Services

DEZE LES

AFSPRAKEN

1. Je bent op tijd in de les.
2. Je neemt een eigen device mee naar mijn les.
3. Je maakt opdrachten en levert deze op tijd in.
4. Jas uit, pet/muts etc. af.
5. In het lokaal mag je alleen water drinken, niet eten.
6. Telefoons op zacht en in je tas (niet in je zak).

LEERDOELEN

1. Je kunt van de gevraagde artikelen aangeven hoeveel er op voorraad zijn.
2. Je kunt de voorraad op de juiste manier opslaan.

TERUGBLIK

UITLEG

AAN HET WERK

LESAFSLUITING

EXTRA OPDRACHT(EN)

het inrichten van een kantoor

Voorbereiding

Afdrukken: de plattegrond Bastion

Afdrukken: het document De weg wijzen

Opdrachten dag 2 Voorraad

1 Kantoorartikelen

2 Voorraad tellen

3 Bestellingen doen

4 Voorraad kantoorartikelen controleren (W2.1 Voorraad en bestellingen)

5 Artikelnummers gebruiken

7 Voorraadadministratie sportkleding

8 Voorraad opslaan (W2.3 Opslaan goederen en producten)

REG

Opdrachten dag 2 Voorraad

1 Kantoorartikelen

2 Voorraad tellen

3 Bestellingen doen

4 Voorraad kantoorartikelen controleren (W2.1 Voorraad en bestellingen)

5 Artikelnummers gebruiken

6 Aanmeldformulier invullen

7 Voorraadadministratie sportkleding

8 Voorraad opslaan (W2.3 Opslaan goederen en producten)

GIT