Betoog H3
Lezen
timer
30:00
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Lezen
timer
30:00
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het einde van de les...
...kun je het doel van een betoog uitleggen;
...kun je de opbouw van een betoog uitleggen;
...heb je jouw standpunt en eerste argument opgeschreven.
Slide 2 - Tekstslide
Betoog
In een betoog geef je jouw mening --> standpunt innemen.
Dit standpunt noteer je al in de inleiding van je betoog.
Voorbeeld van standpunt bij deze opdracht:
"Ik ben dus van mening dat de bibliotheek De belofte van Pisa moet opnemen in haar collectie!"
Slide 3 - Tekstslide
Betoog
Jouw standpunt onderbouw je door minimaal drie argumenten te noemen.
Het tekstdoel = overtuigen.
Je overtuigt de lezer van jouw standpunt.
Elke alinea begint met een argument
(dus minimaal 3 alinea's).
Voorbeeld argument 1:
"Om te beginnen is het een actueel verhaal."
Slide 4 - Tekstslide
Dus...
1. Kies jouw standpunt.
Moet de bibliotheek jouw boek opnemen in haar collectie?
2. Bedenk je eerste argument (maak gebruik van het beoordelingsformulier in Showbie!)
Noteer dit in je schrift. Je schrijft alle voorbereidingen op papier, want tijdens de toets mag je geen iPad gebruiken!
Slide 5 - Tekstslide
Welkom!
Lezen
Terugblik
Onderbouwing & signaalwoorden
timer
30:00
Slide 6 - Tekstslide
Wat is het tekstdoel van een betoog?
Slide 7 - Open vraag
In de inleiding van je betoog wordt je standpunt duidelijk.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 8 - Quizvraag
De argumenten die je standpunt onderbouwen, bewaar je tot het slot.
A
juist
B
niet juist
Slide 9 - Quizvraag
Onderbouwing
Je standpunt wordt onderbouwd met een argument.
Je argument wordt onderbouwd met voorbeelden uit het boek.
vb argument 1.: "Ten eerste zorgt de opbouw van het boek ervoor dat je wilt blijven lezen."
Onderbouwing: "Elk hoofdstuk wordt vanuit een ander perspectief geschreven. In het ene hoofdstuk lees je vanuit Anna's perspectief die leefde tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hierdoor kom je meer te weten over het leven in deze tijd en leef je mee met haar gevoelens en gedachten, zoals in het volgende stukje: "De harde geluiden van de bommenwerpers dreunden mijn hoofd binnen. Ik bleef sterk voor mijn broertje, maar vanbinnen huilde ik."
Slide 10 - Tekstslide
Opbouw & signaalwoorden
Let op beoordeling ----->
! Varieer in het gebruik van signaalwoorden !
bovendien / daarnaast / als derde argument / tot slot
hierdoor / waardoor / zodat / om die reden
Slide 11 - Tekstslide
Onderbouwen
Opdracht:
werk je eerste argument uit met voorbeelden.
De vraag waarop jouw eerste alinea antwoord geeft, is (bijvoorbeeld):
Waarom heeft dit verhaal een goede opbouw?
of
Hoe komt het dat je zo meeleeft met de personages?
of
Op welke manier bouwt de schrijver de spanning op?
timer
20:00
Slide 12 - Tekstslide
Voorbeeld: uitwerking argument
Het is in twee perspectieven geschreven.
Het verhaal is vanuit twee personen geschreven, namelijk de Amerikaanse Julia Jarmond en het Joodse meisje Sarah Starzinski. Dit maakt dat het een stuk interessanter is om te lezen, omdat je van twee mensen hun gedachtes en meningen kan horen en niet van één persoon, wat het soms eentonig kan maken.
Sarah leeft in 1942 in Parijs, Julia leeft in de huidige tijd ook in Parijs. Je probeert het hele boek de link tussen de twee mensen te vinden, want ja ze hebben een link. Ze hebben twee totaal verschillende perspectieven gebruikt. Sarahs wordt in een hij/zij perspectief vertelt. Dit maakt dat het een stuk spannender wordt, omdat je een groot deel van het verhaal Sarah haar naam niet weet, ze wordt ‘het meisje’ genoemd. Julia's verhaal is in het ik-perspectief. Julia vertelt haar verhaal zelf en je hoort haar gedachtes en hoe ze tot bepaalde beslissingen komt.
Slide 13 - Tekstslide
Opbouw
Titel
Inleiding (aandacht trekken & standpunt)
Argument 1 & uitwerking
Argument 2 & uitwerking
Argument 3 & uitwerking
Slot (herhaling standpunt)
Slide 14 - Tekstslide
Titel
De titel bedenk je als laatste.
Let goed op de beoordeling ---->
(Onderwerp is: standpunt / betoog dus niet het onderwerp van het boek).
Slide 15 - Tekstslide
Inleiding
voorbeeld
Slide 16 - Tekstslide
Inleiding
voorbeeld
Hazel en Augustus leren elkaar kennen en worden smoorverliefd. Hun tijd samen is beperkt, want beide tieners hebben een agressieve vorm van kanker. Op welke manier gaan zij om met elkaar en deze vreselijke ziekte?Iedereen zou het boek "Weeffout in onze sterren" moeten lezen, dus de bibliotheek moet het zeker aanschaffen voor haar collectie!
Slide 17 - Tekstslide
Slot
voorbeeld
Kortom: iedereen zou dit realistische boek moeten lezen! Ook al geeft het niet altijd een rooskleurig beeld over de manier waarop we met asielzoekers omgaan, het is een belangrijk, waargebeurd verhaal van een individu in onze maatschappij. En wie weet kijk jij een volgende keer op een andere manier naar vluchtelingen!
Slide 18 - Tekstslide
Slot
voorbeeld
Al met al leer je Hazel goed kennen, kom je te weten hoe twee tieners omgaan met liefde en ziekte en krijg je misschien wel meer sympathie voor mensen die te maken krijgen met deze vreselijke ziekte.
En de bibliotheek kan hiervoor zorgen door dit boek in hun collectie aan te schaffen!
Slide 19 - Tekstslide
Welkom!
- Lesdoelen
- Uitleg: betoog
(theorie & opdracht)
- Aan de slag!
Slide 20 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen signaalwoorden en verwijswoorden?
Slide 21 - Open vraag
Lesdoelen
Aan het einde van de les...
...weet je wanneer je een betoog moet schrijven voor een cijfer.
...kun je uitleggen hoe de opbouw van een betoog er uitziet;
...kun je argumenten uit een betoog benoemen;
...kun je vertellen wat de opdracht is.
Slide 22 - Tekstslide
Toetsdatum
H3A = woensdag 20 februari
H3D = woensdag 20 februari
H3E = dinsdag 19 februari
H3F = vrijdag 22 februari
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Video
De opdracht
Je hebt een boek gelezen van de lijst.
Je schrijft een betoog van vijf alinea's waarin je de bibliothecarissen overtuigt om dit boek wel / niet aan te schaffen (zie Showbie, Literatuur / mail).
Lees de opdracht en het beoordelingsformulier.
Slide 25 - Tekstslide
Aan de slag!
Lees theorie blz. 148.
Je werkt zelfstandig, in stilte, 30 minuten.
Klaar = lezen & klassikaal opdracht 1 bespreken.
Slide 26 - Tekstslide
Deze les
- Lesdoelen
- 20 minuten lezen
- Aan de slag --> opdracht 3
Slide 27 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het einde van de les...
...kun je een schrijfplan maken voor een betoog;
...kun je signaalwoorden op de juiste manier gebruiken;
...kun je een middenstuk schrijven voor een betoog.
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Video
Aan de slag!
Maak opdracht 3, blz. 149.
Let op: punt 1, 2 & 3 in tweetallen,
10 minuten!
Punt 5 maak je individueel.
Klaar met bouw-/schrijfplan = uitwerken tot alinea's.
Slide 30 - Tekstslide
Welkom!
- 20 minuten lezen
- Lesdoelen
- Terugblik
- Aan de slag --> alinea 2 (argument 1) uitwerken
Slide 31 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het einde van de les...
...kun je een argument uitwerken;
...kun je signaalwoorden op de juiste manier gebruiken;
...kun je een argument overtuigend opschrijven.
Slide 32 - Tekstslide
Aan de slag!
Uitwerken alinea 2 --> argument 1 (Ik ben van mening dat de bibliotheek dit boek zou aanschaffen, omdat ...)
Uit beoordelingsformulier:
- In de eerste alinea van het middenstuk geef je een duidelijk, overtuigend geformuleerd argument voor jouw standpunt inclusief geldige voorbeelden uit het boek.
- Betrek ook een van de volgende aspecten bij je argumentatie: de personages, opbouw, verhaallijnen en schrijfstijl.
- Gebruik signaalwoorden, verwijswoorden, synoniemen, samengestelde zinnen, lijdende en bedrijvende vorm.
Slide 33 - Tekstslide
Welkom!
Planning
Terugblik
Aan de slag
Slide 34 - Tekstslide
Planning
week 7: je schrijft elke les een alinea en laat deze alinea's lezen door klasgenoten (feedback a.d.h.v. beoordelingsformulier).
week 8, les 1: je schrijft je inleiding & slot en ontvangt feedback van klasgenoten.
week 8, les 2: betoog schrijven voor cijfer a.d.h.v. je aantekeningen (geen iPad's!)
Woensdag ben ik er niet...
Slide 35 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het einde van de les...
...heb je een voorbeeld gelezen van een betoog;
...heb je twee alinea's uitgewerkt met jouw argumenten en ondersteunende feiten.
Slide 36 - Tekstslide
Betoog
Slide 37 - Woordweb
Aan de slag!
1. Lees het betoog (Showbie, Schrijfvaardigheid).
2. Wissel jouw eerste alinea uit met je klasgenoot en geef elkaar schriftelijke feedback.
3. Herschrijf je alinea & schrijf je tweede alinea (hw = tweede alinea uitwerken).
