les comparaisons

De vergrotende en overtreffende trap
...........
1 / 19
volgende
Slide 1: Open vraag
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De vergrotende en overtreffende trap
...........

Slide 1 - Open vraag

Les comparaisons

Slide 2 - Tekstslide

-   moins ...... que


=  aussi ........ que



+  plus ........ que

Slide 3 - Tekstslide

<- cette glace est moins grande que cette glace ->


ces glaces sont aussi grandes


<- cette glace est plus grande que cette glace ->

Slide 4 - Tekstslide

Astérix est plus petit qu'Obelix

Slide 5 - Tekstslide

Obelix est plus grand qu'Astérix

Slide 6 - Tekstslide

grand schtroumpf est aussi grand que schtroumpf à lunettes 

Slide 7 - Tekstslide

On va commencer.....

Dus:
  • gebruik moins, aussi, plus + bijv. naamwoord + que
  • Let op mannelijk, vrouwelijk, meervoud van bijv. naamwoord

Slide 8 - Tekstslide

Alexandre est ........Sandrine
(âgé -)

Slide 9 - Open vraag

Jeanne est..................sa soeur
(sportif + )

Slide 10 - Open vraag

Mon meilleur copain est...........mon frère
(sympa =)

Slide 11 - Open vraag

Ma grand-mère est...........mon prof.
(intelligent -)

Slide 12 - Open vraag

Sa mère est.............sa grand-mère.
(grand =)

Slide 13 - Open vraag

Les jupes roses sont ............les pulls.
(cher +)

Slide 14 - Open vraag

Traduis.....
Deze toren is het hoogst

Slide 15 - Open vraag

Traduis....
Mijn broertje is het jongst

Slide 16 - Open vraag

Traduis....
Deze bergen zijn het hoogst

Slide 17 - Open vraag

Qu'est-ce que tu as appris?

Slide 18 - Open vraag

Lees de tekst bij 2 foto's. De tekst staat ook op classroom.

Slide 19 - Tekstslide