4M Chapter 2: Stones + Woordjes H+I

Vertaal de stones 
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vertaal de stones 

Slide 1 - Tekstslide

Het eerste wat je doet, is kijken naar je ontwerp.

Slide 2 - Open vraag

The first thing you do, is have a look at your design.

Slide 3 - Tekstslide

Schuur hierna het hout totdat het glad is.

Slide 4 - Open vraag

Following this, sand the wood until it’s

smooth.

Slide 5 - Tekstslide

Zorg dat je van boven naar beneden werkt.

Slide 6 - Open vraag

Be sure to work from the top down.

Slide 7 - Tekstslide

Ruim je werkplaats op als je klaar bent.

Slide 8 - Open vraag

After you’ve finished, clean up your

workspace.

Slide 9 - Tekstslide

bolt

Slide 10 - Open vraag

bout

Slide 11 - Tekstslide

sand
A
zand
B
schuur
C
schuren
D
zandstralen

Slide 12 - Quizvraag

chop
A
kappen
B
hakken
C
snijden

Slide 13 - Quizvraag

bookshelf

Slide 14 - Open vraag

boekenplank

Slide 15 - Tekstslide

custom-made

Slide 16 - Open vraag

op maat gemaakt 

Slide 17 - Tekstslide

joint
A
verbinding
B
gewricht
C
verbindingsstuk
D
lampenkap

Slide 18 - Quizvraag

resemble
A
bijeenkomst
B
lijken op
C
samenvoegen

Slide 19 - Quizvraag

lampshade

Slide 20 - Open vraag

lampenkap

Slide 21 - Tekstslide

mould
A
maken
B
mal
C
gek
D
krukje

Slide 22 - Quizvraag

layer

Slide 23 - Open vraag

laag

Slide 24 - Tekstslide

willow
A
peinzen
B
wilg
C
realiseren
D
verdriet

Slide 25 - Quizvraag

heal

Slide 26 - Open vraag

genezen

Slide 27 - Tekstslide

duurzaam
A
recyclable
B
sustanable
C
sustainable

Slide 28 - Quizvraag

herd
A
herder
B
krukje
C
razen
D
kudde

Slide 29 - Quizvraag

razen
A
ramp
B
grase
C
rampage
D
feed

Slide 30 - Quizvraag

binnenhuisarchitect
A
interiordesign
B
interior design
C
interior designer
D
interiordesigner

Slide 31 - Quizvraag

schuiven
A
slide
B
slip
C
cross

Slide 32 - Quizvraag

varnish
A
verf
B
lak
C
latex

Slide 33 - Quizvraag

realiseren
A
realize
B
realise
C
to understand

Slide 34 - Quizvraag

bruikbaar
A
use
B
re-use
C
usable

Slide 35 - Quizvraag

crop
A
oogst
B
sla
C
top

Slide 36 - Quizvraag

trap
A
steps
B
stair
C
staircase
D
stairecase

Slide 37 - Quizvraag