Stijlfiguren

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Stijlfiguren

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?

  • Bespreken van opdracht 5 en 6
  • Uitleg stijlfiguren

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel


Aan het einde van de les weet je wat stijlfiguren zijn en kun je ze herkennen en zelf gebruiken.

Slide 4 - Tekstslide

 Stijlfiguren

Climax: Een steeds sterker wordende reeks. 
Je bent mooi, prachtig, fantastisch, zo adembenemend. 

Anti-climax: Een steeds zwakker wordende reeks. 
Men schreeuwde, praatte, fluisterde en uiteindelijk was het stil. 






Slide 5 - Tekstslide

Stijlfiguren
Hyperbool (overdrijving): Je overdrijft iets. 
We hebben ons dood gelachen. 

Enumeratie (opsomming): Zaken die achterelkaar worden genoemd (vaak het woordje en)
Je bent alweer je boek, schrift, huiswerk en pen vergeten.









Slide 6 - Tekstslide

Stijlfiguren
Repetitio (herhaling): je gebruikt twee keer hetzelfde woord om iets te benadrukken.
Altijd dit lege hart, altijd.

Antithese (tegenstelling): tegengestelde dingen worden gecombineerd.
In de stilte hoorde je het geschreeuw.





Slide 7 - Tekstslide

Stijlfiguren
Pleonasme: het noemen van een overbodige eigenschap bij het hoofdwoord. 
Het rode bloed, witte sneeuw, een oude bejaarde, een vliegtuig daalt naar beneden.







Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Je kunt nu ...


Stijlfiguren herkennen en benoemen.

Slide 10 - Tekstslide

KAHOOT

Slide 11 - Tekstslide