3.5 Afronden

                                   Welkom 
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

                                   Welkom 

Slide 1 - Tekstslide

Welke waarde heeft het cijfer 2 in het getal 342619
A
2
B
200
C
2000
D
20000

Slide 2 - Quizvraag

Wat hoort bij wat?
Product                                                                                              :
verschil                                                                                               x
som                                                                                                      -
quotiënt                                                                                             +

Slide 3 - Tekstslide

Wat moet je als eerste uitrekenen?
10 : 5 x 2
A
10 : 5
B
5 x 2

Slide 4 - Quizvraag

Wat moet je als eerste uitrekenen?
10 - 5 + 2
A
10 - 5
B
5 + 2

Slide 5 - Quizvraag

Wat moet je als eerste uitrekenen?
9 - 2 x 3
A
9 - 2
B
2 x 3

Slide 6 - Quizvraag

Wat moet je als eerste uitrekenen?
8 - 4 : 2 =
A
8 - 4
B
4 : 2

Slide 7 - Quizvraag

Uitleg: Decimale getallen

Slide 8 - Tekstslide

Welke getal ligt er tussen 4,5 en 4,6
A
4,50
B
4,45
C
4,55
D
4,65

Slide 9 - Quizvraag

Hoeveel decimalen hebben de volgende getallen?
64168,1
6,32498
2,34

Slide 10 - Tekstslide

Opdrachten
Maak nu 31-32-33-34

Slide 11 - Tekstslide

Lesdoel
Je leert afronden op een bepaald decimaal en zinvol afronden. 

Slide 12 - Tekstslide

Afronden? Kijk naar het cijfer achter het decimaal waarop je moet afronden en dan:

Slide 13 - Tekstslide

Hoe rond je af?
Op 2 decimalen: 3,567
Op 2 decimalen: 6, 392
Op 1 decimaal: 8,15
Op 1 decimaal: 2,98

Slide 14 - Tekstslide

Afronden decimale getallen
Hoe moet je 0,3820404 afronden op twee decimalen?




0 , 3 8 2 0 4 0 4

Slide 15 - Tekstslide

Afronden decimale getallen
Hoe moet je 128,952932 afronden op één decimaal?




1 2 8 , 9 5 2 9 3 2

Slide 16 - Tekstslide

Rond af op 1 decimaal:
3,45

Slide 17 - Open vraag

Rond af op 1 decimaal:
0,34

Slide 18 - Open vraag

Rond af op 1 decimaal:
0,345

Slide 19 - Open vraag

Rond af op 2 decimalen:
0,345

Slide 20 - Open vraag

Rond af op 2 decimalen:
0,598

Slide 21 - Open vraag

Rond af op 3 decimalen:
1,2333333

Slide 22 - Open vraag

Rond af op 3 decimalen:
6,78940

Slide 23 - Open vraag

Wat betekent dit teken:

A
is gelijk aan
B
is ongeveer gelijk aan

Slide 24 - Quizvraag


Ik snap hoe ik moet afronden!
A
Ja, helemaal
B
Ja, ik geloof het wel
C
Nog niet helemaal
D
Nog helemaal niet

Slide 25 - Quizvraag

Opdrachten

Maak 35 t/m 39
Klaar?
Maak de O- of de U-opdrachten

Slide 26 - Tekstslide