Do 12 jan klank veranderende werkwoorden en klank vaste werkwoorden

Wat zijn klankvaste werkwoorden ook alweer? 
En klankveranderende?

1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Wat zijn klankvaste werkwoorden ook alweer? 
En klankveranderende?

Slide 1 - Slide

Hieronder staan acht werkwoorden. Sleep alleen de klankvaste werkwoorden naar het groene vak.
dwingen
werken
vegen
liggen
afdalen
zitten
snoeien
zijn

Slide 2 - Drag question

Klankvast (zwak) werkwoord
Klankveranderend (sterk) werkwoord
fietsen
lopen
schrijven
plakken
branden
drinken
eten
luisteren

Slide 3 - Drag question

klankvast werkwoord
klankveranderend werkwoord
verzamelen
schilderen
rijden
verbieden
verzinnen
bewaren

Slide 4 - Drag question

Is het werkwoord sterk (klankveranderend) of is het zwak (klankvast?) Sleep naar het goede kaartje!
Sterk werkwoord
(andere-klank)
Zwak werkwoord 
(zelfde klank)
wandelen
vinden
lopen
schieten
verven
vliegen

Slide 5 - Drag question

De verleden tijd van klankvaste werkwoorden

Slide 6 - Slide

Noteer klankvaste werkwoorden. 

timer
1:00

Slide 7 - Slide

klankvaste werkwoorden > 't ex-kofschip

Slide 8 - Slide

Is

RENNEN

klankvast werkwoord?
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quiz

Zoek de klankvaste werkwoorden
A
vertellen, zwemmen, lopen, rekenen, verhuizen
B
vertellen, rekenen
C
zwemmen, lopen, verhuizen
D
zwemmen, lopen, rekenen, berhuizen

Slide 10 - Quiz

'Verrassen' is een klankvast werkwoord
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

Is
VERVEN
een klankvast werkwoord?
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quiz

Is lopen een klankvast werkwoord?
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quiz

Wat zijn klankvaste werkwoorden?
A
Woorden die van klank veranderen, zoals lopen - liepen
B
Werkwoorden die in de verleden tijd -te(n) of -de(n) krijgen.
C
Werkwoorden die geen verleden tijd kennen.
D
Werkwoorden die ook als zn kunnen gelden.

Slide 14 - Quiz

Is
FIETSEN
een klankvast
werkwoord?
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quiz

Is
SNOEPEN
een klankvast werkwoord?
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quiz

Is
GEVEN
een klankvast werkwoord?
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quiz

Is betoveren een klankvast werkwoord?
A
ja
B
nee

Slide 18 - Quiz

Is
BIJTEN
een klankvast werkwoord?
A
ja
B
nee

Slide 19 - Quiz

Is schuiven een klankvast werkwoord?
A
ja
B
nee

Slide 20 - Quiz

Wat is geen klankvast werkwoord?
A
rennen
B
spreken
C
struikelen
D
zwaaien

Slide 21 - Quiz

Is tillen een klankvast werkwoord?
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quiz

Wat is een klankvast werkwoord?
A
lopen
B
regenen
C
slapen
D
zwijgen

Slide 23 - Quiz

Is
RENNEN
een klankvast werkwoord?
A
ja
B
nee

Slide 24 - Quiz

Huiswerk voor ma 16 jan
Maken 24 t/m 28

Dictee oefenen op school

Slide 25 - Slide