M1 NE paragraaf 5.7 grammatica

M1 NE Paragraaf 5.7 
Grammatica
LES 1 
1 / 43
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

M1 NE Paragraaf 5.7 
Grammatica
LES 1 

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 
- Je leert de woordsoorten persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord benoemen. 
- Je leert het persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord goed gebruiken. 

Slide 2 - Slide

Weektaak
- Test jezelf 5.7 
- Basis 5.7 opdracht 1 t/m 22
- Verdieping 5.7 steropdrachten 

Slide 3 - Slide

Planning 
Les 1: instapopdracht: -> instructie persoonlijk voornaamwoord 
                                                -> test jezelf 
Les 2: zelfstandig werken 
Les 3: instructie bezittelijk voornaamwoord 
Les 4: zelfstandig werken 

Extra: boek lezen 

Slide 4 - Slide

Wat weet je nog? 

Slide 5 - Slide

Geef korte voorbeeldzinnen met bijvoeglijk naamwoorden.

Slide 6 - Open question

Noem voorbeelden van voorzetsels.

Slide 7 - Mind map

Welk ezelsbruggetje kun je gebruiken bij zelfstandig naamwoorden?
A
t' kofschip
B
medipladi
C
hoe moeten we van die onvoldoendes afkomen?
D
maak van acht meter Japanse stof uw nieuwe pyjama

Slide 8 - Quiz

Hij, ik en we zijn voorbeelden van ...
A
persoonlijk voornaamwoorden
B
bezittelijk voornaamwoorden

Slide 9 - Quiz

Noem voorbeelden van bezittelijk voornaamwoorden.

Slide 10 - Mind map

Slide 11 - Slide

Instapopdracht 
3 of meer fouten -> je doet mee met de instructie. 

1 of 2 fouten -> je maakt zelfstandig de test jezelf. 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Een persoonlijk voornaamwoord verwijst alléén naar iemand.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide

"Ik wil graag op vakantie. Willen jullie ook mee?"

Welke persoonlijk voornaamwoorden staan in deze zinnen en zijn deze onderwerp?

Slide 17 - Open question

Weektaak

- Test jezelf 5.7
- Basis 5.7 opdracht 1 t/m 22
- Verdieping 5.7 steropdrachten
Wat ga je nu doen?

Instructie gekregen PSV:
- Maak opdracht 3 t/m 8. 

Test jezelf gemaakt:
- Groen? Eerder werk afmaken of boek lezen of versterk jezelf.  
- Rood? Opdrachten maken die bij dit doel horen. (PSV: 3 t/m 8 + 15)
(BZV: 9 t/m 12 + 15)

Slide 18 - Slide

Hoe vond je de les gaan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll

Leerdoelen 
- Je leert de woordsoorten persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord benoemen. 
- Je leert het persoonlijke en bezittelijk voornaamwoord goed gebruiken. 

Slide 20 - Slide

Wat heb je geleerd?

Slide 21 - Open question

M1 NE Paragraaf 5.7 
Grammatica 
LES 3

Slide 22 - Slide

Leerdoelen 
- Je leert de woordsoorten persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord benoemen. 
- Je leert het persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord goed gebruiken. 

Slide 23 - Slide

Weektaak
- Test jezelf 5.7 
- Basis 5.7 opdracht 1 t/m 22
- Verdieping 5.7 steropdrachten 

Slide 24 - Slide

Planning 
Les 1: instapopdracht: -> instructie persoonlijk voornaamwoord 
                                                -> test jezelf 
Les 2: zelfstandig werken 
Les 3: instructie bezittelijk voornaamwoord 
Les 4: zelfstandig werken 

Extra: boek lezen 

Slide 25 - Slide

Wat weet je nog? 

Slide 26 - Slide

Een persoonlijk voornaamwoord verwijst naar ...
A
bezit
B
iets
C
iemand
D
iets en iemand

Slide 27 - Quiz

Persoonlijk voornaamwoorden kunnen onderwerp zijn.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quiz

"Sarah gaat naar een andere school. We zullen haar missen."

Welke persoonlijk voornaamwoorden staan in deze zinnen? Welk persoonlijk voornaamwoord is onderwerp?

Slide 29 - Open question

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Een bezittelijk voornaamwoord staat na het zelfstandig naamwoord.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Slide

Tussen het bezittelijk voornaamwoord en het zelfstandig naamwoord kunnen andere woorden staan, zoals bijvoeglijk naamwoorden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 34 - Quiz

Slide 35 - Slide

Noem voorbeelden van bezittelijk naamwoorden.

Slide 36 - Open question

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Als onderwerp gebruik je nooit hun. Welke woorden gebruik je wel als onderwerp?

Slide 39 - Open question

Hoe vond je de les gaan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 40 - Poll

Leerdoelen 
- Je leert de woordsoorten persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord benoemen. 
- Je leert het persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord goed gebruiken. 

Slide 41 - Slide

Wat heb je geleerd?

Slide 42 - Open question

Weektaak
- Test jezelf 5.7 
- Basis 5.7 opdracht 1 t/m 22
- Verdieping 5.7 steropdrachten 

Slide 43 - Slide