Herhaling H3 + H4

Herhalen H3+4
K4
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

Herhalen H3+4
K4

Slide 1 - Slide

Productiefactoren
Productiefactor
Beloning
Kapitaal
Rente + huur
Arbeid
Loon
Natuur
Pacht
Ondernemerschap
Winst

Slide 2 - Slide

Kostprijs per product

Slide 3 - Slide

In een maand worden 550 tassen gemaakt. De vaste kosten bedragen €1200 per maand. De variabele kosten zijn €0,25 per tas.
Bereken de kostprijs per tas.

Slide 4 - Slide

De vaste kosten zijn in een jaar €998, de variabele kosten €650. De jaarproductie is 1250 snoepjes.
Bereken de kostprijs per product

Slide 5 - Slide

 Afschrijving






Afschrijving per maand = (aanschafprijs - restwaarde) : aantal       gebruiksmaanden 


Slide 6 - Slide

De aanschafprijs voor een nieuwe auto bedraagt €1355. Hij rijdt er 5 jaar in en verwacht dan dat de auto nog een restwaarde van €850.
Wat is de jaarlijkse afschrijving van de auto?

Slide 7 - Slide

Laura wil nieuwe computers kopen. De aanschafprijs van de nieuwe computers bedraagt €6.000. De apparatuur zal 2 jaar mee gaan. De oude computers zullen nog €450 opleveren.
Wat is de maandelijkse afschrijving voor de computers?

Slide 8 - Slide

Consumentenprijs
Van Inkoopprjis naar consumentenprijs

inkoopprijs                                            € .........
Brutowinstopslag                              € .............        +
Verkoopprijs excl btw                      €................
BTW                                                          €...............        +
Consumentenprijs                             €................

Slide 9 - Slide

Groenteboor Thijssen koopt appels in voor €1,26 per stuk. De brutowinstmarge is 65%, de btw is 6%.
Bereken de consumentenprijs van een appel.

Slide 10 - Slide

Maatschappelijke kosten

Maatschappelijke kosten zijn de kosten van milieuvervuiling die door ons allemaal worden betaald.

Slide 11 - Slide

Krappe arbeidsmarkt
Ruime arbeidsmarkt

Slide 12 - Slide

Productiesectoren

1. Primaire sector

2. Secundaire sector

3. Tertiaire sector

4. Quartaire sector
Quartaire dienstverlening:
Niet-commerciële dienstverlening
Tertiaire sector:
commerciële dienstverlening
Secundaire sector:
De industrie, de bouw en ambachtelijke bedrijven
Verwerken grondstoffen tot producten
Primaire sector:
Landbouw, visserij en de winning van delfstoffen

Slide 13 - Slide

5 soorten werkloosheid
- Conjucturele werkloosheid
- Structurele werkloosheid
- Frictiewerkloosheid
- Regionale werkloosheid
- Seizoenwerkloosheid

Slide 14 - Slide

Berekenen Minimumloon
maandloon x 12 : 52 = weekloon
weekloon : voltijdbaan = uurloon

Slide 15 - Slide