Lezen 1.5 Feit, mening & argument

1 / 24
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we vandaag doen?
  • Herhalen: tekstopbouw en signaalwoorden
  • Nieuwe theorie: 1.5 Feit, mening en argument
  • Zelfstandig aan de slag

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Een goede tekstopbouw heeft:
A
een inleiding en een slot
B
een titel
C
inleiding, middenstuk en slot
D
deelonderwerpen

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

De tekstopbouw bestaat uit een driedeling.
De laatste alinea bestaat vaak uit een herhaling van de tekst.

Deze uitspraak is:
A
waar
B
niet waar
C
geen idee

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Boven een inleiding lees ik de titel 'inleiding'.
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

timer
1:30

Slide 7 - Slide

This item has no instructions


Lees de inleiding
nauwkeurig.

Wat is de functie van de inleiding?
A
alleen de aandacht trekken
B
het onderwerp noemen
C
centrale vraag stellen
D
samenvatting geven

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Het middenstuk
van een tekst is...
A
altijd aan het einde van een tekst
B
het kleinste gedeelte van een tekst
C
het grootste gedeelte van een tekst
D
bestaat altijd uit één klein stukje

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

In het
middenstuk ......


A
wordt het belangrijkste uit een tekst herhaald
B
staat de meeste informatie
C
maak je kennis met het onderwerp van een tekst

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

In het slot wordt......
A
het belangrijkste uit de tekst wordt herhaald
B
kennis gemaakt met het onderwerp van de tekst

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het nut van de slotalinea?
A
Er is dan een einde aan de tekst.
B
De schrijver kan daar zijn mening kwijt.
C
Er wordt nog even kort samengevat waar de tekst over gaat.
D
Een slotalinea heeft geen nut.

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Even vooraf:
Welke signaalwoorden ken jij?

Slide 13 - Mind map

This item has no instructions


 Om welk tekstverband gaat het hier?
 Ik kreeg een hapje en een drankje. 
A
reden
B
opsomming
C
oorzaak-gevolg
D
tegenstelling

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

 Opdracht 1: lees de tekst en beantwoord daarna vragen

Slide 15 - Slide

This item has no instructions


 Welke twee signaalwoorden zitten er in zin 2?
A
ze - aan
B
aan - met
C
toen - haal
D
eerst - toen

Slide 16 - Quiz

EERST: volgorde
TOEN: tijd

  Om welk tekstverband gaat het in zin 2?
A
volgorde in tijd
B
opsomming
C
reden
D
conclusie

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag......
Maken opdracht 4 en 5

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Week Lezen 1.5 Feit, mening & argument

Slide 24 - Slide

This item has no instructions