Aan het eind van dit hoofdstuk:
Weet je wat dagbesteding is en welke activiteiten worden aangeboden;
Weet je welke doelgroepen naar de dagbesteding gaan;
Ken je de verschillende organisaties die dagbesteding aanbieden;
Kun je het dagritme van een cliënt herkennen;
Kun je de cliënt stimuleren en motiveren om naar de dagbesteding te gaan