Renaissance

• f
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Littérature

1. Moyen Âge

2. Renaissance

3. Classicisme

4. Lumières

5. Romantisme

6. Réalisme

7. Fin de siècle

11. Existentialisme

Renaissance

Intro filmpje Thieme

* Renaissance: 1453 - 1600

* Renaissance: wedergeboorte

- herontdekking van de Griekse en Romeinse oudheid

- herontdekking van de mens

Humanisme: het draait om de mens, die zelf de regie over zijn leven neemt. Breuk met de Middeleeuwen waarin het leven vooral werd gezien als voorbereiding op het hiernamaals.

Memento mori werd carpe diem

- meer individualistische en kritische levenshouding, gaan zelf op onderzoek uit door te reizen en zich te ontwikkelen

Homo universalis

Een persoon die zich op alle terreinen ontplooit, zowel lichamelijk, een atletisch lichaam, als geestelijk met kennis en op creatief gebied, de ideale renaissancemens

Invention de l'imprimerie

* rond 1450

* snellere verspreiding van kennis en van de Bijbel

* meer mensen leerden lezen

* leidde tot Reformatie

la littérature

* François Rabelais: humanist, Pantagruel, Gargantua, humor, maar ook maatschappijkritisch

* Michel de Montaigne: essays, maatschappelijke of filosofische vraag

Sonnet

* uit Italië: Francesco Petrarca, liefdesgedichten voor Laura

* 14 regels, 2 kwatrijnen en 2 terzetten (2x4 + 2x3)

* verzen van meestal 12 lettergrepen

* in Frankrijk: dichtersgroep La Pléiade

Michel de Montaigne - Des voyages

1. Eigen antwoord

2. a. Hij vindt de variatie prettig en begrijpt dat andere gewoontes hun reden hebben. 

2. b. Hij schoof graag aan, want hij wilde de verschillende culinaire gewoontes leren kennen.

3.a. Ze houden in het buitenland vast aan hun eigen gewoontes.

b. Omdat ze bang zijn voor wat vreemd is.

3. c. Dan zijn ze blij en keuren ze samen de vreemde gewoontes af van het land waar ze zijn. 

d. Omdat ze de vreemde gewoontes herkend hebben. 

e. Ze trekken zich in zichzelf terug, zijn voorzichtig en bang voor het onbekende.

4. a. Een humanist is nieuwsgierig, wil zichzelf ontplooien en door reizen en studie zijn kennis vergroten.

4.a. Montaigne legt in dit fragment uit dat je door reizen variatie leert kennen en dat dat je verrijkt.

4.b. Voorbeeld: Hij gaat uit van zijn eigen karakter en legt dan uit hoe hij zijn reizen ervaren heeft.