9.1 en 9.2 sociale ongelijkheid h4

Groep 1: Mayssa, Dominique, Mare, Romy
Groep 2: Timber, Melle, Gajane, Merle
Groep 3: Megan, Frederique, Eric, Jeroen
Groep 4: Leon, Sjors, Zoë, Shreeya
Groep 5: Mike, Bo, Sterre, Esmee 
Groep 6: Jochem, Vicky, Yashmila, Nikki
Groep 7: Dani, Danique, Benthe, Storm

1 / 20
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

This lesson contains 20 slides, with interactive quiz, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Groep 1: Mayssa, Dominique, Mare, Romy
Groep 2: Timber, Melle, Gajane, Merle
Groep 3: Megan, Frederique, Eric, Jeroen
Groep 4: Leon, Sjors, Zoë, Shreeya
Groep 5: Mike, Bo, Sterre, Esmee 
Groep 6: Jochem, Vicky, Yashmila, Nikki
Groep 7: Dani, Danique, Benthe, Storm

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

  • Je krijgt per groepje een grote cirkel en een envelop met afbeeldingen.
  • In je groepje ga je de afbeeldingen op een logische manier indelen op de cirkel.
De enige informatie die je krijgt: je mag de cirkel aanschouwen als de samenleving.
  • Vul het werkblad in: hoe zijn jullie keuzes gekomen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Link

5.10
9.1 en 9.2 Sociale ongelijkheid 
Je kent de termen: maatschappelijke ladder, sociale stratificatie en sociale mobiliteit
Je kent het verschil tussen positieverwerving en positietoewijzing en kunt het toepassen
Je kunt benoemen op welke gebieden er sociale ongelijkheid bestaat (4 gebieden)
Je kent de drie vormen van sociaal kapitaal

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Sociale ongelijkheid?

Een situatie waarin verschillen tussen mensen in al dan niet aangeboren kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke positie en leiden tot een ongelijke verdeling van schaarse en hooggewaardeerde zaken, van waardering en behandeling

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

 Ongelijkheid in de wereld
Wat feiten:
  • De economie neemt wereldwijd toe

  • De inkomensongelijkheid neemt toe

  • De 26 rijkste mensen op aarde bezitten evenveel als de armste helft van de bevolking

Slide 6 - Slide

Klik op de grafiek om hem te vergroten

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Hoogste
Midden
Laagste
Laag

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Welke redenen zijn er voor deze indeling?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Welke soort sociale ongelijkheid?
- Ongelijke verdeling van politieke hulpbronnen 
Het hebben van bevoegdheden om macht uit te oefenen (gezag)
- Ongelijke verdeling van economische hulpbronnen
Het hebben van geld en bezit
- Ongelijke verdeling van symbolische hulpbronnen
Het hebben van aanzien en waardering
- Ongelijke verdeling van sociale hulpbronnen
Het hebben van sociale contacten

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Maatschappelijke ladder
De verdeling van de maatschappij in groepen waartussen sociale ongelijkheid bestaat 

Het ordenen van de sociale lagen 
resulteert in de 
maatschappelijke ladder

Slide 12 - Slide

pagina 49

Slide 13 - Video

This item has no instructions

Drie soorten kapitaal (socialisatie)

  • Economisch kapitaal: financieel bezit 
  • Sociaal kapitaal: connecties
  • Cultureel kapitaal: opvattingen, houdingen, competenties

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Positietoewijzing 
Positieverwerving 
Maatschappelijke oorzaken bepalen de maatschappelijke positie van een groep of individu
Het verkrijgen van  maatschappelijke positie door de eigen bijdrage van een persoon 
Bijvoorbeeld: havo/vwo advies moet starten op havo 
Bijvoorbeeld: inzet op school

Slide 16 - Slide

In India is vooral sprake van positietoewijzing en weinig positieverwerving. Dit zie je bijvoorbeeld terug in de invoering van quota die ervoor zorgen dat mensen uit verschillende kasten in overheidsdienst kunnen werken. 

Slide 17 - Video

This item has no instructions

Positietoewijzing of positieverwerving?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Oefenen met examenvraag 

Maak vragen 19 en 20: schrijf zelf op 
Na 7 minuten: kijk van elkaar na 
Bespreken 


Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag! 
• 9.1 opdracht 3 (blz. 148).
• 9.2 opdrachten 4, 5 en 6 (vanaf blz. 149).

Klaar? Vat 9.3 samen! Deze gaan we niet behandelen in de les. 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions