vmbo-T Geluid les 4

Wat gaan we deze week doen?
  1. H7.1: Vragen & Samenvatting
  2. H7.2: Snaren & Toonhoogte
  3. H7.2: Frequentie & Toonhoogte
1 / 12
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Wat gaan we deze week doen?
  1. H7.1: Vragen & Samenvatting
  2. H7.2: Snaren & Toonhoogte
  3. H7.2: Frequentie & Toonhoogte

Slide 1 - Slide



Huiswerk volgende les:
- Lezen H7.2 het stukje over snaarinstrumenten
-Maak online opgave: 17-21-22-23-26



Slide 2 - Slide

Een geluidsbron veroorzaakt trillingen.

Deze trillingen verplaatsen zich via een tussenstof (meestal lucht) naar de ontvanger.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

De snelheid waarmee het geluid zich door de lucht verplaatst is:
A
34 m/s
B
340 m/s
C
3400 m/s

Slide 5 - Quiz

Tussen een bliksemflits en donder zitten 14 s.
Hoever is de onweersbui van mij vandaan?
A
4,76 m
B
4760 m
C
4,76 km
D
4760 km

Slide 6 - Quiz

Sommige zeeschepen maken gebruik van sonar. De snelheid van geluid in water = 1500 m/s. De sonar van een schip vangt een echo op, 0,2 s nadat het geluid is weggestuurd.

Hoe diep is de zee op die plaats?
(Laat je berekening zien)

Slide 7 - Open question

Antwoord:
Snelheid = 1500 m/s
tijd = 0,2 s

De afgelegde afstand is dan
1500 x 0,2 = 300 m

Het geluid gaat heen en weer! 
Dus de afstand tot de bodem is dus de helft van de totaal afgelegde afstand.

Diepte = 300 : 2 = 150 m


Slide 8 - Slide

Samenvatting in PPT = eindopdracht

Elke week evaluatie/feedback
Opdracht:
  1. Zoek in H7.1 de blauwe woordjes.
  2. Schrijf in je schrift/op papier de zin met het blauwe woordje over.
    voorbeeld:
    GELUIDSBRON
    Een voorwerp dat geluid maakt, noem je een geluidsbron.
  3. Ik vraag straks enkele lln de zin op te schrijven in LessonUp.

Slide 9 - Slide

Schrijf de zin met het blauwe woordje hier op:

Slide 10 - Open question

Samenvatting in PPT = eindopdracht

Elke week evaluatie/feedback
  1. Een voorwerp dat geluid maakt, noem je een geluidsbron.
    --> Geef dan ook voorbeelden!
  2. Geluid ontstaat als een geluidsbron trillingen veroorzaakt.
  3. Je kunt een geluid alleen horen als er een tussenstof is; een stof waardoor de trillingen zich kunnen verplaatsen van de geluidsbron naar je oren.
    --> Geef dan ook voorbeelden!
  4. De geluidsnelheid in lucht is ongeveer 340 m/s.
    --> Wat is de geluidsnelheid in bv. water?
  5. EXTRA:
    Belangrijkste onderdelen van het oor en hun functie...
    Rekenvoorbeeldje bliksem en onweer...
    Rekenvoorbeeldje sonar/echo...

Slide 11 - Slide



Huiswerk volgende les:
- Lezen H7.2 het stukje over snaarinstrumenten
-Maak online opgave: 17-21-22-23-26

ZIE OOK ITSLEARNING!



Slide 12 - Slide