This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Natuur en techniek
Telefoon in telefoontas of tas
boeken dicht voor je
iPad voor je
Rekenmachine en pen op tafel
Slide 1 - Slide
Doel van de les
Aan het eind van de les:
ken je de formule van Ohm
weet je hoe je formules kunt ombouwen
kun je sommen maken met behulp van de wet van Ohm
Slide 2 - Slide
Vorige les
practicum gedaan.
stroom meten
weerstand
spanningsbron
Slide 3 - Slide
Wet van Ohm
Slide 4 - Slide
Wet van Ohm
Slide 5 - Slide
Wet van Ohm
Slide 6 - Slide
stroommeter
schakelaar
spanningsmeter
batterij
lampje
Slide 7 - Drag question
De formule U = I x R kun je ook in woorden opschrijven. Sleep de juiste symbolen naar de juiste plek.
U
V
R
A
Ω
I
Slide 8 - Drag question
Formule
5 stappen:
wat weet je al? gegevens opschrijven
wat moet je uitrekenen? Noteer symbool en ?
Welke formule gebruik je? Zet de formule meteen in de juiste vorm.
Vul de formule in.
Bereken het antwoord en noteer het met de juiste eenheid.
Slide 9 - Slide
Voorbeeld:
Op de verpakking van een lamp staat: 230 V; 500 Ω.
Hoeveel stroom kan er maximaal door de lamp lopen?
Oplossing:
U = 230 V R = 500 Ω I = ?
I = 0,46 A
I=RU
I=500230
Slide 10 - Slide
Ander voorbeeld
Bij een proef loopt bij 6 V een stroom van 0,5 A door een lamp. Wat is de weerstand van de lamp?
Slide 11 - Slide
Ander voorbeeld Bij een proef loopt bij 6 V een stroom van 0,5 A door een lamp. Wat is de weerstand van de lamp?
Oplossing:
U = 6 V
I = 0,5 A
R = ?
R = 12 V
R=IU
R=0,56
Slide 12 - Slide
Oefenen met de wet van Ohm
Keuze:
Zelfstandig oefenen
nog 2 sommen met mij oefenen
Slide 13 - Slide
timer
15:00
Slide 14 - Slide
Huiswerk voor de volgende keer:
Blad afmaken.
Slide 15 - Slide
Ik kan nu een opgave met de Wet van Ohm maken.
A
Ik kan het ook aan anderen uitleggen
B
Ik kan het makkelijk.
C
Ik kan het wel, maar vind het nog lastig.
D
Ik moet nog wat oefenen voor ik het kan
Slide 16 - Quiz
Hoe ging de uitleg?
Slide 17 - Open question
De doelen waren: 1. Je kent de formule van Ohm 2. Je weet hoe je formules kunt ombouwen 3. Je kunt sommen maken met behulp van de wet van Ohm. Welk doel moet jij nog mee oefenen?