Les 8 - 17012025 - formele en informele communicatie

• Zorg en Welzijn
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

WELKOM KLAS 5!

JdW-klimwijzer

Startklaar

• Jassen uit.
• Oordopjes uit.
• Kauwgom uit. 
• Telefoon in zakkie in je tas.
• Tas onder je tafel.
• Ga op je plek zitten.

Wat gaan we doen vandaag?

• In gesprek over de verwelkoming.
• Filmpje bekijken aan de hand van kijkvagen.
• Theorie formele en informele communicatie.
• Opdracht casussen maken.
• Nabespreken opdracht.
• Opdracht rollenspel.
• Nabespreken opdracht.
• Opdracht invulzinnen.
• Nabespreken opdracht. 
• Terugblikken lesdoelen en les.
• Afsluiting les.

Lesdoelen:

• Na de les kan ik de begrippen formele en informele communicatie uitleggen.
• Na de les kan ik benoemen wat het verschil is tussen formele en informele communicatie.
• Na de les kan ik formele en informele communicatie herkennen. 
• Na de les kan ik formele en informele communicatie toepassen in juiste situatie. 

Denken Duo Delen

Wat weet je over formele en informele communcatie?

• Denken: Denk eerst zelf goed na. Dit doe je in stilte!

• Duo: Bespreek heel zacht met je buurman/vrouw je antwoord.
• Delen: Vertel aan de klas wat jullie besproken hebben.

Kijkvragen:

• Wat gebeurd er in het filmpje?
• Wat voor soort communicatie gebruikt Judeska in het filmpje?
• Is deze vorm van communicatie passend bij de situatie?
• Welke vorm van communicatie zou jij gebruiken? Geef een voorbeeld.  

Kijkvragen:

• Wat gebeurd er in het filmpje?
• Wat voor soort communicatie gebruikt Judeska in het filmpje?
• Is deze vorm van communicatie passend bij de situatie?
• Welke vorm van communicatie zou jij gebruiken? Geen een voorbeeld.  

Formele en informele communicatie.

• Formele communicatie is de manier van praten of schrijven die volgens bepaalde regels en afspraken gebeurt. Dit gebeurt bijvoorbeeld op het werk, op school of in officiële brieven. Formele communicatie is meestal netjes en professioneel. Een voorbeeld is een gesprek met je baas of een e-mail naar een leraar.

• Informele communicatie is de manier van praten of schrijven die meer relaxed en casual is. Dit gebeurt vaak tussen vrienden, familie of collega's die elkaar goed kennen. Informele communicatie kan bijvoorbeeld een praatje zijn met een vriend of een bericht in een groepschat.

Formeel: Netjes, officieel, bijvoorbeeld op het werk of school.

Informeel: Gezellig, ontspannen, bijvoorbeeld met vrienden of familie.

Opdracht herkennen van formele en informele communicatie. 

Hoe: Je krijgt van de docent een blad met teksten. 

Tijd: 10 minuten

Wat: Je gaat alleen of in tweetallen de teksten lezen en opschrijven of het formele of informele communicatie is. 

Resultaat: Je hebt de werkbladen gemaakt en kan formele en informele communicatie herkennen.

Klaar:: je blijft rustig op je plek zitten en wacht op een signaal van de docent. 

Opdracht rollenspel en observeren

Hoe: Je krijgt van de docent een blad met casussen en een observeerlijst. 

Tijd: 15 minuten

Wat:  Je gaat in drietallen werken. Twee leerlingen spelen de rollenspel na, de derde persoon kijkt of de twee leerlingen het goed hebben gaan, aan de hand van een observatielijst. 

Resultaat:  Je hebt geoefend met het toepassen van formele of informele communicatie. 

Klaar: Je gaat rustig op je plek zitten en wacht op een signaal van de docent. 

Invulopdracht

Hoe: Je krijgt van de docent een werkblad.

Tijd: 1 0 minuten

Wat: Je vult formele of informele tekst in (u of je). 

Resultaat:  Je herkent wanneer je formele of informele communicatie moet toepassen. 

Klaar: je blijft rustig op je plek zitten en wacht op een signaal van de docent. 

Terugblikken op de les en leerdoelen:

Denken Duo Delen

Wat weet je nu over formele en informele communicatie?

• Denken: Denk eerst zelf goed na. Dit doe je in stilte!

• Duo: Bespreek heel zacht met je buurman/vrouw je antwoord.
• Delen: Vertel aan de klas wat jullie besproken hebben.

Lesdoelen:

• Na de les kan ik de begrippen formele en informele communicatie uitleggen.
• Na de les kan ik benoemen wat het verschil is tussen formele en informele communicatie.
• Na de les kan ik formele en informele communicatie herkennen.
• Na de les kan ik formele en informele communicatie toepassen in juiste situatie. 

Leerdoelenkaart:

1. Pak je map en je leerdoelenkaart erbij. 
2. Lees de kaart goed door.
3. Welke leerdoelen heb je al behaald?
4. Zet een kruisje bij de leerdoelen die je hebt behaald.
5. Zet de leerdoelenkaart in je JDW map en zorg dat je deze elke les bij je hebt!

Wat vond ik van de les?

😒🙁😐🙂😃

Vandaag heb ik geleerd: