2T taalverzorging H6 + werkwoordspelling
1 / 39
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Welke zin is goed geschreven?
timer
0:30
A
Vindt jij werkwoordspelling saai?
B
Vint jij werkwoordspelling saai?
C
Vind jij werkwoordspelling saai?
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Zonder jou had ik nooit op het ijs ...
timer
0:20
A
gedurft
B
gedrufdt
C
gedurfd
Slide 7 - Quiz
Pas je op dat je je niet ... aan de hete oven?
timer
0:20
A
verbrant
B
verbrandt
C
verbrand
Slide 8 - Quiz
Hij heeft bijna een nieuwe Tiktok ...
timer
0:20
A
geüpload
B
geuploadt
C
geüploat
Slide 9 - Quiz
Zie je dat ... gebouw?
timer
0:20
A
ingestorte
B
ingestorten
C
ingestortte
D
ingestortten
Slide 10 - Quiz
Zowel mijn zusje als mijn moeder ... zich vorige week op mijn zelfgebakken taart.
timer
0:20
A
stortte
B
storte
C
stortten
D
storten
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Meneer Van den Bos (vinden - tt) het hopelijk wel wat.
timer
0:30
Slide 14 - Open question
(vinden) je deze les ook zo leuk?
timer
0:30
Slide 15 - Open question
En nu (gebeuren) het gelukkig niet meer.
timer
0:30
Slide 16 - Open question
Slide 17 - Slide
Casper (branden) zijn vingers gisteren.
timer
0:30
Slide 18 - Open question
Sommige leerlingen (roken) stiekem in het park.
timer
0:30
Slide 19 - Open question
Slide 20 - Slide
Maar iedereen heeft weleens (falen).
timer
0:30
Slide 21 - Open question
Heeft iedereen zijn naam (vermelden)?
timer
0:30
Slide 22 - Open question
Maar ze zijn daarvoor flink (straffen).
timer
0:30
Slide 23 - Open question
En anders is het corveeën ook weer zo (gebeuren).
timer
0:30
Slide 24 - Open question
Slide 25 - Slide
Hij heeft de (vinden) foto's weggelegd.
timer
0:30
Slide 26 - Open question
De (vergroten) foto's heb ik ingelijst.
timer
0:30
Slide 27 - Open question
De (redden) jongen was heel erg bang geweest.
timer
0:30
Slide 28 - Open question
Slide 29 - Slide
Opdracht 1: Wat is het meervoud van eetcafé?
timer
0:20
A
eetcafés
B
eetcafees
C
eetcafe's
D
eetcafé's
Slide 30 - Quiz
Opdracht 2: Wat is het meervoud van toverfee?
timer
0:20
A
toverfees
B
toverfeën
C
toverfeeen
D
toverfeeën
Slide 31 - Quiz
opdracht 3: Wat is het meervoud van
politie?
politie?
timer
0:30
Slide 32 - Open question
Opdracht 4: Wat is het meervoud van foto?
timer
0:20
A
fotos
B
fotoos
C
foto's
D
fotoo's
Slide 33 - Quiz
Opdracht 5: Wat is de juiste spelling?
timer
0:20
A
journalist
B
joernalist
C
jaurnalist
D
jornalist
Slide 34 - Quiz
Slide 35 - Slide
Welke woorden schrijf je niet met een hoofdletter?
timer
0:30
A
merknamen
B
namen van maanden
C
namen van taalvakken
D
straatnamen
