P86 22VZ Oncologie 3

6
Oncologie 3
1 / 29
next
Slide 1: Slide
AFPMBOStudiejaar 1

This lesson contains 29 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

6
Oncologie 3

Slide 1 - Slide

Na deze les...
1 Geef je aan wat kanker is
2 Geef je aan hoe kanker ontstaat
3 Geef je enkele voorbeelden van ontspoord weefsel
4 Leg je uit hoe een uitzaaiing ontstaat
5 Geef je voorbeelden van behandelvormen bij kanker

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

11.3 Behandeling van kanker

Slide 4 - Slide

11.3
operatie

Slide 5 - Slide

11.3 operatie
Een operatie is één van de meest gebruikte behandelvormen...

  • de tumor wordt verwijderd
  • de snijvlakken moeten schoon zijn
  • soms wordt (een deel van een) orgaan verwijderd
  • soms operatie om alleen klachten te verminderen
T
T
G
G
snijvlakken

Slide 6 - Slide

11.3 operatie
Een operatie is één van de meest gebruikte behandelvormen...

  • letten op nabloeding en infectie
  • soms is reconstructie nodig
  • lang herstel

Slide 7 - Slide

11.3
radiotherapie (bestraling)

Slide 8 - Slide

11.3 radiotherapie (bestraling)
Bestraling is de behandeling van kanker met röntgen of radioactieve straling...
  • de straling maakt het dna van de tumorcellen kapot, waardoor deze sterven
  • gezonde cellen in de buurt gaan ook dood

Slide 9 - Slide

11.3 radiotherapie (bestraling)
  • meestal is de bestraling uitwendig
  • soms ook inwendig (een pen met radioactief materiaal wordt ingebracht)

Slide 10 - Slide

11.3 radiotherapie (bestraling)
Bijwerkingen van bestralen zijn...
1 diarree
2 haaruitval, jeuk en huiduitslag
3 droge mond, bloedend tandvlees
4 vermoeid

Slide 11 - Slide

11.3 radiotherapie (bestraling)
Bijwerkingen van bestralen zijn...
5 onvruchtbaarheid
6 slechte weerstand, slecht stollen en bloedarmoede
7 zwelling in bestraald gebied
8 retentie of incontinentie

Slide 12 - Slide

11.3 radiotherapie (bestraling)
Bijwerkingen van bestralen zijn...
9 soms ontstaat lymfoedeem, doordat de tumor een goede doorstroom afsluit

Slide 13 - Slide

11.3
chemotherapie (cytostatica)

Slide 14 - Slide

11.3 chemotherapie (cytostatica)
Bij chemotherapie worden medicijnen gebruikt om de tumorcellen te doden...
  • de gebruikte medicijnen heten cytostatica (celremmers)
  • om de tumor geheel weg te krijgen zijn meerdere behandelingen nodig (chemokuur)

Slide 15 - Slide

11.3 chemotherapie (cytostatica)
  • meestal medicijnen via het infuus, soms ook per injectie of tablet
  • de medicijnen maken het dna kapot, brengen de celdeling tot stilstand of remmen de aanmaak van dna

Slide 16 - Slide

11.3 chemotherapie (cytostatica)
Bijwerkingen van chemotherapie komen doordat het ook gezonde cellen doodt...
1 haaruitval
2 droge mond, bloedend tandvlees
3 infecties, koorts
4 ziek voelen


Slide 17 - Slide

11.3 chemotherapie (cytostatica)
Bijwerkingen van chemotherapie komen doordat het ook gezonde cellen doodt...
5 bloedingen
6 misselijk, braken, diarree
7 onvruchtbaarheid
8 slechte vaten
9 jeuk, huiduitslag


Slide 18 - Slide

11.3 chemotherapie (cytostatica)
Bijwerkingen nemen in sterkte af, na de kuur...
  • soms duurt dat lang (zoals moeheid en zenuwpijn)
  • soms is het toch blijvend

Slide 19 - Slide

11.3
hormoontherapie

Slide 20 - Slide

11.3 hormoontherapie
Sommige tumoren groeien sterk onder invloed van hormonen...
  • de tumoren ontstaan in hormoonklieren, zoals borst, prostaat, eierstok en schildklier
  • geslachtshormonen hebben een rol in de tumorgroei

Slide 21 - Slide

11.3 hormoontherapie
  • anti-hormoonmedicatie versnellen de afbraak of remmen de aanmaak
  • hierdoor stopt de groei van de tumor
  • vaak in tabletvorm, soms ook via infuus

Slide 22 - Slide

11.3 hormoontherapie
Bijwerkingen...
  • verschillen sterk van de aard van de tumor
  • overgangsklachten (V)
  • stemmingswisselingen
  • osteoporose
  • depressie
  • zwaarder worden

Slide 23 - Slide

11.3
immunotherapie

Slide 24 - Slide

11.3 immunotherapie
Sommige tumoren ontwikkelen trucjes om de kans om gedood te worden door WBC te omzeilen...
  • de celmembraan laten lijken op een gezonde cel
  • alarmstoffen van WBC's uitschakelen
  • WBC's activeren de afweerreactie te beëindigen
  • Immunotherapie probeert dit te herstellen door het immuunsysteem actiever te maken

Slide 25 - Slide

11.3
doelgerichte therapie

Slide 26 - Slide

11.3 doelgerichte therapie
Tumorcellen hebben specifieke stoffen nodig om te kunnen groeien en delen. Bij doelgerichte therapie zijn medicijnen ontwikkeld om de aanmaak van deze stoffen te remmen. Hierdoor sterft de tumorcel,

Slide 27 - Slide

11.3
beenmergtransplantatie
BEENMERG STAMCELLEN

Slide 28 - Slide

11.3 beenmergtransplantatie
Bij alle behandelvormen van kanker kan het zijn dat bloedcellen doodgaan of minder aangemaakt worden...
  • problemen met weerstand
  • problemen met stolling
  • problemen in de zuurstofvoorziening

  • soms meerdere bloedtransfusies nodig
  • soms een beenmergtransplantatie nodig

Slide 29 - Slide